Op naar Milaan-Sanremo

© BELGA
© BELGA
Tim Declercq
Tim Declercq Wielrenner

Ze noemen hem El Tractor, omdat hij kilometerslang op kop van het peloton blijft sleuren. Dat was zo een paar jaar geleden, dat was vorig seizoen zo en dat zal ook de komende maanden zo zijn. Tim Declercq is de meid van alle werk bij het grote Deceuninck-Quick-Step en geeft ons tijdens het wielervoorjaar een wekelijkse kijk vanuit zijn eigen leefwereld.

Ik ben tevreden over mijn Parijs-Nice. In de korte slotrit glipte ik mee in de vroege vlucht. Winnen zou niet gelukt zijn, maar als leider Roglic niet was gevallen, zouden we volgens mij wel voorop gebleven zijn. Toen hij daarna tijdens zijn achtervolging bij mij kwam, had ik toch compassie met hem. Hij verdiende het om te winnen. En het is een vriendelijke kerel in het peloton, dus besloot ik hem een handje toe te steken. Jammer genoeg heb ik er meer kwaad dan goed mee gedaan, want ik miste een bocht. Gelukkig had ik goed afgestelde Shimano-schijfremmen en kwamen we niet ten val.

Na de finish volgde meteen een ander spannend moment, want het was wel heel nipt om op tijd op de luchthaven van Nice te geraken en ons vliegtuig naar Rijsel te halen. Dat ik ‘s avonds alweer thuis bij Tracey en Marilou was, maakte alles goed.

Ik heb van deze week dan ook gebruik gemaakt om wat quality time met mijn gezin door te brengen. Al zijn de vijf dagen tussen Nice en Milaan-Sanremo op trainingstechnisch vlak een moeilijke periode. Je mag in functie van de klassiekers niet volledig stilvallen, maar moet ook voldoende rust en herstel inlassen. Bij mij is de tweede dag na een rittenkoers meestal de moeilijkste. Dan lijkt het precies alsof ik door een vrachtwagen ben overreden. Daarna is het zaak om het lichaam geactiveerd te houden en de nodige prikkels in te lassen. Zoiets leer je met de jaren. Trainer Tom Steels heeft daar veel ervaring mee, maar als renner leer je je eigen lichaam nog altijd het best kennen.

Met Sam Bennett en Julian Alaphilippe hebben we twee kopmannen voor La Primavera. Ik schat de kans op een sprint niet heel erg hoog in. Ik denk eerder dat twee of drie renners samen naar de meet zullen rijden. Maar als er een groepje van 15 tot 20 man voor de zege sprint, zal Sam er volgens mij bij zijn. Hij rijdt beter bergop dan ooit tevoren. En dus zal ik tussen Milaan en Sanremo weer met veel plezier op kop van het peloton sleuren. Dat is ook de enige reden waarom de ploeg mij naar Italië heeft meegenomen.