Ieper vangt gevluchte Afghaanse medewerkers van Moeders voor Vrede op in jeugdhotel: “Dankbaar, maar ook bezorgd”
Jennie Vanlerberghe bewoog hemel en aarde om de Afghaanse medewerkers van Moeders voor Vrede uit de klauwen van de taliban te krijgen. Elf vrouwen, samen met enkele van hun gezinsleden, slaagden daarin en worden nu tijdelijk opgevangen in The Menin Gate Hotel, een jeugdhotel in het centrum van Ieper dat door de naweeën van de coronacrisis amper overnachtingen heeft.
Dinsdagavond arriveerden al vijf Afghaanse medewerkers van Moeders voor Vrede in The Menin Gate Hotel in Ieper. Onder hen algemeen directeur Razia Arefi, maar ook dokter Shanaz Saha die haar dochtertje Zahra kon meesmokkelen en secretaris Nasima en haar moeder. Woensdagochtend getuigden ze over de moeilijkheden in hun land. “De taliban trok in Kaboel van deur tot deur, op zoek naar mensen die met buitenlanders samenwerken”, vertelt Razia Arefi. “Ik moest verhuizen om aan hen te ontsnappen. De taliban zegt wel minder extremistisch te zijn dan vroeger, maar daar klopt weinig van. Ik heb een meisje zien vermoord worden omdat ze een jeansbroek droeg. Een jongen kreeg zweepslagen omdat hij korte mouwen aan had. Dat soort Westerse kledij hoort niet volgens de taliban.”
De vrouwen hadden geen andere keuze dan hun land te ontvluchten. Dankzij de hulp van Jennie Vanlerberghe en de Belgische medewerkers van Moeders voor Vrede slaagden ze erin, al was het een hachelijke onderneming. “Ze hebben op hun knieën door het volk moeten kruipen, zodat de taliban hen niet zou zien”, vertelt Jennie. “Vier dagen hebben ze erover gedaan. Ik had verwacht dat ze hier zouden aankomen met hun hele hebben en houden, maar ze hadden niets bij zich uitgezonderd de kleren aan hun lijf en een kleine zak met persoonlijk spullen.”
Deuren gingen open
Woensdagavond moesten nog een zestal vrouwen met hun kinderen aankomen in Ieper. Hanifa Aliyar (25) is een van de dames die dinsdag al aankwamen. Ze heeft een universitair diploma en studeerde Engels in Pakistan. Voor Moeders voor Vrede gaf ze Engelse les aan vrouwen in het district Shakardara in de provincie Kaboel. “Het is hard om een vrouw of meisje te zijn in Afghanistan”, vertelt ze. “Ons project betekende veel voor meisjes en vrouwen. Het deed deuren voor hen open. Ze konden op hun beurt ook lesgeven en een inkomen genereren. Ik zag veel verandering, niet alleen bij de vrouwen zelf maar ook in hun families. Dat gaf me veel voldoening.”
Vrouwen met goede opleiding zijn voornaamste doelwit van de taliban
Toen de taliban kwam, werd alles stopgezet. “Veel van mijn vrienden hebben hun certificaten en documenten van internationale organisaties verbrand, zodat ze niet zouden aangevallen worden door de taliban. Veel ngo’s vernietigden ook hun database met info over hun medewerkers en vrijwilligers. Ik ben nu hier, maar in mijn hoofd ben ik nog steeds in Afghanistan. Wat zal er gebeuren met mijn moeder, met mijn vijf zussen…? Vooral omdat jonge vrouwen met een goede opleiding het voornaamste doelwit zijn van de taliban. Ik ben erg bezorgd en het lukt niet om met hen te communiceren omdat alle netwerken plat liggen in Kaboel.”
“Naar de luchthaven gaan was het moeilijkste dat ik ooit in mijn leven gedaan heb”, vervolgt Hanifa. “Vier dagen hebben we geprobeerd om er binnen te geraken, van 6 uur ‘s morgens tot middernacht, maar het leek wel of heel Kaboel hetzelfde wilde. De politie gebruikte traangas en honden om de massa uit elkaar te drijven. Na vier dagen werden we uiteindelijk opgepikt door militairen die ons naar de luchthaven brachten. Ik kan nog steeds niet geloven dat ik het gehaald heb.”
Gedachten verzetten
Burgemeester Emmily Talpe kwam woensdag de vrouwen een hart onder de riem steken. “We werken heel nauw samen met Moeders voor Vrede om deze vrouwen een warm welkom te geven en hen toe te laten om samen de gebeurtenissen te verwerken. We zijn nu in overleg met Fedasil, maar ook met de organisatie en onze stadsdiensten hoe we dat praktisch kunnen regelen.”
Het was Talpe die het initiatief nam om voor de vrouwen een onderkomen te vinden. “Ik wist dat er in de stad een aantal locaties waren die door het wegvallen van de Britse toeristen wat ruimte hadden. Ik denk dat deze vrouwen blij zijn dat ze hier samen kunnen zijn in een warme omgeving. Ze kennen Jennie ook heel goed en ze zitten hier in het midden van het centrum. Ze kunnen in de stad hun gedachten verzetten.”
Stefaan Vanderstraete van The Menin Gate Hotel is trots dat hij zijn steentje kan bijdragen. “Het is in eerste instantie hartverscheurend wat we hier vaststellen. Het is met volle overtuiging dat we hierin een rol willen spelen. Waarom ook niet? De Britse scholen reizen nog niet. Het Britse vaccinatiepasport is nog steeds niet geaccepteerd, dus zijn wij tot nader orde nog altijd zo goed als leeg.”
De opvang in het hotel is echter tijdelijk. Op termijn zal Fedasil zich over de vrouwen ontfermen. En voor Moeders voor Vrede lijkt het erop dat hun rol in Afghanistan is uitgespeeld. “Ik heb onderhandeld met Sima Samar (die in 2008 de Ieperse Vredesprijs won, red.) en gevraagd of zij met haar organisaties onze projecten in Afghanistan kon opvolgen of overnemen”, aldus Jennie Vanlerberghe. “Zo kunnen onze projecten hopelijk blijven verder bestaan en wordt dat getolereerd door de taliban. Het is echter nog maar de vraag wanneer we zelf ooit terug naar Afghanistan zullen kunnen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier