Veerle Dejaeghere over de Olympische Spelen, het summum van haar carrière

Veerle blikt terug op haar drie Olympische Spelen-edities. (foto JCR) © JOKE COUVREUR
Arjan Desante
Arjan Desante Medewerker KW

Sydney in 2000, Peking in 2008 en Rio de Janeiro in 2016. Driemaal was Veerle Dejaeghere aanwezig op de Olympische Spelen, telkens met een interval van acht jaar én telkens in een andere discipline. Een vierde keer komt er niet meer voor de bijna 48-jarige Veerle, al weet je met haar maar nooit. “Wat ik binnen drie jaar zal doen in Parijs? Ik heb het meer voor de verre bestemmingen, laat ons dan maar wachten tot 2028 in Los Angeles.”

Veerle Dejaeghere was ‘al’ 27 toen ze in 2000 debuteerde op de Olympische Spelen. Op de 1.500 meter in Sydney greep ze net naast een finaleplaats en werd ze uiteindelijk 13de. Het zou uiteindelijk haar olympisch hoogtepunt worden. Met een 39ste plaats op de 3.000 meter steeple in Peking en een 47ste plaats op de marathon in Rio had de winnaar in Veerle het moeilijk. Het zorgde voor een haat-liefdeverhouding met de Olympische Spelen, al overheerst achteraf toch vooral de trots.

“Het klopt zeker dat ik trots ben op mijn olympische deelnames. Ook al kennen de mensen mij vooral van mijn 13 eindoverwinningen in de CrossCup, in mijn ogen waren de Olympische Spelen toch het summum van mijn carrière”, stelt Veerle (47) duidelijk. “Maar het is ook juist als je zegt dat de prestaties niet altijd naar wens waren. Eigenlijk ben ik enkel tevreden over mijn prestatie in Sydney. Ik had niet gedacht dat ik er nog zo goed zou zijn, nadat ik heel diep moest gaan voor mijn kwalificatie.”

“Vooral Peking was een ontgoocheling. Na een vijfde plaats op het EK en een tiende plaats op het WK verwachtte ik er zoveel van, maar het lukte gewoon totaal niet die dag. Ik weet nog steeds niet waarom het zo verliep, maar sinds die dag heb ik een degout van de steeplebalken. Ik vond die ontgoocheling erg voor mezelf, maar dacht eigenlijk eerst aan alle mensen in mijn entourage. Iedereen had zoveel opgegeven voor mij, dan wil je niet teleurstellen.”

Veerle op de Olympische Spelen in 2008. (foto Belga)
Veerle op de Olympische Spelen in 2008. (foto Belga) © BENOIT DOPPAGNE BELGA

Pizza Hut

Natuurlijk zijn niet alleen de sportieve prestaties Veerle bijgebleven. Ook het gebeuren rond de sportieve hoogmis maakte een grote indruk op haar. “Vooral in 2000 was ik enorm nerveus, zeker toen er in het atletiekstadion ook nog eens een lokale ster naast mij startte. Men had mij gezegd dat het stadion hoogstens voor de helft gevuld zou zijn, maar niets was minder waar. Sowieso is alles indrukwekkend en groot op de Olympische Spelen, van het stadion tot de eetzaal.”

“Eigenlijk ben ik enkel tevreden over mijn prestatie in Sydney”

“Dat is overigens altijd grappig. In het restaurant voor de atleten heb je naast het gezonde buffet ook een Pizza Hut en McDonald’s. Hoe verder het tornooi vorderde, hoe langer de rijen daar werden. En ik had het geluk dat mijn wedstrijd altijd vroeg was.” (lacht)

Golfkarretje met zwaailichten

De Olympische Spelen gaan ook steeds gepaard met wilde verhalen over feestjes en andere uitspattingen, zeker in niet-coronajaren. “Jawel, het klopt dat je vroeger een tiental condooms kreeg in je welkomstpakket”, lacht Veerle. “Maar ik ben altijd braaf geweest, dat weet je toch? Ik probeerde wel wat lokale cultuur op te snuiven, bijvoorbeeld met een bezoek aan de Chinese Muur, maar voor sappige anekdotes moet je niet bij mij zijn. Of misschien toch eentje: samen met mijn ex-man ben ik ooit weggebracht door de lokale beveiliging, in een golfkarretje met zwaailichten. Hilarisch was dat! Hij had een bezoekerskaart, maar mocht daarmee blijkbaar maar tot 10 uur blijven. Wij wisten dat helemaal niet en zaten gezellig te keuvelen, toen de beveiliging van het olympisch dorp kwam aankloppen. Gelukkig mocht ik zelf wel nog weer naar binnen, anders was het misschien iets minder grappig geweest.”

Geen vierde Spelen

Momenteel is Veerle aan de slag als fulltime lesgeefster voor anderstaligen, provincieraadslid én gemeenteraadslid voor Groen en coach van een groepje atleten. Daardoor lijkt er geen tijd meer te zijn voor eigen sportieve ambities, laat staan nogmaals in een nieuwe discipline. “Verder dan de marathon kan toch niet meer, hé”, lacht ze uitbundig. “Wat ik binnen drie jaar zal doen in Parijs? Ik heb het meer voor de verre bestemmingen, laat ons dan maar wachten tot 2028 in Los Angeles. Neen neen, dat zit er niet meer in. Ik heb wel spijt dat ik uiteindelijk nooit een echte toptijd heb neergezet op de marathon. Na Rio wou ik dat doen, maar toen heb ik veel te snel de trainingen hervat. Als trainer zie je dat zo aankomen, maar het is toch moeilijker als het over jezelf gaat… Maar ik kijk zeker niet met spijt terug op mijn carrière!”

De kijktips van Veerle

Hoewel ze zelf al driemaal aanwezig was op de Olympische Spelen, slaat het hart van sportfan Veerle de komende weken nog steeds wat sneller. Voor enkele disciplines zet ze dan ook graag haar wekker. “Eerst en vooral natuurlijk de loopnummers waaraan ik zelf ooit deelnam, die liggen me het nauwst aan het hart. Zo supporter ik straks bijvoorbeeld voor Elise Vanderelst, die recent nog mijn Belgisch record op de 1.500 meter verbrak. Geloof het of niet, ik heb daar écht hartzeer van gehad. Dat record stond uiteindelijk al 19 jaar op mijn naam… Nu hoop ik ook echt dat ze het goed doet in Tokio, ze is er zeker toe in staat! En gelukkig heb ik nog een aantal andere Belgische records om te koesteren.”

Veerle volgt straks niet alleen de competitie bij de vrouwen, maar ook de loopnummers bij de mannen. Onder meer geboren Roeselarenaar Koen Naert ziet ze graag aan het werk op de marathon. “Koen en Bashir Abdi zijn twee sympathieke kerels, dat wil ik zeker niet missen. En natuurlijk kijk ik ook uit naar Alexander Doom, mijn clubgenoot bij AV Roeselare, die deelneemt in de 4 x 400 meter. Ik heb hem recent nog ontmoet op een clubevent en gaf hem de raad mee om voldoende te genieten. Het is een fout die ik nochtans zelf heb gemaakt: constant bezig zijn met de prestatie en te weinig genieten. Nu, ik heb het hem wel gezegd, maar eenmaal je daar bent, is dat toch allemaal niet zo gemakkelijk. Ik daarentegen kan nu wel genieten, want als sportfan zie ik bijna alles op de Olympische Spelen graag.”