Henri Treial, middenman bij Knack Volley, wil na beker ook de titel:“Beleving volleybal is hier intenser”

Henri Treial: “De beleving is hier sterker en dat maakt het allemaal mooier.” © VDB
Rik Bekaert
Rik Bekaert Medewerker KW

Vorige zaterdag hielp centrumspeler Henri Treial Knack Volley mee aan zijn, in totaal, zestiende beker. Zaterdag 17 februari reist Knack naar Maaseik waar de middenman de jongste twee seizoenen volleybalde. Met straks de play-offs in het vooruitzicht wil hij de zegereeks met Roeselare verderzetten.

De nu 31-jarige en 2,04 meter grote Estse volleyballer begon als tienjarige te volleyballen bij het bescheiden Valio Vöru VK. In 2012 werd Henri Treial uitgeroepen tot Rookie van het Jaar en kwam hij op de radar van de Estse topclub Bigbank Tartu.

“Als kind kon ik mijn sportieve aspiraties eerst kwijt in de atletieksport en het dansen. Dat laatste duurde maar een half jaar, want toen al sloegen mijn lange benen in de knoop. Dat dansen werd vlug afgevoerd en ook de atletieksport was niet echt mijn ding. Ik begon dan maar te volleyballen en kon daar wel mijn sportieve ambitie in kwijt. Ik werd overigens van thuis uit nooit onder druk gezet om volleybal te spelen. Mijn vader beoefende dat wel recreatief en dat hoog uitgroeien zat in de genen, want mijn beide ouders waren groot van gestalte. Mijn broer die zes jaar ouder is groeide ook uit tot tegen de 2 meter al was hij niet zo sportief aangelegd als ikzelf. In Estland staat het voetbal als eerste ploegsport. Daarachter volgt basketbal en volleybal is de derde belangrijke ploegsport. De nationale volleybalploeg scoort dan in kwaliteit wel het hoogst in internationale waardering.”

Seizoen per seizoen

Treial stootte door naar de nationale ploeg waarin hij al een tiental seizoenen meedraait. Na vier seizoenen Tartu verkaste hij twee seizoenen naar Tsjechië waar hij voor Karlovarsko uitkwam en daarna voor één seizoen naar Arapi Mondovi in de Italiaanse tweede klasse volgde. Daarna volgde nog een passage bij de Estse topper Saarema VK. Hij speelde daarna één seizoen bij het Franse Saint-Nazaire waarmee hij nipt de promotie naar de topklasse miste. Dan maakte hij de overstap naar Maaseik om dit seizoen bij Knack te spelen. Hij onderschreef er een contract voor één seizoen en heeft er het best naar zijn zin. Volgt er nog een verlengd verblijf in Roeselare? “Daar ben ik eigenlijk nog niet mee bezig. Ook in Maaseik tekende ik er eerst een overeenkomst van één seizoen, daarna volgde er een tweede. Ik bekijk het ook liever seizoen per seizoen, want in een sportloopbaan kunnen de opportuniteiten vlug veranderen. Nu telt eerst de titelstrijd met Knack.”

Wisselvallig Maaseik

Treial die in de fotografie een favoriete vrijetijdsbesteding kent, is ook een fanatiek Harry Potter-fan wat hij door kleine tatoeages op de vingers illustreert. Maar hoe ervaart hij het verschil tussen de volleybalbeleving in Maaseik en Roeselare? “Ik vreesde al voor die vraag”, lacht Treial. “Maar er is wel degelijk een verschil. Het contact zowel binnen de spelersgroep als met bestuursleden en medewerkers, maar ook supporters is hier in Roeselare veel warmer, spontaner en intenser. Iedereen rond de ploeg leeft sterker mee. Misschien heeft het ook te maken met het feit dat iedereen in Schiervelde dichter bij het speelveld zit dan in Maaseik. Maar de beleving is hier sterker en dat maakt het allemaal mooier.”

Seizoen per seizoen

Maaseik kent een moeilijk seizoen, speelt wisselvallig, maar staat momenteel dan toch derde geklasseerd. Wat schort er bij de Limburgers? “Individueel zijn de spelers bij Maaseik even sterk als bij Knack. En ik weet niet echt waardoor het komt, maar er staat geen team op het veld. Die collectieve sterkte die wij etaleren, ontbreekt te veel en raakt er maar niet ingeslepen. Dat leidt dan tot die wisselvallige resultaten.”

“Of ik uitkijk naar de wedstrijd in Maaseik? Toch wel al zal ik wel zenuwachtiger zijn bij die confrontatie. Maar eens de wedstrijd op gang is geslagen, telt alleen nog de focus op de wedstrijd. Knack is uiteraard favoriet om de titelfinale te spelen waar Aalst en Maaseik de grootste kans maken op dat andere finaleticket. “Tegen Maaseik zou ik toch wel het liefst de finale spelen. Maar voorlopig bekijken wij wedstrijd per wedstrijd.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier