Bert Van Lerberghe neemt deel aan zijn tweede Ronde van Italië: “Sprints winnen met Merlier”

Bert Van Lerberghe (31) begint dit weekend aan de derde grote ronde uit zijn profcarrière. Na de Vuelta 2021 en de Giro 2022 is de renner van Soudal-Quick-Step de komende drie weken voor de tweede keer aan de slag op Italiaanse bodem.

We vragen Van Lerberghe eerst of hij intussen al voldoende hersteld is van de trouw van zijn boezemvriend Yves Lampaert, die twee weekends geleden in het huwelijk trad met Astrid Demeulemeester. “Toch wel redelijk”, grijnst hij. “Ook al was ik me aan het voorbereiden op de Giro, daar kon ik niet aan onderuit.”

Van Lerberghe maakte in 2015 zijn profdebuut. Na drie seizoenen bij opleidingsploeg Topsport Vlaanderen en twee jaar bij het Franse Cofidis is de Waregemnaar aan zijn vijfde campagne bij de troepen van Patrick Lefevere bezig. Bij Soudal-Quick-Step bloeide Van Lerberghe helemaal open. In de Ronde van Spanje van 2021 loodste hij Fabio Jakobsen naar drie ritzeges. In de Ronde van Italië van 2022 hielp hij Mark Cavendish aan etappewinst. Sinds vorig jaar vormt Van Lerberghe een vaste tandem met zijn jeugdvriend Tim Merlier. We vragen hem of hij een vergelijking tussen de drie topsprinters kan maken. “Het is behoorlijk persoonsafhankelijk, want iedereen wil het op zijn eigen manier. Bij Cav ging het er technischer aan toe. Het belangrijkste is dat de sprinter vertrouwen heeft in zijn lead-out. Als dat er is, gaat alles veel makkelijker. Tim volgt mij altijd, zelfs al maak ik de verkeerde beslissing. Zeker dit seizoen valt alles in zijn plooi. Al is ook dat vaak een kwestie van conditionele paraatheid.”

15 op 16 zeges

Merlier en Van Lerberghe zijn een succesvolle tandem, want sinds de komst van de Wortegemnaar was Van Lerberghe bij 15 van de 16 overwinningen van Merlier van de partij. Zeker dit jaar vormen de twee een gouden duo: twee zeges in de AlUla Tour, drie zeges in de UAE Tour, winst in Nokere én winst in Schoten. “Eenmaal je goed aan het seizoen bent begonnen en de code hebt ontcijferd, lijkt het op den duur gemakkelijk te gaan. Dat is helemaal niet zo, maar goed begonnen is half gewonnen. Vertrouwen doet veel en zo niet alles, want dan neem je meestal de juiste beslissingen”, aldus Van Lerberghe.

Zelf koerste Van Lerberghe zich het voorbije klassieke voorjaar ook in beeld door in de Ronde van Vlaanderen deel uit te maken van de vroege vlucht. “Ik ben tevreden over het niveau dat ik gehaald heb, al had ik meer van de klassiekers verwacht en zeker van Parijs-Roubaix. Ik had veel goesting om er iets moois van te maken. Ik dacht echt een goed resultaat te kunnen behalen. Na afloop was ik dan ook heel erg ontgoocheld dat het niet gelukt was.”

In de komende Giro wil Soudal-Quick-Step scoren in de massasprints. Daarvoor rekent het op Van Lerberghe, Josef Cerny en Luke Lamperti om Merlier naar nieuw succes te loodsen. Ook Julian Alaphilippe, Jan Hirt, Pieter Serry en Mauri Vansevenant maken deel uit van de Giroselectie. “Na een druk klassiek voorjaar ook nog de Giro betwisten, is niet zo evident. Het is een van de moeilijkste combinaties die een renner kan maken. Na Parijs-Roubaix heb ik vier dagen gerust. Daags na Yves trouw vertrok ik naar het Spaanse Calpe om er nog een trainingsblok af te werken.”

Rapste sprinter

Van Lerberghe kijkt uit naar de komende weken. “Er staan heel wat andere goede sprinttreinen aan de start, maar wij moeten ons daarnaast kunnen zetten. In de lastigere etappes zal het voor Tim kantje boord zijn en zullen we vermoedelijk Luke uitspelen. In de bergen kunnen Julian en Mauri hun ding doen. Maar de focus ligt op de massasprints met Tim. Als je in het begin van een grote ronde meteen een rit kan winnen, is de druk van de ketel. Hopelijk slagen we daarin, al wil natuurlijk iedereen dat. Er zijn heel veel goeie sprinters in deze Giro aanwezig, maar Tim kan hen één voor één aan. In mijn ogen is hij de rapste sprinter van allemaal.”

We vragen Van Lerberghe ten slotte ook nog of hij uitkijkt naar de etappes in het hooggebergte. “Het hangt af van welke dag ik heb”, grijnst hij. “Als ik een mindere dag heb, is het balen. Twee jaar geleden hadden we enkele ritten na elkaar met meer dan 5.000 hoogtemeters. Heel erg gelukkig word je daar niet van. Maar als ik een goeie dag heb en in een goed groepje zit, kan ik toch ook een beetje genieten van de mooie berglandschappen. Dat er nog veel sneeuw op de Stelvio ligt? (grijnst) Laat ons dan maar bidden dat we er niet over kunnen. (proest het uit) Ja, schrijf dat gerust op. Je weet nooit dat ze in Italië deze krant lezen.”