INSPECTEUR JPT (65): De braadpannenmoord: Erik werd dood gemept als een insect
Uitsluitend om geld te hebben greep Bissegemse twintiger K.V. naar een braadpan en sloeg hij, de killer met het babyface, de schedel van zijn gastheer uit Oostende in.
Elke week blikt onze gerechtsverslaggever Jean-Pierre Terryn alias Inspecteur JPT terug op een van de spraakmakendste gerechtelijke affaires in onze provincie.
Het West-Vlaamse assisenhof veroordeelde in februari 2004 de toen 26-jarige Bissegemnaar K.V. tot 25 jaar opsluiting. Dat was precies de strafmaat, die het openbaar ministerie vorderde. K.V. sloeg op 24 september 2001 met een braadpan de schedel van zijn roes uitslapende Erik Vanhercke (46) in en beroofde hem van zijn portefeuille in zijn appartement in Oostende. K. V. woonde sinds een drietal weken bij Erik Vanhercke in.
Voor de jonge dader golden zijn jeugdige leeftijd, zijn blanco strafregister en in mindere mate de overbescherming, die hij thuis genoot, als verzachtende omstandigheden.
Bloed aan braadpan
In de ochtend van 25 september 2001 omstreeks 7.10 uur trof bovenbuur Hugo Cabeke Erik Vanhercke dood aan in zijn appartement. Cabeke woonde op de tweede, Vanhercke op de eerste verdieping van een huis in de Oostendse Timmermansstraat. Toen Hugo Cabeke naar beneden de krant ging halen, zag hij dat de deur van het appartement van Erik Vanhercke openstond en dat de lichten brandden. Hugo Cabeke ging binnen een kijkje nemen en ontdekte zijn onderbuur, liggend op zijn buik, zijn twee voeten nog in de zetel en zijn hoofd op de grond, in een plas bloed naast de salon. De geschrokken buur zette de deur tegenaan en belde de politie.
Hugo Cabeke had de avond voordien omstreeks half tien een klap gehoord, maar had daar weinig aandacht aan geschonken. Zijn vrouw was die avond omstreeks 22.40 uur thuisgekomen en had in het voorbijgaan ook al gezien dat de deur bij haar benedenbuur openstond en dat de lichten brandden.
“De dader kende nooit spijt. Erik Vanhercke werd dood gemept als een insect. Meester Elfri Deneve klonk hard”
Toen was de moord blijkbaar al gebeurd. In het appartement werd in eerste instantie niks gevonden wat naar de dader verwees. Wel ontdekten de speurders een braadpan waar bloed aan kleefde. Ze stelden ook vast dat de portefeuille, de identiteitskaart, de bankkaart en het rijbewijs van het slachtoffer nergens te vinden waren.
Nummerplaat doet dader de das om
Getuigen hadden Erik Vanhercke op de fatale dag nog gezien in het gezelschap van een jongere man. Er werden robotfoto’s gemaakt, maar dat leidde niet meteen tot resultaat. De speurders zochten ook in het homomilieu, omdat beweerd werd dat Vanhercke homo was. De doorbraak in het onderzoek kwam er in december 2001, na een nieuwe, dit keer erg zorgvuldig uitgevoerde huiszoeking in het appartement van Vanhercke. Een nummerplaat, die in het tv-kastje in de huiskamer lag en die de speurders niet hadden nagetrokken, omdat ze dachten dat ze van Vanhercke was, bleek toe te behoren aan K.V..
K.V. werd opgespoord en gevonden bij zijn ouders thuis in Bissegem. Hij bekende de roofmoord, echter niet zonder eerst enkele keren zijn verklaringen te wijzigen.
Moordplan borrelde in de keuken op
Uiteindelijk biechtte K.V. op dat hij Erik Vanhercke sinds 5 september 2001 kende en een drietal weken bij hem had ingewoond. De Bissegemnaar had de NMBS-onderhoudsman toevallig leren kennen in het stadion van Oostende. In de ochtend van 24 september ging hij, terwijl Vanhercke boodschappen ging doen, voor het eerst op zoek naar geld in het appartement. Tevergeefs. In de namiddag bezocht het duo enkele cafés en toen ze in de vooravond terug naar huis keerden, kwam K. V. op het idee om zijn gastheer te doden.
Hoe hij Vanhercke zou doden, bedacht hij toen hij ‘s avonds een pint ging halen in de keuken en op het aanrecht de braadpan zag staan. Hij stapte met de pan op slapende Vanhercke af en sloeg hem ermee meermaals hard op het hoofd, tot de steel van de pan brak. Erik Vanhercke bezweek ter plekke. Daarna legde K.V. het slachtoffer met een open schedelbreuk op zijn buik en pakte zijn portefeuille uit de achterzak van zijn broek. Hij zocht nog in de andere kamers van het appartement naar geld, maar vond er geen, zette de tv af en vertrok met een plastiekzak, waarin de boordpapieren van zijn auto, het pas leeggedronken flesje bier en de portefeuille van Vanhercke zaten. De nummerplaat vergat de ‘braadpanmoordenaar’, wat achteraf een fatale vergissing zou zijn.
Zijn gastvrijheid werd hem fataal
De beschuldigde is van Bissegem afkomstig. Op vierjarige leeftijd werd hij door een auto aangereden en lag hij een tijdlang in coma. Na een problematische schoolloopbaan ging hij als dakwerker aan de slag, maar verschillende werkgevers zetten hem aan de deur wegens onwettige afwezigheid. Overmatig drankgebruik was de boosdoener. Op zijn twintigste ging de man alleen wonen. Hij had om de haverklap een ander adres. Sinds begin januari 2001 had hij niet meer gewerkt en begon toen aan zijn omzwervingen. Naar eigen zeggen had hij niet veel vrienden. Geldproblemen en drankmisbruik lieten zijn relaties met vriendinnetjes op de klippen lopen.
“Erik Vanhercke was een stille, brave mens. Enkel als hij geconfronteerd werd met opmerkingen over zijn seksuele geaardheid kon hij agressief uit de hoek komen”
Slachtoffer Erik Vanhercke, 46 op het moment van de feiten, was op veertienjarige leeftijd bij een slager gaan werken en was sinds 1976 onafgebroken als onderhoudsman in het Oostendse station aan de slag. Vanhercke had twee echtscheidingen achter de rug. Uit het laatste huwelijk werd een dochter geboren. Hij was een stille, brave mens, die graag eens op café ging. Toch omschreven veel getuigen hem vooral als een gesloten, zwijgzaam man, die iedereen onbaatzuchtig hielp. Vanhercke kon niemand zomaar op straat laten staan. Die gastvrijheid werd hem fataal.
Afwijking in de hersenen
Op het assisenproces haalden meesters Alexander Verstraete en Frederic Wauters, raadsmannen van de beschuldigde, aan dat K.V. zeer zeker spijt had van zijn daden en dat, er ten gevolge van het ongeluk in zijn kinderjaren, een afwijking in zijn hersenen was. Het was niet uitgesloten dat dat een grote invloed had op zijn handelen. De verdediging stuurde aan op herkwalificatie van moord tot slagen en verwondigen met de dood te gevolg. “Onze cliënt had niet de bedoeling hem te doden. Hij wou zijn gastheer enkel buiten westen slaan.”
Dat pakte niet bij openbaar aanklager Grace Van Beselaere en meester Elfri Deneve, die de burgerlijke partij namens de nabestaanden van het slachtoffer waarnam. Deze laatste benadrukte dat beschuldigde nooit spijt had betuigd. “Erik Vanhercke werd doodgemept als een insect!”, klonk het hard. Procureur Van Beselaere trad assisenvoorzitter Dirk Van Remoortel bij door te stellen dat K.V. het geld gewoon gekregen zou hebben van Erik Vanhercke indien hij het hem gevraagd had. Ook zij was ervan overtuigd dat de beklaagde sloeg om te doden.
Dat was ook de stelling van wetsdokter Hubert Floré, die in zijn getuigenis stelde dat er met de pan uitzonderlijk hard werd geslagen. De tengere lichaamsbouw van Vansteenkiste in acht genomen wilde dat heel wat zeggen.
“Moorden hoefde niet. Had hij het geld gewoon gevraagd dan had Erik Vanhercke het hem zeker gegeven”
Verdedigers Alexander Verstraete en Frederic Wauters vonden dan weer dat die stelling niet klopte. “Als hij had willen doden dan kon hij, in plaats van een braadpan, gewoon een mes hebben genomen.” Maar het mocht niet baten. Het hof en de jury volgden de procureur Van Beselaere: 25 jaar cel.
Inspecteur JPT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier