Dagboek van een spoedarts (28): “Laat ons ook kijken naar het leven naast corona”
Vera Van Haevre is 42, getrouwd en mama van twee zonen van zes en tien. Vera Van Haevre is ook spoedarts in AZ Delta, voornamelijk op de campussen in Torhout en Menen. Elke dag spreken we met haar. Over de strijd tegen het coronavirus en hoe zij daar zelf mee omgaat.
“Moe hé. Ontzettend moe. (lacht) Echt verrassend is dat niet, na een nachtdienst. Het was niet erg druk, maar we zijn wel bezig geweest. Ook weer met een paar patiënten met het covid-19-virus die we hebben moeten opnemen. Eén jongeman van 29 bijvoorbeeld van wie we absoluut zeker zijn. De test was een dag eerder afgenomen En dan een dame van 89 die uit een woonzorgcentrum kwam en daar gisteren (!) negatief had getest. Als je de scans erbij neemt, wijst alles toch op covid. De resultaten van een tweede test moeten nog komen. Ik vrees voor veel zulke gevallen, dat is het probleem met die tests hé. Die zijn vrij onbetrouwbaar. En je weet niet of het aan het falen van de sensitiviteit ligt of aan het falen van de manier van afname.”
“Ondertussen wordt bij ons algemeen aangenomen dat de test eigenlijk onvoldoende zegt. Meestal vangen we dat op door na 48 uur opnieuw te testen. Maar nog meer gaan we uit van het beeld van de scans gekoppeld aan het klinisch beeld. Uiteindelijk krijg je het resultaat van een test pas de volgende dag. De hospitalisatie van een patiënt wordt bovendien niet bepaald door de test, maar wel de kliniek en de resultaten van het onderzoek, bloedafname en beeldvorming.”
“Ook wij, zorgverleners, worden niet getest, enkel als je ziek bent. Ik weet eigenlijk niet of ik het graag zou willen weten. Misschien wel. Ben ik er asymptomatisch doorgegaan? Heb ik het meegenomen naar huis? Het zijn vragen die blijven. Maar uiteindelijk, zelfs als je test, ben je nog niet zeker. De enige zekerheid is een negatieve test: ik heb het (nog) niet. Maar zelfs dat verandert niets want ik zou me nog altijd optimaal beschermen. Ook een positieve test geeft geen gemoedsrust. Oké, ik had het. Maar ben ik nog besmettelijk? En loop ik het risico op een tweede besmetting? Het moraal van het verhaal blijft: ik ben nooit veilig en moet mij zo goed mogelijk blijven beschermen.”
“Ik zie de jongste dagen niet opvallend meer patiënten, maar per shift is er wel een verschil met vorige week. Het is niet overdreven, absoluut niet. Er is geen stormloop. Maar de patiënten met covid-19 komen nog altijd binnen. Ik denk dat we de cijfers over een aantal dagen zullen moeten afwachten om te zien hoe groot – en dus hoe ‘slecht’ – het effect van het goede weer is geweest.”
“Ik las gisteren een interessant artikel over de Zweedse aanpak. Daar vertrouwt met op het gezonde verstand van de burger. Ik weet niet of het hier zou lukken en ik steek mijn hand niet in het vuur dat die aanpak dé allerbeste is. Maar ik vind het wel de moeite om erover na te denken. Eigenlijk vertrouwen we in België niet op de burger zelf. Er zijn beslissingen en maatregelen, maar die zijn gewoon te chaotisch. Vandaag hebben we experten die de rol van beslissende politici hebben overgenomen. En die politici zwijgen, verstoppen zich en blijven ‘buiten schot’.”
“Ofwel leg je de verantwoordelijkheid bij de mensen ofwel zorg je voor een duidelijk leiderschap en een duidelijke lijn. Concrete zaken, die mensen snappen en kunnen volgen. Wij hebben eigenlijk geen van beiden. Het resultaat is dat niemand nog echt weet hoe het zit en dat wat verteld wordt niet meer wordt geloofd. Eigenlijk het tegenovergestelde van wat je wil. Om het uur en op elke zender of radiostation komen allerlei mensen met allerlei meningen en interpretaties, telkens vanuit hun specifieke achtergrond, aan bod. Dat is te veel informatie voor de mensen. De experten moeten analyseren en duiden aan de politiek én die moeten beslissingen nemen en de burger adequaat informeren. Zoals in Duitsland.”
“Ik weet niet of ik het mag zeggen, maar op den duur denk je dat we bijna ‘geluk’ hebben gehad met onze relatief goede aanpak. We zijn binnen de zorgcapaciteit gebleven, maar ik vraag me af of dat te danken is aan de manier waarop de crisis van dag één hebben bekeken en aangepakt. Begrijp me niet verkeerd hé, ik ben heel blij met hoe het in de ziekenhuizen verloopt. Het is controleerbaar, iets waar ik oprecht heel bang ben voor geweest. Het grote drama blijft uit in ons land. Wanneer dit voorbij zal zijn? Nooit, vrees ik. Het zal misschien wegebben als we een levenswijze en werkwijze hebben gevonden die dat virus mee in acht blijft nemen. Iedereen blijven testen bij opname in het ziekenhuis, iedereen blijven beschermen die met patiënten werkt. Ik weet het niet. Dat moeten we nog zien.”
“Het enige wat we kunnen doen is herhalen, herhalen en herhalen. En ik vrees dat er een moment komt dat mensen genoeg hebben van het coronanieuws en alles wat er mee gepaard gaat. Overal waar je kijkt en luistert is het enkel corona. Ik had vannacht een jonge patiënte die binnenkwam met ademhalingsproblemen. Geen covid, wel een paniekaanval. Dat meisje zei: ik sta op met corona en ga er mee slapen. Er is niets anders in mijn hoofd. Ook daar moeten me aandacht voor hebben. De overdaad aan informatie over corona. Elke dag worden we met z’n allen ondergedompeld in datzelfde verhaal. En ik betrap mezelf er ook op dat ik er blijf op klikken en blijf naar kijken. Er is weinigs positiefs over te vertellen, jammer genoeg.”
“We mogen niet vergeten dat er nog een leven naast corona is. Laat het nieuws even liggen en lees de krant eens niet. Neem afstand, verzet je gedachten. Dat kan helpen. Het is lastig, dat weet ik. Maar we moeten het mooie proberen blijven zien. Ik hoop dat mensen de tijd die er is kwaliteitsvol kunnen vullen en zich niet blind blijven starten op corona. Dat hoop ik echt.”
Dagboek van een spoedarts
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier