Superfan Mario Michiels verzamelt álle Europese tickets van Club Brugge en heeft er nog tien te kort: “Mijn droom? Een eigen plekje in het Clubmuseum”
Woensdag wil Club Brugge in zijn 334ste Europese wedstrijd RB Leipzig over de knie leggen om te overwinteren. Superfan Mario Michiels zit vanzelfsprekend opnieuw op de eerste rij, maar de man heeft ook een missie: álle tickets van het Europese parcours van blauw-zwart verzamelen. Nog tien heeft hij er te kort. “Zo’n exemplaar op de kop tikken dat amper te vinden is, het geeft me nog altijd een kick.”
Mario Michiels (40) mag dan wel met zijn vrouw Kelly Van Reet en hun kinderen Dylano (18) en Chiara (16) in het Antwerpse Putte wonen, in zijn hart is hij een halve West-Vlaming en vooral die hard Club-fan. “Dankzij mijn papa Frans (70)”, glimlacht hij. “Hij nam me mee naar Lierse, KV Mechelen, Antwerp én Club. Samen met hem zag ik in het seizoen 1987-1988 Club Brugge voor het eerst aan het werk. Dat was op Antwerp, het was liefde op het eerste gezicht… En het vuur, dat toen in de tribunes letterlijk tussen de harde kernen heen én weer vloog, brandt nog altijd even hevig als destijds.”
Samen met zijn papa is Mario bestuurslid van supportersclub De Eurozwervers uit Heist-op-den-Berg en is hij – hoe kan het ook anders – ticketverantwoordelijke.
Mijn oudste stuk? Dat is een abonnement van het seizoen 1964-1965
Sinds het seizoen 1994-1955 is Mario een trotse abonnementshouder en mist hij amper nog een match van zijn geliefde blauw-zwart. “Mijn familie en vrienden weten hoe groot mijn passie is. Feestjes, communies, babyborrels, zelfs huwelijksfeesten… Ik kijk altijd eerst naar de kalender van de Club. Het aantal wedstrijden dat ik de voorbije 25 jaar gemist heb, kan je waarschijnlijk op beide handen tellen. Al waren daar wel enkele kleppers bij. Toen Andrés Mendoza in oktober 2003 AC Milan in San Siro het genadeschot gaf, was mijn echtgenote hoogzwanger van onze zoon. Ik had toen trouwens een afspraak met haar. Mocht Dylano op de wedstrijddag geboren worden, dan zouden we hem Milano noemen.”
“Alle andere grote afspraken maakte ik in levende lijve mee, zonder fout”, knipoogt hij. “Het mirakel van Maribor (in 2011 in Europa League van 3-0 naar 3-4 tegen NK Maribor, red.), de recente straffe Champions Leaguecampagnes…”
Naast Ceh op vliegtuig
Mario noemt Club Brugge een gezonde verslaving. “En zeker de Europese verplaatsingen”, glundert hij. “Als voetbalfan is er niks leuker dan je favoriete ploeg overal te kunnen volgen en aan te moedigen. En dan beland je af en toe eens in unieke situaties. Zo zat ik in 2002, na een verplaatsing naar Dinamo Boekarest, naast Nastja Ceh (Sloveen die tussen 2001 en 2005 voor Club speelde, red.) op het vliegtuig. Momenten om te koesteren.”
Club Brugge overal doorheen België en Europa volgen, het kost ook veel geld. “Klopt, maar ik ga amper op café, rook niet en heb geen enkele andere hobby. Dit is mijn grote uitlaatklep. Bovendien beschouw ik de vele supporters die Club overal achterna reizen als mijn tweede familie. En het Jan Breydelstadion als mijn tweede thuis. Een leuk extraatje: ik heb al veel grote steden van Europa mogen ontdekken en kwam in uithoeken van ons continent die ik anders nooit zou zien. Baku in Azerbeidzjan – ongeveer 4.300 kilometer ver – was tot nu onze verste verplaatsing.”
“Ik heb ook Europese wedstrijden gezien waar er nog geen duizend toeschouwers aanwezig waren. Zoals op het veld van ÍA Akranes in IJsland in 2001, waar we hoop en al met 150 supporters waren. Schitterende momenten.”
Verschillende kanalen
De vele tickets, abonnementskaarten, programmaboekjes… houdt Mario al sinds het prille begin zorgvuldig bij. “En dat mag je letterlijk nemen”, stelt Mario. “Op die manier kon ik zo goed als elke wedstrijd van Club, die ik zelf heb gezien, documenteren. Maar gaandeweg wilde ik mijn collectie uitbreiden en heb ik me tot doel gesteld om van elke Europese wedstrijd die Club ooit gespeeld heeft, het wedstrijdticket en andere memorabilia te bemachtigen.”
Ik zou graag nog een ticket van de bekerfinale van 1913-1914 tegen Union aan mijn collectie toevoegen. Maar ik vraag me af of zo’n kaartje nog wel bestaat…
Die vindt Mario via verschillende kanalen. “Een collega-verzamelaar die (een deel van) zijn collectie van de hand doet, ik schuim beurzen af, wissel dubbels met binnen- en buitenlandse collectioneurs… En op wedstrijddagen staan zowel mijn vader als ik aan het stadion met een bordje om gewone tickets te bemachtigen. Iets wat door de digitalisering niet zo evident meer is. Ondertussen kennen veel Club-fans me ook als Mario de ticketverzamelaar en schenken me ze spontaan hun toegangskaart. Idem voor tal van journalisten. Zij overhandigen me met plezier hun officiële documenten.”
Tot zestig jaar oud
Na jarenlang verzamelen, kan Mario uitpakken met een imposante collectie die zijn gelijke niet kent. “Netjes chronologisch gedocumenteerd in mappen, zodat ik elk ticket in een vingerknip kan terugvinden”, zegt hij trots. “Mijn oudste stuk? Dat moet een abonnement van het seizoen 1964-1965 zijn. Op Europees vlak is dat het ticket van de thuismatch in de eerste ronde in de Beker voor Jaarbeurssteden tegen Sporting Lissabon in 1967-1968.”
“Ik blijf speuren naar die enkele nog ontbrekende unieke kaartjes. Sommige blijven om onverklaarbare reden onder de radar. Zo zijn er nog twee wedstrijden waarvan ik nog nooit een ticket zag, de verplaatsingen naar Floriana La Valletta in 1973-1974 én Steaua Boekarest in 1976-1977. Wie weet heeft de oude garde West-Vlaamse Clubfans die nog ergens op zolder liggen… Hoe dan ook wil ik ooit mijn collectie compleet te krijgen.”
Europese finale
Mario’s uitgebreide verzameling is ook Club Brugge zelf niet ontgaan. Toen de club vijf jaar geleden, naar aanleiding van de 125ste verjaardag, in het belfort van Brugge een expo op poten zette, werd een deel van zijn collectie tentoongesteld. Nu is die in Jan Breydel te zien. “Daar ben ik apetrots op”, glimt Mario. “Andere mensen laten meegenieten van wat ik bij elkaar gekregen heb, zalig. Mijn ultieme droom is om mijn steentje bij te dragen aan het Clubmuseum dat in het nieuwe stadion zijn plek zal krijgen. Dat zou het summum zijn.”
En welk ticket hoopt Mario nog ooit aan zijn collectie toe te voegen? “De bekerfinale van 1913-1914 tegen Union: de enige finale van Club die ik nog te kort heb. Ik vraag me echter af of zo’n ticket nog bestaat. En ook die van een Europese finale met Club op het veld en mezelf in de tribunes. Ik vrees dat zo’n prestatie voor een Belgische club stilaan onmogelijk wordt, maar ergens blijf ik erin geloven. Het zou ook als supporter de absolute kers op de taart zijn.”
Wil je Mario helpen? Neem contact op via michiels.mario@telenet.be of www.mariomichiels-voetbaltickets.be.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier