Zuid-West-Vlaanderen telt 1.313 daklozen: “Steeds meer vrouwen en kinderen”
In België zijn er steeds meer kinderen, vrouwen en mensen met een migratieachtergrond dakloos. Het stereotiepe beeld van de dakloze die een man is met een verslaving klopt al lang niet meer. Dat zijn enkele conclusies van een groot onderzoek in opdracht van de Koning Boudewijnstichting (KBS). De regio Zuid-West-Vlaanderen blijkt 1.313 daklozen te tellen.
Na een eerste telling eind 2020 in Aarlen, Luik en Gent en in de provincie Limburg, deden onderzoeksteams van de KU Leuven en UC Louvain in 2021 hetzelfde in Charleroi en Namen, in Zuid-West-Vlaanderen en in de eerstelijnszone BraVio rond Vilvoorde.
In totaal telden de onderzoekers 3.847 dak- en thuisloze mensen in de steden: 1.159 in Charleroi, 1.146 in Namen, 1.313 in Zuid-West-Vlaanderen en 229 in de eerstelijnszone BraVio. Deze cijfers zijn hoger dan eerst geschat.
De onderzoekers stellen ook vast dat dakloosheid niet alleen een probleem is in de grote steden. Ook in kleinere steden zijn er mensen in deze situatie, al zijn het er naar verhouding wel minder.
Onderzoeker Koen Hermans van de KU Leuven stelt drie belangrijke, internationale trends vast, die ook bij ons opduiken: verjonging, verkleuring en vervrouwelijking. “We zien steeds meer dakloze vrouwen. Uit onze telling bleek dat 30 à 35 procent van de daklozen een vrouw is”, aldus Hermans.
Steeds meer kinderen
Daarbij aansluitend stijgt het percentage dakloze kinderen. Uit dit Belgische onderzoek blijkt dat zij 26 procent uitmaken van het totaal aantal getelde personen. De meeste van deze kinderen slapen evenwel niet op straat.
Voorts blijkt uit internationale studies dat ook het aantal mensen met een migratieachtergrond steeds meer opduiken in de statistieken van de dak- en thuisloosheid. In België bestaat een “relatief groot” deel, met name tussen de 20 en 40 procent, van de getelde personen uit mensen met een migratieachtergrond. Ook de hoge percentages voor mensen met een precair verblijfsstatuut vallen op, zeker in grote steden.
Ook in kleinere gemeentes
De onderzoekers benadrukken ook dat op straat slapen een realiteit is in België. “Hoewel dit vooral het geval is in de grote steden, zien we dit fenomeen overal, ook in kleinere steden. En slapen in niet-conventionele ruimtes, zoals tenten, garages en kraakpanden, zijn voor velen ook een dagelijkse realiteit”, legt Hermans uit.
De daklozen die geteld werden in de openbare ruimte, in noodopvang en in opvanghuizen maken ruwweg één derde van het totale aantal getelde daklozen uit. “Dat bevestigt het bestaan van ‘verborgen’ dakloosheid: het gaat vooral om mensen die noodgedwongen overnachten bij vrienden of familie. Dat is trouwens een fenomeen dat vaker vrouwen en kinderen treft. De dak- en thuislozen die we in de openbare ruimte zien, zijn bijgevolg slechts het topje van de ijsberg”, benadrukt de onderzoeker van de KU Leuven.
Nog tellingen
De KBS zet eind 2022 de tellingen voort, in samenwerking met Vlaanderen, Wallonië en de Duitstalige Gemeenschap. “Met deze nieuwe tellingen zetten we een bijkomende stap in de organisatie van regelmatige en uniforme tellingen in heel België en we hopen zo bij te dragen aan de ontwikkeling van een efficiënter beleid tegen dak- en thuisloosheid”, aldus Hermans.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier