Provinciale titelstrijd voor nieuwelingen in Adinkerke

Zaterdag vindt in Adinkerke de West-Vlaamse titelstrijd op de weg voor nieuwelingen plaats. We polsten bij kersvers bondscoach Nicky Cocquyt (34) naar zijn verwachtingen. “Veel hangt af van het parcours en de weersomstandigheden”, benadrukt de Oost-Vlaamse ex-pistier.

Nicky Cocquyt (34) werd deze winter als bondscoach van de nieuwelingen op de weg en de juniores op de piste aangesteld. Zelf won de Oost-Vlaming ooit de Omloop Het Volk voor nieuwelingen en schreef hij als pistier onder meer de Toekomstzesdaagse van Gent op zijn naam. Bij de nieuwelingen is Cocquyt de opvolger van Dirk Onghena, die een jaar eerder Rony Vanmarcke had vervangen. “Ik heb zelf ooit in De Panne gekoerst, maar ik weet niet of het zondag om hetzelfde parcours gaat”, vertelt Cocquyt. “Toen ik daar reed, moesten we op het einde nog over een hellinkje. Dat zou in het voordeel van de sterkere mannen moeten spelen. Als het biljartvlak is, wordt het anders. Dan kunnen ploegen hun sterkte in de breedte uitspelen. Alles hangt daarvan af. Net als van de weersomstandigheden. Als er wind staat, zullen we een andere koers krijgen.”

Leider Lambrecht

Cocquyt stelde deze week vast dat de voorlopige tussenstand in WestSprint de sterkste West-Vlaamse nieuwelingen van 2019 na twee maanden al prominent naar voren gebracht heeft. “Michiel Lambrecht is goed bezig. Hij rijdt ook goed bergop, alleen weet ik niet of dat parcours aan de kust iets voor hem zal zijn. Michiel is ook niet heel snel aan de meet.”

Ook Alec Segaert, die in het regelmatigheidsklassement van deze krant momenteel op ruime afstand van Lambrecht volgt, kan op veel lof van de bondscoach rekenen. “Bij hem moeten we geen tekeningetje maken”, vindt Cocquyt. “Zijn grootste kwaliteit is dat hij enorm goed alleen kan rijden. Vorig weekend was Michiel tijdens de Tour de la Basse-Meuse overigens de enige die Alec op een lastig parcours kon volgen.”

Cocquyt zag de voorbije weken ook een sterke Jelle Harteel bezig. De zoon van ex-renner Dirk, een jeugdconcurrent van Stijn Devolder, zag door klierkoorts zijn winter als uittredend Belgisch kampioen veldrijden de mist ingaan, maar is net op tijd weer in vorm. “Jelle reed vorig weekend in Tsjechië. Hij doet het prima, alleen vraag ik me af of het parcours daar hem wel ligt. Kan hij daarop het verschil maken?”

Vorig weekend was Lambrecht tijdens de Tour de la Basse-Meuse de enige die Segaert op een lastig parcours kon volgen

Cocquyt ziet ook twee sterke pionnen bij Zannata-Galloo Team. “Jan Van Dyck is voor mij een verrassing. Ik heb hem begin april leren kennen tijdens de provinciale trainingsdag van West- en Oost-Vlaanderen in Oudenaarde. Sindsdien zag ik hem enkele goeie wedstrijden rijden, telkens op lastige omlopen, ook al is het een iets zwaardere coureur. Hetzelfde geldt voor zijn ploegmaat Sander Inion. Ook hij trekt uitstekend zijn plan op een lastig parcours. Van Lars De Beul ten slotte had ik al iets meer verwacht”, voegt Cocquyt er nog aan toe. “De conclusie is dat het allemaal moeilijk te voorspellen valt. Ongetwijfeld zijn er in West-Vlaanderen nog enkele snelle mannen die zich zullen verstoppen en op een spurt gokken.”

Jan Van Dyck is voor mij een verrassing

Wat bij de eerstejaars?

Naast de tweedejaars komen zondag uiteraard ook de eerstejaars in actie, voor de eerste keer dit jaar apart. Cocquyt geeft eerlijk toe dat het voor hem een vraagteken is. “Het is een stuk moeilijker om daar ook zicht op te krijgen. Vaak zijn die jongens minder uitgebouwd en hebben ze het zeker in het begin van het seizoen moeilijk om zich van hun één jaar oudere concurrenten te onderscheiden. Vaak zien we enkelen onder hen in de zomer voor de eerste keer aan het venster piepen. We zullen zien wat zaterdag al brengt.”