INSPECTEUR JPT (44): Roofmoord op Houthulstse schroothandelaar en zijn seksvriendjes

Redactie KW

Wat twee Pakistani en een Indiër eerst als een uit de hand gelopen homoseksuele orgie lieten uitschemeren, was in werkelijkheid een gruwelijke roofmoord op schroothandelaar Tant en zijn seksvriendjes.

Elke week blikt onze gerechtsverslaggever Jean-Pierre Terryn alias Inspecteur JPT terug op een van de spraakmakendste gerechtelijke affaires in onze provincie.

Vanaf maandag 24 maart 2003 stonden de Pakistani Aamir Abbas (toen 24 jaar) en Omar Mohammed Nassim (32) en de Indiër Shuaib Ahmad Syed (37) voor het West-Vlaamse assisenhof terecht voor roofmoord op de 51-jarige welstellende schroothandelaar Dominique Tant en zijn vriendjes Jürgen D’Hulst (19) en Geoffrey Decaestecker (18) in Houthulst.

De woning, waar de drie levenloze mannen werden aangetroffen. Foto EFO

Gevaarlijke psychopaten

Enkel Abbas en Syed zaten in de beschuldigdenbank. Nassim, die kort na de feiten naar zijn geboorteland vluchtte, werd door de Pakistaanse autoriteiten niet uitgeleverd. Hij werd bij verstek berecht. Zijn kompanen werden tot levenslang veroordeeld. Syed was de spilfiguur. De daders werden als gevaarlijke psychopaten beschouwd. Abbas gedroeg zich tijdens het proces als een echte macho. Syed toonde evenmin emotie, schuld- of enig schaamtegevoel. De enige drijfveer voor hun wandaden was hun drang naar geld en bezit.

De vier dochters van Dominique Tant legden voor het assisenhof moedige en tegelijk ontroerende getuigenissen af. “Vader was een onschuldige, goeie vader. De braafste man op aarde. Een harde werker. Hij verdiende het absoluut niet dat hij op dergelijke manier moest boeten voor zijn goedheid.” De dochters hadden geen probleem met de biseksuele geaardheid van hun vader.

INSPECTEUR JPT (44): Roofmoord op Houthulstse schroothandelaar en zijn seksvriendjes

Dominique Tant. Foto EFO

Geboeid en gekneveld

De drievoudige moord speelde zich op vrijdag 29 december 2000 af in de woning van Dominique Tant in de Neerloopstraat in Houthulst. De lijken van de drie slachtoffers werden de volgende dag kort na de middag aangetroffen. Alle drie waren afzonderlijk geboeid en gekneveld. Eén lag in de woonkamer, één in de grote slaapkamer en één in de kleine slaapkamer. Het was een familielid van de handelaar in oude metalen, die alarm had geslagen. Hij had het vreemd gevonden dat Tants auto driehonderd meter verderop van diens woning stond met de sleutels in het contact. Het familielid ging dat Dominique Tant melden en deed de akelige ontdekking.

Geoffrey Decaestecker verbleef sinds zijn 18de verjaardag (anderhalve maand eerder) bij Dominique Tant. Jürgen D’Hulst woonde officieel nog bij zijn ouders in Kortemark. Hij zou op 30 december 20 jaar geworden zijn. D’Hulst had tussen juli 1999 en september 2000 samengewoond met Tant, maar was blijkbaar ook na de liefdesbreuk nog bevriend gebleven.

Fastfoodrestaurants

Het zou de vriendin van de Antwerpenaar Geert Vissers zijn, die een sleutelrol speelde bij het oplossen van de drievoudige moord. Geert Vissers baatte drie fastfoodrestaurants uit. Hij was sedert september 2000 het slachtoffer van afpersing door drie ex-werknemers. Op 5 januari 2001 moest Vissers onder dwang van Aamir Abbas goudstaven verkopen in de Pelikaanstraat in Antwerpen. Toen de vriendin van Vissers dat te horen kreeg, legde ze meteen de link met wat ze in de krant had gelezen, nl. dat wellicht vreemdelingen de moorden hadden gepleegd in Houthulst en dat de daders goudstaven hadden gestolen. Op aandringen van zijn vriendin diende Vissers op 11 januari 2001 een klacht in. ‘s Anderendaags werd in Antwerpen Aamir Abbas aangehouden. Het duurde niet lang vooraleer hij tot bekentenissen overging en zijn kompanen Omar Mohammed Nassim en Shuaib Ahmad Syed verklikte.

INSPECTEUR JPT (44): Roofmoord op Houthulstse schroothandelaar en zijn seksvriendjes

De Pakistaan Aamir Abbas (rechts) en de Indiër Ahmad Syed. Foto EFO

Ruzie om koperdraadmachine

Tijdens een huiszoeking op 16 januari 2001 op het adres van Syed in Antwerpen kon bewijsmateriaal in verband met de moorden worden aangetroffen, onder meer een paar aaneengeknoopte kousen en een halsketting. De Indiër Syed, die op 11 januari naar de Verenigde Staten was gevlucht, kon in New York gearresteerd worden. Hij werd in maart 2001 uitgeleverd aan ons land. Omar Nassim was op 10 januari 2001 naar Pakistan gevlucht. Op basis van een bevel tot aanhouding bij verstek werd zijn uitlevering gevraagd, maar de Pakistaanse overheid gaf daaraan nooit gevolg.

Nadat in 1997 het huwelijk van Syed met een Antwerpse op de klippen liep, had hij de intrek genomen bij zijn nieuwe vriendin Suzy Tant, een van de vier dochters van Dominique Tant. Alhoewel Syed chronisch geldgebrek had – hij wendde zich vier keer tot het OCMW van Houthulst – , koesterde hij toch grootse plannen. Samen met Dominique Tant besliste hij vanuit India een machine in te voeren om koperdraad van het plastieken omhulsel te ontdoen. Omdat die machine niet naar behoren werkte, weigerde Tant om het volle pond te betalen.

Syed, die daardoor nog dieper in de put geraakte, besloot het recht in eigen handen te nemen en betrok Abbas en Nassim bij zijn plannen. Begin december 2000 bestelde Syed op de zwarte markt een pistool, dat Abbas afhaalde. Met de auto van Syed trok het drietal op 19 december naar Houthulst, maar Tant was niet thuis. Op 24 december kwamen ze een tweede keer naar de Westhoek, maar die avond was er een kerstfeestje.

Op zoek naar geld, goud en juwelen

Pas op 29 december 2000 kon Syed een telefonische afspraak met Tant maken. Kwestie van nog eens te spreken over die koperdraadmachine. Onderweg zei Syed tegen zijn kompanen dat hij pas zijn wapen zou bovenhalen als het gesprek niks opleverde.

INSPECTEUR JPT (44): Roofmoord op Houthulstse schroothandelaar en zijn seksvriendjes

Geoffrey Decaestecker. Foto EFO

Het was Geoffrey Decaestecker, die de deur opende toen Syed aanbelde. Even later stemde Dominique Tant toe dat ook Abbas en Nassim werden binnengeroepen. Tijdens het gesprek vertrok Decaestecker op uitstap. Omstreeks 20 uur wilde Tant het gesprek afronden met een bod van 10.000 frank. Als reactie liet Abbas zijn wapen zien. Nassim bond hem vervolgens vast. Tant moest onder bedreiging vertellen waar hij zijn geld verborgen hield. Achter een kastje in de badkamer vonden ze op zijn aanwijzingen 600.000 frank. In de schouw troffen ze nog eens twee goudstaven aan. Vervolgens moest hij ook vertellen waar hij zijn wapens en juwelen verborgen hield.

Even later parkeerde Jürgen D’Hulst zijn auto op de binnenplaats en klopte aan de achterdeur. Abbas liet hem binnen. Onder bedreiging van een wapen verplichtte hij D’Hulst om in de slaapkamer van Tant op het bed te gaan zitten. Nassim bracht vervolgens een prop in zijn mond en bond zijn handen en voeten samen. Volgens Syed weende de jongeman hevig. Nassim wurgde hem uiteindelijk.

Ooggetuige uit de weg ruimen

Vervolgens kreeg Dominique Tant opdracht om Geoffrey Decaestecker op te bellen met het verzoek om naar huis te komen. Kwestie van ook deze ooggetuige uit de weg te kunnen ruimen. Abbas liet hem binnen en Nassim bond Decaestecker vast. Daarna droegen Syed en Nassim hem naar de slaapkamer van Tant. Nadat Abbas een sigaret had uitgeduwd op het voorhoofd van Tant, brachten Abbas en Nassim de jongeman naar de badkamer. Daar vroeg Syed waar nog meer geld en goud verborgen lagen. Geoffrey Decaestecker wist niks van goud, maar wel van 10.000 frank, die in zijn fotoalbum van Elvis Presley stak. Dat geld werd even later gevonden. Vervolgens wurgden Syed en Abbas samen Dominique Tant.

INSPECTEUR JPT (44): Roofmoord op Houthulstse schroothandelaar en zijn seksvriendjes

Jürgen D’Hulst. Foto EFO

Ten slotte keerde het trio met Decaestecker terug naar de woonkamer. Daar begonnen Nassim en Syed hem te wurgen met een sjaal. Toen Geoffrey Decaestecker zich niet meer verzette, nam Abbas de plaats in van Syed om de wurging te voltooien.

Buit verdeeld

Na de feiten nam het trio behalve geld, juwelen, goud en wapens ook sleutels, tassen, asbakken, een aktentas en nog andere goederen mee. Alles wat tot hun identificatie kon leiden, werd in een linnen zak gestopt en op een verlaten plaats verbrand. In het appartement van Syed verdeelden ze de buit. Abbas en Nassim kregen elk 40.000 frank. Syed hield de resterende 560.000 frank voor zich. De opbrengst van de twee goudstaven (220.000 frank) kwam ook in de zakken van Syed terecht.

Aanvankelijk ensceneerden de daders dat de moordpartij een uit de hand gelopen homoseksuele orgie was. De gruwelijke werkelijkheid was toch helemaal anders.