Centrumspeler Arno Van de Velde trok zijn succesvolle tussenseizoen met de nationale ploeg dit seizoen door bij zijn club. Met Knack Roeselare staat hij volgende week voor belangrijke volleybalconfrontaties met dinsdag een thuiswedstrijd in de Champions League en vijf dagen later de bekerfinale in het Antwerpse Sportpaleis tegen eeuwige rivaal Maaseik.
Arno Van de Velde is als middenspeler een vaste basisspeler geworden in het team van coach Emile Rousseaux. Van de drie centrumspelers bij de landskampioen verzamelde hij alvast de meeste speelminuten. Staat de 22-jarige, met zijn 2,10 meter de grootste Knackspeler, nu waar hij wilde staan toen hij zes jaar geleden naar Roeselare trok? “Heel moeilijke vraag. Op sommige vlakken wel, op andere niet. Dan heb ik het niet eens over het aantal basisplaatsen. Het moet ook een beetje meezitten en dat deed het wel aangezien ik nog niet geblesseerd was dit seizoen. Pieter Coolman en daarna ook Micky Fornés kenden op dat vlak minder geluk met hinderende blessures.”
“Hoe meer je speelt, hoe sneller je progressie kunt maken”
“Dat is natuurlijk sneu voor hen, maar ik diende gewoon klaar te zijn om hen te vervangen. Daar werk ik ook al jarenlang hard naartoe. Hoe meer je speelt, hoe sneller je progressie kunt maken. Op dat vlak sta ik inderdaad waar ik wilde staan”, relativeert Arno Van de Velde.
Al kan hij zeker niet naast de vaststelling kijken dat hij steeds belangrijker wordt voor dit Knack. De scoutingscijfers illustreren die progressie. Hij countert die lof evenwel meteen, zoals hij overigens ook steeds beter blokkend countert op het veld. “Bij Roeselare moet je jezelf als speler steeds opnieuw bewijzen. Speltechnisch, maar ook tactisch heb ik inderdaad progressie gemaakt. Maar ik moet nog meer een expressieve speler worden. In het moderne volleybal speelt ook dat aspect mee.”
“Ik moet wat meer show kunnen verkopen”
“Als ik een punt maak, moet ik dat nog uitbundiger leren beleven”, verduidelijkt de Aalstenaar. “Want dat enthousiasme slaat positief over op het hele team. Aan Stijn Dejonckheere heb ik daar alvast een uitstekend voorbeeld binnen onze ploeg. Ik moet vooral leren als het bij mijzelf al eens minder loopt, dat niet te laten zien aan de tegenstander. Ook onze coach is daar sterk mee bezig. Op dat vlak is hij onze mental coach. Ik moet met andere woorden wat meer show kunnen verkopen.” Al is dat laatste niet meteen de aard van het beestje…
Beste blokker
In de Champions League was Arno Van de Velde in alle 15 gespeelde sets basisspeler. Met in totaal 14 counterende bloks was hij de beste Roeselaarse blokker in die vier gespeelde CL-wedstrijden. Met Civitanova komt de tweede Italiaanse topper naar Schiervelde. Kan Knack net als tegen Perugia een wedstrijdpunt halen? “Laten wij eerlijk zijn: wij hopen net als tegen Perugia thuis een wedstrijdpunt te pakken, maar als Civitanova zijn beste niveau haalt, wordt dat bijzonder moeilijk.”
“Voor mijzelf zijn deze wedstrijden heel leerrijk. Het niveau in de Champions League ligt geen trapje, maar een hele trede hoger dan de Belgische competitie. Als je daarin en foutje maakt, kan dat nog hersteld worden. In de Champions League wordt dat meedogenloos afgestraft. Wij gaan toch voluit voor dat punt dat belangrijk kan zijn in de eindafrekening.”
Eerst is er voor Knack Volley zaterdag nog de de slotwedstrijd van de reguliere competitie tegen Gent.
(RBD)
Zaterdag 10 februari om 20.30 uur: Knack Roeselare – VDK Gent
Dinsdag 13 februari om 20.30 uur: Knack Roeselare – Cucine Lube Civitanova
Bekervolleybal
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier