Urbain (92) nog iedere dag op post in café De Warande (Zwevezele): “En plots stonden er hier vier overvallers in de keuken…”
Op de Hille is hij een volksfiguur. 92 jaar is hij al, maar hij blijft een fenomeen. Hoewel Urbain Goethals niet gespaard bleef van tegenslagen, is het de lach die regeert in café De Warande. “Ge gaat eens moeten terugkomen met meer tijd”, zegt hij bij ons vertrek.
Urbain Goethals, die in december van dit jaar 93 wordt, ontvangt ons met plezier. Hij zit gebeiteld achter zijn bureau als we binnen komen. De voordeur van café De Warande in de Bruggestraat 214 wordt nauwelijks gebruikt. “Enkel om in te breken”, verwijst Urbain naar het verhaal dat hij later zal doen.
Het café, zoals het nu nog altijd is, werd gebouwd in 1894. “Door mijn grootvader. Sindsdien is het altijd café gebleven, mijn ouders namen het over, later mijn zus Agnes en ik.”
Het jaar van de Expo
In 1958 “het jaar van de Expo” werd ook een tankstation geïnstalleerd naast het café. “Omdat die zijgevel dicht was, hebben we daar bij gebouwd en een deur gestoken. Zo konden we zien vanuit het café of er klanten opreden.”
“Ik hou ook geen café meer om geld te verdienen, maar gewoon om bij de mensen te zijn”
Urbain, die twee ondertussen overleden zussen had, zette samen met zus Agnes de ouderlijke zaak verder. “Zij deed meer het café, ik het pompstation. Zij was baas van het café, ik van de nafte. En in 1954 was ik ook gestart met een taxidienst. Een kleine 50 jaar heb ik dat gedaan, ik heb nog de invoering van de euro meegemaakt als taxichauffeur, kort daarna ben ik gestopt. Vooral in de beginjaren was het druk. Veel mensen hadden toen nog geen auto, dus bracht ik ze overal waar ze naar toe wilden.”
En zo vervoerde hij ook vaak jonge freules, die met hun ouders mee naar een feest mochten. “Ik heb veel meisjes gekend, zeker wel 20. Maar ik ben aan geen enkele blijven plakken, anders zouden die andere 19 ontgoocheld geweest zijn”, lacht Urbain. Net als zijn zus Agnes bleef hij vrijgezel. In 2013 overleed Agnes, twee jaar eerder had ze de schrik van haar leven opgelopen. “Zij sliep beneden, ik boven. Plots hoorde ik haar tieren. Ik dacht dat ze gevallen was, maar toen ik beneden kwam stond ik in de keuken oog in oog met vier in het zwart geklede overvallers. Die spoten ons pepperspray in de ogen en bedreigden ons met een koevoet. Ze wisten ook goed waar ze moesten zijn, ze gingen aan de haal met een grote som geld en sigaretten. Die daders zijn nooit gevat, al moeten ze het hier wel ooit verkend hebben.”
Benzine met korting
Sindsdien was Agnes dezelfde niet meer. “Ze bleef toen vooral achteraan, ze kwam wel eens een goedendag zeggen tegen de klanten.” Maar die eerste drieste overval was jammer genoeg de laatste nog niet. “Een tweede keer kwam een duo binnen in het café, een van hen wilde een pakje sigaretten betalen met 500 euro, maar toen ik wisselgeld ging halen, was hij met de buit aan de haal gegaan. Een derde keer probeerden jonge gasten met een koevoet binnen te breken langs de voordeur, maar dat lukte uiteindelijk niet. En de vierde en laatste keer, in 2019, waren het een man en een vrouw. Ik kreeg een vuistslag van die man, ze gingen met mijn portefeuille aan de haal… Maar ik kende die kerel, hij woonde hier in de buurt. Dus konden ze hem ook snel opsporen.”
Ondanks die klappen die hij letterlijk kreeg, zegt Urbain dat het goed gaat met zijn gezondheid. “Ik moet natuurlijk niet veel boffen, zeker op mijn leeftijd. Ik ben niet meer super goed te been”, zegt hij als hij door zijn café schuifelt. Ook zijn bureau in het café van waaruit hij het pompstation kan gade slaan, staat er al jaren hetzelfde bij. “Een computer heb ik wel, om facturen te maken. Daarbij krijg ik hulp. Maar de meeste mensen betalen nu met de kaart. We zijn een vrij pompstation, veel zie je dat inderdaad niet meer. We krijgen soms tot meerdere keren per week de officiële maximumprijs door, daar doe ik dan wat korting van af. In totaal hebben we hier 45.000 liter benzine en diesel, dagelijks hebben we nog heel wat klanten.”
En in de tijd dat wij er vertoefden, stoppen er met de regelmaat van de klok ook mensen. “Maar ik moet niet iedere keer meer naar buiten om te tanken, zoals vroeger wel het geval was. De mensen doen het nu zelf.”
Fan van deze reeks
Urbain Goethals is op de Hille, de parochie waartoe zijn woonplaats behoort, waar hij op sinterklaasdag is geboren en dus bijna 93 jaar later nog woont, een bekend figuur. Maar ook daarbuiten natuurlijk. Mede te danken aan de passage van Wouter Deboot voor Iedereen Beroemd. “Wouter is hier onlangs nog geweest. Hij was gaan eten met zijn schoonbroers in Bistrot La Vadrouille, hij kwam er nog eens van klappen.”
Ook in de reeks Caféklap van onze collega Kurt Vandemaele figureerde Urbain al en ook deze reeks van Het Volkscafé volgt hij op de voet. “Ik spaar ze allemaal, ik moet er nog een paar uitknippen uit De Weekbode.”
Het café opent dagelijks rond 10 uur, over de middag sluit Urbain even om te eten en daarna gaat hij uiterlijk om 14 uur weer open tot ‘s avonds. “Maar niet te heel laat hé, ik ben al bijna 93.” Het café doet het haast louter met vaste klanten. “En in de zomer eens fietsers die stoppen. De klanten zijn hier ook echt thuis, ze lopen zelf achter de toog om hun bier of frisdrank uit te halen. Een pilsje kost 1,5 euro, een Duvel Omer of Triple het dubbele. Niet veel geld, maar ik doe het ook niet om veel te verdienen, gewoon om bij de mensen te zijn. De klanten houden hun kroonkurkjes bij en zo bereken ik wat ze moeten betalen.”
Geen pintjes meer
Urbain hoopt zijn levenswerk nog een tijdje verder zetten. “Zolang het kan, ga ik door. Ik verbleef al enkele keren in het ziekenhuis, voor een korte periode. Maar van de dokters mag ik nog doorgaan. Er werd een stent gestoken. Maar weet je, sinds mijn operatie heb ik ook de pintjes die ik iedere dag nog dronk gelaten. Ze smaken me gewoon niet meer.”
Op 6 december wordt hij dus 93 jaar. “De oudste cafébaas van het land? Dat weet ik niet. Maar veel zullen het er me niet nadoen.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier