INSPECTEUR JPT (56): ‘Killer’ uit Beernem werpt zich als bloeddorstig roofdier op Oostkampse taxichauffeur
De prille twintiger Nico Van Haecke uit Beernem bracht de Oostkampse taxibestuurder Rufin Logghe een dodelijke messteek toe. De dader wou diens auto stelen om naar Hongarije te vluchten. Daar geraakte hij niet.
Elke week blikt onze gerechtsverslaggever Jean-Pierre Terryn alias Inspecteur JPT terug op een van de spraakmakendste gerechtelijke affaires in onze provincie.
In april 1995 hoorde de toen 21-jarige Nico Van Haecke uit Beernem zich door het West-Vlaamse assisenhof voor de moord op de 47-jarige Oostkampse taxichauffeur Rufin Logghe veroordeeld tot levenslange dwangarbeid. De jonge dader werd afgeschilderd als een gevaarlijk psychopaat. Voor Nico Van Haecke, die later door zijn medegedetineerden smalend Taxi werd genoemd, was geld even belangrijk als lucht voor gelijk wel ander mens. “Zonder geld ga ik dood”, zei hij op zijn proces. De beschuldigde heeft het evenwel nooit op een faire manier weten te verdienen. Hij kwam al op jeugdige leeftijd in een spiraal van misdrijven terecht en bouwde een carrière als dief op.
Met vaders centen naar bordelen
Nico Van Haecke, de zoon van een Beernemse bierhandelaar, heeft geen onbesproken verleden. Hij stal thuis sloffen sigaretten, die hij op school – in het Brugse Sint-Leocollege en het Vrij Handelsinstituut – doorverkocht. Toen hij in de zaak van zijn pa werkte, verduisterde hij zelfs 30 tot 40.000 ‘oude Belgische’ frank per week. In totaal ging het om bijna 2 miljoen ‘oude Belgische’ frank, waardoor vader zijn bierhandel diende over te laten. Het geld verbraste Nico aan wagens, drank op de Brugse Eiermarkt en in bordelen. Bovendien ontvreemdde hij in 1993 de auto van zijn vader en reed ermee richting Hongarije. Onderweg werd hij evenwel in Oostenrijk door de plaatselijke politie ingerekend.
Assisenvoorzitter Henri Heimans. Vooraan de bebloede broek van de dader.
©
Foto Belga
Wegens een nieuwe autodiefstal werd Nico Van Haecke op 30 april 1993 onder aanhoudingsmandaat geplaatst en opgesloten in de Brugse gevangenis. Bij zijn voorlopige invrijheidsstelling op 28 mei 1993 repte hij zich, vlak voor sluitingstijd, naar de Brugse wapenhandel Priem en kocht er een mes met een lemmet van 20 cm. Met een andere ex-gedetineerde trok Nico Van Haecke vervolgens naar de Eiermarkt, waar hij een vijftiental mazoutjes dronk. Met een gestolen fiets reed hij daarna naar het Brugse station, waar hij de Oostkampse taxichauffeur Rufin Logghe vroeg hem naar Wingene te brengen.
Slachtoffer in wurggreep gehouden
Nico Van Haecke kende de taxibestuurder. Diens zoon Hans Logghe had samen met hem in de klas gezeten. Van Haecke wist dat zijn taxiwagen goed onderhouden was. De jonge Beernemnaar had al een plan. Hij berekende dat het voertuig voldoende geld zou opleveren om naar Hongarije te reizen en niet meer terug te keren. Rufins taxi stond pas als derde in de rij aan het station en Van Haecke diende zijn beurt af te wachten. Eerder tijdens zijn gevangenschap had hij vanuit zijn cel ook al in een brief aan zijn vriendin geschreven dat hij opnieuw een auto zou stelen.
De dader (21) op zijn assisenproces.
©
Foto Belga
Nico Van Haecke nam vervolgens achter de chauffeur in de taxi plaats. Zo kon hij makkelijker Rufin Logghe overvallen van zodra ze in de bosrijke Blauwhuisstraat in Wingene arriveerden. Daar nam Nico Van Haecke met zijn linkerhand de taxichauffeur in een wurggreep en met zijn rechterhand hield hij het mes voor het gezicht van het slachtoffer. Tijdens de daaropvolgende worsteling in de wagen diende de overvaller al de dodelijke messteek in de nek van de Oostkampenaar toe.
Voortvluchtige moordenaar geklist
Na die messteek had Rufin Logghe niettemin nog de kracht om uit zijn voertuig te kruipen en de dader bij de polsen vast te grijpen. Op dat moment passeerde vrachtwagenbestuurder Gino Verfaillie toevallig op de plaats van de misdaad. “Ik heb hem, haal hulp”, riep de taxichauffeur de trucker toe. Maar toen die hulp eindelijk arriveerde lag het stervende slachtoffer, hevig bloedend in de hals, op de grond. Gelukkig kon de taxichauffeur, net vooraleer hij in coma raakte, de naam van de intussen weggevluchte dader aan de ambulancier toefluisteren. Twee dagen later wist toenmalig rijkswachter Ignace Roels de voortvluchtige moordenaar aan de Kruispoort in Brugge inrekenen.
Uit onze krant, mei 1993.
©
GF
“Op beestachtige manier afgemaakt”
Het assisenproces lokte heel wat publieke belangstelling. “Elke dag moet de weduwe van Rufin Logghe rondrijden in de taxi waarin haar man vermoord werd”, verklaarde mr. Jean-Baptiste Petitat, de raadsman van de burgerlijke partij in zijn pleidooi. “De Oostkampse taxichauffeur bracht zijn klanten altijd veilig ter bestemming. Ook Nico Van Haecke, die hij al vaak vervoerd had. Maar op zijn laatste tocht naar de Hendriksberg werd hij door de dader als prooi gekozen. Op het einde van die macabere rit maakte Nico Van Haecke hem op beestachtige manier – in koelen bloede – af.”
De Brugse advocaat beklemtoonde dat de betichte nooit spijt of wroeging over zijn daad getoond heeft. “Het feit dat hij jong is, ter zitting vriendelijk en bedeesd overkomt, verandert weinig aan de feiten”, aldus de burgerlijke partij, die de dader met dr. Jekyll en mister Hyde vergeleek.
“Als een arend bespiedde hij zijn prooi”
De openbare aanklager Jean-Luc Cottyn zette in zijn rekwisitoor de feiten in Wingene nog eens op een rijtje : “Het gaat om een wel doordachte en goed geplande moord. Van zodra de dader de gevangenis verliet, stond vast dat hij een overval zou plegen. Hij kocht meteen een mes. Als een arend bespiedde hij zijn prooi. Terwijl hij anders altijd naast de taxichauffeur ging zitten nam hij nu achterin de taxi plaats. Op de wedersamenstelling toonde de dader trouwens hoe hij zijn slachtoffer bij de keel greep en het mes in diens hals plofte.”
De Brugse openbaar aanklager Luc Cottyn.
©
Foto Belga
“Nico Van Haecke heeft duidelijk de normen en wetten overschreden. Hij had enorm veel geld nodig om te kunnen fuiven. Zonder een greintje gevoel rekende hij dan ook met iedereen af die hem in zijn grootheidswaanzin in de weg stond. Daarvoor maakte hij twee gezinnen kapot : hij richtte de bierhandel van zijn vader ten gronde en vermoordde Rufin Logghe. De openbaar aanklager vorderde levenslange dwangarbeid.
“Nico raakte in blinde paniek”
In haar pleidooi namens de verdediging probeerde mr. Anne Vannieuwkerke in de jeugdjaren van de beklaagde een verklaring te vinden voor het misdrijf. “Onze cliënt is nog een kind, maar moest plots alleen volwassen worden door de ziekte van zijn moeder. Zijn gebrek aan zelfvertrouwen verhulde hij door op te scheppen. Met geld probeerde hij liefde en vriendschap te kopen.”
De Brugse advocaat Jean-Baptist Petitat nam de burgerlijke partij waar.
©
Foto Belga
“Nico is geen koelbloedige moordenaar”, vervolgde mr. Philippe Strubbe. “In feite is hij een zielig ventje, een zwakkeling. Maar hij wil niet toegeven dat hij niet die zware jongen is voor wie hij zich graag voordoet. De speurders deden evenwel te weinig moeite om de ware aard van de dader te doorgronden. Deze naïeveling werkte een simpel plan uit, dat vrij vlug in duigen viel. Doordat Rufin zich verzette, raakte Nico in blinde paniek. Waardoor hij zijn slachtoffer ongewild een fatale messteek toebracht.” De verdediging pleitte voor de herkwalificatie tot opzettelijke slagen en verwondingen en een straf van vijftien jaar.
In navolging van het openbaar ministerie veroordeelden het hof en de gezworenen de Beernemse killer tot levenslange dwangarbeid.
Inspecteur JPT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier