Rudy Claeys, voorzitter van Natuurpunt Westland: “Vriendenkring heeft veel betekend voor mij”

Rudy Claeys bij de Verdronken Weiden met op de achtergrond de torens van Ieper. © TOGH
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Als voorzitter van Natuurpunt Westland weet Rudy Claeys alles over de fauna en flora van Ieper en omstreken. Hoewel de biodiversiteit nog steeds zwaar onder druk staat, ziet Rudy toch een sprankeltje hoop.

Als dertienjarige hielp Rudy Claeys (68) al mee met zijn vader Roger achter de schermen van de Ieperse Revue, maar toen hij eind jaren tachtig lid werd De Wielewaal, de voorloper van Natuurpunt Westland, liet hij de revue links liggen om zich volledig te focussen op een leven toegewijd aan de natuur.

Van waar komt die interesse voor de natuur?

“Als kind sleurde ik al van alles mee naar huis: stenen, slakken, beestjes, plantjes… Mijn vader kocht toen mijn eerste twee dierenboekjes: ‘Wat vliegt daar?’ en ‘Wat zit er in sloot en plas?’. Dat was mijn eerste stap. Ik geraakte bij de Wielewaal via een krantenartikel met de toenmalige voorzitter Chris Beel. Dat was in 1987 en ik voelde me meteen thuis bij mensen die dezelfde interesse deelden. We hebben een heel goed team. Toen ik alleen kwam te staan, hebben ze mij erdoor getrokken. Dat is echt een vriendenkring. Toen mijn vrouw ziek was – ze stierf door een hersentumor – kwamen ze met eten, hielpen in het huishouden… Achteraf hebben ze me aangespoord om niet thuis te blijven zitten. Zij hebben dus heel veel voor mij betekend.”

Toen stond Natuurpunt nog in zijn kinderschoenen?

“We hadden geen eigendommen, het was gewoon een beetje educatie. In het begin kwam daar niemand op af, dan een man of vijf en zo is dat gestaag gegroeid. In het begin hadden we nog geen 100 leden, nu hebben we er bijna 1.000. In 1990 werd de overkoepelende organisatie De Bron als vzw opgericht, met alle natuurverenigingen van de Westhoek, omdat we een eerste aankoop hadden in Heuvelland. Intussen hebben we meer dan 90 ha in beheer.”

Staat de natuur in Ieper er beter voor dan dertig jaar geleden?

“Ja, maar het is nog niet genoeg. Er zijn meer en grotere natuurgebieden, maar de biodiversiteit blijft erop achteruitgaan. Ik ben coördinator van de insectenwerkgroep en ik zie de aantallen verminderen. Je kan dat zien aan je auto in de zomer. Vroeger hing je voorruit en bumper vol met insecten, nu niet meer. Dat komt door vele factoren: pesticiden, klimaatwijziging, verdwijnen van bloemrijke bermen en weiden… Er gebeurt zodanig veel tegelijk, dat die beestjes dat niet meester kunnen. Het is niet voor niets dat ze in Montreal samen zitten om de biodiversiteit te redden.”

Er gebeuren toch ook goeie dingen, zoals de terugkeer van de boommarter?

“Of kijk maar naar wat ze in de Blankaart allemaal al verwezenlijkt hebben. Er zitten daar nu lepelaars, zilver- en koereigers … Je moet er ook rekening mee houden dat alles weg was na de Eerste Wereldoorlog. Dat was niet alleen een ramp voor de mens, maar ook voor de natuur. De oudste bossen zijn nu honderd jaar aan het worden, en volwassener en dat trekt dan weer soorten aan die uit de Franse bossen komen. Dat is begonnen met vlindersoorten zoals de ijsvogelvlinder en de keizermantel, maar ook soorten die gebonden zijn aan bossen. Zo zit de zwarte specht opnieuw in de Gasthuisbossen. Ook de eekhoorn is terug en daardoor komt nu ook de boommarter terug, die jaagt op de eekhoorn.”

Zullen we nog grote soorten terugzien? De das of de wolf?

“De das is misschien een mogelijkheid, maar dat moet al een groot territorium hebben. We hebben in de jaren tachtig ooit eens een das gevonden aan de Omloopstraat, maar we veronderstellen dat het een was die ontsnapt was uit gevangenschap. De wolf is nog iets anders. Onze bossen zijn veel te klein om jongen groot te brengen. Ze kunnen hier wel komen, maar dat zullen dan zwervers zijn.”

Welke uitdagingen zijn er nu op gebied van natuur in Ieper?

“We kunnen de biodiversiteit verbeteren door alles met elkaar te verbinden. Doordat alle natuurgebieden verspreid zijn, krijg je inteelt en dat verzwakt de populatie. We kunnen dat doen door bossen aan te planten, maar dat gaat niet overal. Je moet ook een beetje denken aan de landbouwers. Ik kan soms wel begrijpen dat ze zich een beetje verdrukt voelen, maar zij kunnen ook helpen door aanplantingen te doen langs beken om verbindingen te maken met bestaande natuurgebieden, maar dan moet er wel compensatie komen vanuit de overheid.”

Botsen jullie nog op weerstand?

“In Ieper niet zo veel. Discussies zijn er altijd, maar dat is goed. Ik vind dat we moeten samenzitten en praten. Laat ons samen een oplossing zoeken. Het probleem is niet wat wij willen, het probleem is de klimaatverandering. Wij zijn een deel van de natuur. Als de lucht, de bodem, het water vervuild is, dan is dat ook slecht voor ons. Weet je dat ze vorige zomer geen drinkwater konden trekken uit de Verdronken Weiden door de pesticiden? Het water was gezakt door de droogte, maar doordat men even veel sproeide was de concentratie pesticiden in het water veel te hoog. Dan moeten ze stoppen met drinkwater, dat is toch jammer! Maar samenwerken kan. Zo gaat de milieuraad samenwerken met de landbouwraad om aanplantingen te doen onder pylonen van hoogspanningskabels.”

Wat kan beter in de Ieperse binnenstad?

“Vergeleken met andere steden zitten we redelijk goed. Met de milieuraad pleitten we voor fietsstraten in het verkeersplan en het ziet ernaar uit dat ze daar nu werk van zullen maken. In ons tijdschrift publiceerden we ook een kritisch artikel over de heraanleg van de Leet. Met de klimaatwijziging krijg je hitte-eilanden in steden, dus moet men er met het oog op de toekomst meer groen aanplanten. Natuurlijk maakten ze van de Leet weer een parking en dat is een gemiste kans.”

De toon in het artikel was scherp, maar jij bent eerder gematigd?

“Ik denk het wel. Ik wil met iedereen rond de tafel zitten en met iedereen kunnen praten. Je moet wel je standpunt blijven verdedigen. Wij hebben vanuit Natuurpunt even veel recht van spreken, net zoals de landbouw en de automobilisten. Iedereen moet lobbyen, maar het is het bestuur dat beslissingen moet nemen. En soms moet je geduldig zijn.” (lacht, red.)

BIO RUDY CLAEYS

Privé

Rudy Claeys werd geboren in Ieper op 16 augustus 1954. Hij is weduwe van Linda Jacques, die overleed in 2011. Samen kregen ze twee kinderen: Mick en Davy. Er zijn ondertussen zes kleinkinderen.

Loopbaan

Na de middelbare school in het Ieperse Atheneum werkte Rudy 24 jaar voor de firma Lee. In 1994 ging Lee failliet en ging Rudy aan de slag in Pidy. Tien jaar geleden ging hij met pensioen.

Vrije tijd

Rudy is voorzitter van Natuurpunt Westland. Daarnaast is hij, na zeven jaar voorzitter, secretaris van de Ieperse Milieuraad. Hij is ook conservator van twee natuurgebieden: Fort Saint Nicolas in Boezinge en de Katteputten in Hollebeke.