Els De Pauw (54) beleeft Poëzieweek als hoogtepunt voor de kunstvorm: “Poëzie slaagt erin om te verwoorden wat ik voel”
Nog tot 1 februari loopt de Poëzieweek, een week waarin extra aandacht gaat naar het gedicht. Een vervlogen kunstvorm? Of een onderschatte literaire creatie? Els De Pauw omringt zich in elk geval met veel graagte door poëzie, ook tijdens haar lessen aan de academie. “Poëzie is zo rijk, iedereen herkent zich op zijn manier.”
Al meer dan 30 jaar is Els De Pauw een begeesterd lesgeefster in de voordrachtkunsten. Poëzie neemt dan ook een bijzondere plaats in haar leven in. De Poëzieweek beleeft Els als een hoogtepunt voor de kunstvorm.
De Poëzieweek zet gedichten even in de kijker. Is die extra aandacht voor deze kunstvorm dan zo broodnodig?
“Ja! Laat me beginnen met te zeggen dat ik merk dat het lezen, zowel het technisch als begrijpend lezen, er enorm op achteruitgaat. Ik geef al een hele tijd les en merk jammer genoeg veel taalarmoede bij de leerlingen. Woorden die ze niet meer begrijpen, teksten die ze niet meer krijgen voorgelezen… Ik weet niet meteen waar het probleem zich situeert, thuis of op school, maar ik maak me wel ernstig zorgen.”
“Uiteraard vind ik het wel fijn om deze week extra aandacht te hebben voor poëzie. Ik ga er in elk geval in al mijn klassen mee aan de slag. Zo wil ik, in de aanloop naar Valentijn, met de jongste groep rond fluisterzinnetjes werken. Dan mogen ze kleine stukjes poëzie in elkaars oor fluisteren, om zo te tonen dat gedichten plezant kunnen zijn.”
Wat trekt jou zelf zo aan in poëzie?
“Poëzie slaagt erin om te verwoorden wat ik voel. Soms kom ik zelf moeilijk uit mijn woorden, maar ik vind altijd wel een gedicht om mijn gevoelens mee uit te drukken. Bovendien ben ik nog een ouderwets kaartenschrijfster. Op die kaarten zet ik dan graag poëzie. Iets wat bovendien ook troostend kan werken. Gedichten doen je dingen inzien. Ik heb altijd poëzie in mijn buurt.”
‘Poëzie’ van Herman De Coninck
Zoals je tegen een ziek dochtertje zegt:
mijn miniatuurmensje, mijn zelfgemaakt
verdrietje, en het helpt niet;
zoals je een hand op haar hete voorhoofdje
legt, zo dun als sneeuw gaat liggen,
en het helpt niet:
zo helpt poëzie.
“Mijn absolute favoriet is Herman De Coninck. Zijn gedichten zijn bovendien prachtig om op scène te brengen. Daarnaast wordt er ongelooflijk mooie kinder- en jeugdpoëzie uitgebracht, met heel veel goede schrijvers. Kinderen en jongeren kunnen zichzelf herkennen in de gedichten en dat is toch wel erg belangrijk. Maud Vanhauwaert is bijvoorbeeld zo’n dichteres die haar eigen poëzie ook op scène brengt. Zo worden haar gedichten ook een performance, theater. Ze doet dat fantastisch en op een erg toegankelijke manier. Absoluut de moeite waard!”
Is deze manier van poëzie brengen de toekomst?
“Toch steeds meer, het wordt niet meer gezien als een aparte kunstvorm. Je kan gedichten lezen thuis, maar ook beleven op scène. Uiteraard leent niet elk gedicht zich daartoe. Poëzie is ook zo rijk. Iedereen herkent zich wel in een gedicht, elk op zijn eigen manier met een andere interpretatie. Zo wordt het heel persoonlijk.”
Hoe slaag je erin om kinderen en jongeren nog warm te maken voor een gedicht?
“Door dat op een hele speelse manier aan te brengen en dat begint al in woordatelier. Het zou fijn zijn mocht er ook in het onderwijs meer ingezet worden op poëzie. Denk dan bijvoorbeeld aan een tekening maken naar aanleiding van een gedicht, of de kinderen een gedicht op verschillende manieren te laten spelen. Onbekend is onbemind…”
“Iedereen herkent zich in een gedicht, elk op zijn eigen manier”
Voel je soms weerstand als je poëzie probeert te introduceren bij je leerlingen?
“Ja, toch wel, maar ze moeten die kunstvorm natuurlijk leren kennen. Daarom probeer ik hen gedichten aan te bieden waarin ze zichzelf echt wel kunnen herkennen. Dat kan recent werk zijn, maar ik merk dat ook de klassiekers het erg goed blijven doen. Een gedicht heeft ook vaak een wat tijdloos karakter. De leerlingen gaan dan met die gedichten aan de slag en zo breekt die weerstand. Daarnaast kies ik dingen uit op basis van de interesses van het kind en van de klas. Voor de jongsten beginnen we dan uiteraard met eenvoudige, korte en speelse verzen.”
Je geeft nu 32 jaar les, merk je verandering bij de leerlingen?
“Ze zijn mondiger geworden, wat ik toejuich. Ik heb het er wel moeilijk mee dat dit niet altijd op een beleefde manier gebeurt. Maar net zoals vroeger is het nog steeds mogelijk om hen warm te krijgen voor cultuur en theater. Toch zijn de klassen nu kleiner dan vroeger, ook omdat er zoveel meer aanbod aan hobby’s is. De digitale wereld speelt daar uiteraard ook een rol in, sommige leerlingen lijken vergroeid met hun smartphone. Toch is de combinatie tussen de digitale nieuwe wereld en de wereld van de poëzie zeker mogelijk en iets wat interessant kan zijn. Al moeten de smartphones soms gewoon ook op de vensterbank. (lacht)” (LDW)
Els De Pauw
Privé: Els (54) is gehuwd met Rik Demoen en woont in Tielt.
Studies en loopbaan: Na voordrachtkunst aan het Koninklijk Conservatorium van Gent volgde nog een masteropleiding drama aan het Lemmensinstituut in Leuven. In 1991 ging Els aan de slag als lesgeefster in de Tieltse academie en ook één jaar in Menen. Voor de academie van Tielt richtte ze samen met Herman Verschelden alle bij-afdelingen in omliggende gemeentes op. Sinds 2018 werkt Els in de academie van Izegem, waar ze onder meer woordatelier, speltheater, spelen & acteren en specialisatiejaar verteltheater doceert.
Vrije tijd: Els houdt van zingen. Ze volgt niet enkel zangles, maar ook de richting ‘band’, waarin ze de zang verzorgt. Ook fan van theater, reizen en koken.
Belfortbabbel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier