WT Decock-Van Eyck-Devos-Capoen stelt zijn zegerecord weer scherper

WT Decock-Van Eyck-Devos-Capoen kan eens te meer terugblikken op een knappe campagne. Met drievoudig provinciaal kampioen en nationaal zegekoning bij de elite zonder contract Jens Vandenbogaerde in een glansrol. “Het is een topseizoen geworden. We zijn heel tevreden. Beter doen kan eigenlijk niet”, zegt general manager Luc Courtens.

“We zitten momenteel al aan 51 zeges bij de elite zonder contract en beloften. Als we de overwinningen bij de nevenbonden in rekening brengen, staat onze teller reeds op 116, tegenover 85 in 2017. Gewezen prof Martin Durant kroonde zich tot Belgisch kampioen en is een man die een heel seizoen lang weet te scoren.”

“Ik had het niet zien aankomen dat Jens Vandenbogaerde zo succesvol zou zijn”

“Ik had het niet zien aankomen dat Jens Vandenbogaerde (al goed voor 26 zeges, red.) zo succesvol zou zijn”, vervolgt Luc Courtens. “In de openingsweken van het seizoen reed hij goed, maar kwam hij nog niet in aanmerking voor de overwinning. Gaandeweg kwam hij onder stoom. Zijn tweede seizoenshelft is ronduit indrukwekkend. En hij wordt nog steeds sterker. Waar hij het vroeger vaak haalde in een spurt met een selecte groep, slaagt hij er momenteel in om iedereen los uit het wiel te rijden. In zijn laatste drie wedstrijden flitste hij solo naar de bloemen. Zijn titel van zegekoning is natuurlijk mooi meegenomen. Ook zijn derde West-Vlaamse titel (behaald in Ruddervoorde, red.) spreekt tot de verbeelding. Voor de vijfde keer mochten we juichen op het West-Vlaams kampioenschap. Enkele seizoenen geleden kon Thomas Vanhaecke zich twee jaar op rij tot provinciaal kampioen kronen.”

Zege in de Internatie

Vandenbogaerde was niet de enige die zichzelf overtrof. “Ook de overwinning van onze Franse renner Florent Breye in de Internatie in Reningelst was een voltreffer. Het is voor onze renners, die werken, niet simpel om in zo’n confrontatie over 170 kilometer de strijd aan te gaan met de beloften van EFC-L&R-Vulsteke en Lotto-Soudal U23. Maar alles viel in de plooi. Het is een zege die we koesteren”, beklemtoont Courtens.

Dat er aan de mouw van de renners van WT Decock-Van Eyck-Devos-Capoen getrokken wordt, zal niemand verbazen. Toch ziet het ernaar uit dat de meeste sterkhouders zullen blijven. “Vandenbogaerde heeft bijgetekend bij ons. Een maand geleden kreeg hij de kans om over te stappen naar het continentale Cibel-Cebon, maar hij wil zijn vaste job bij de NMBS niet opgeven. Via examens kon hij zich daar opwerken. Enkel als hij een volwaardig profcontract zou kunnen tekenen, zou hij ons team verlaten.”

“Het vertrek van Caethoven, Geldhof en Baeckeland zullen we opvangen met de komst van Joeri Calleeuw en Louis Verhelst”

“Ook Jari Carpentier, die dit seizoen een grote stap voorwaarts zette, blijft onze kleuren verdedigen. Net als Joren Touquet, die door een blessure vele maanden langs de kant stond. Volgend jaar zal hij er weer staan. De voorbije weken was hij beresterk. Hij won een keer en veroverde een pak ereplaatsen. Achttien renners, onder wie Forent Breye, Koen Demuynck, Manolito Balcaen en Davy Commeyne (die tweede werd op het BK beachrace, red.) hebben intussen bijgetekend. Gilles Vercruysse zal volgend jaar bij ons zijn beloftedebuut maken. Er is momenteel nog plaats voor een vijftal man.”

Calleeuw en Verhelst

“Steven Caethoven, die 15 zeges boekte, zal ons team verlaten”, geeft Courtens nog mee. “Jammer dat hij in de finale van de interclub in Zillebeke lek reed. Samen met Jens Vandenbogaerde had hij daar anders misschien kunnen toeslaan. Ook David Geldhof en Cedric Baekeland vertrekken. Dat verlies zullen we opvangen met de komst van de ex-profs Joeri Calleeuw en Louis Verhelst. Die twee mannen moeten goed zijn voor een 15-tal zeges, denk ik.”

“In 2019 gaan we ons meer toespitsen op de interclubs. Al blijven de kermiskoersen natuurlijk ook belangrijk voor onze sponsors”

De toekomst van WT Decock-Van Eyck-Devos-Capoen is dus verzekerd, temeer omdat de drie hoofdsponsors voor drie seizoenen hebben bijgetekend. “In 2019 gaan we ons meer toespitsen op de interclubs. Al blijven de kermiskoersen natuurlijk ook belangrijk voor onze sponsors.” (MVH)