Beminde stad: Frederik Lucien De Laere bezingt zijn liefde voor Brugge
De Brugse dichter en performer Frederik Lucien De Laere (49) heeft Brugge in z’n herte. Op vraag van KW/Brugsch Handelsblad schreef hij het gedicht ‘Beminde stad’, waarin hij zijn liefde voor zijn geboortestad op symbolistische wijze bezingt.
Frederik Lucien De Laere is dichter bij uitgeverij Vrijdag en debuteerde in 2003 met de bundel ‘Paniek in het circus’. Later volgden de bundels ‘De Martelgang’, ‘Secuur’, ‘In Uiterste staat’ en ‘Opabinia’. In 2007-2008 was hij stadsdichter van Damme. Naast dichter is hij performer en werkt hij samen met kunstenaars uit andere disciplines , zoals acteurs Els Deceukelier en Marc Moon Van Overmeir, beeldend kunstenares Carlen Claeys en fotografe Femke Den Hollander.
Recent schreef Frederik Lucien De Laere, die docent aardrijkskunde is aan de lerarenopleiding van Howest, gedichten over ontsnappingen, onverklaarbare verschijnselen en profetische kwatrijnen à la Nostradamus. Voor de website gezelle.be van de Openbare Bibliotheek Brugge gaf hij poëtisch commentaar bij het gedicht ‘De Reuze’ van Guido Gezelle. Hij bereidt voor september een expo voor in Atelier Flori in Brugge , waar zijn gedichten zullen prijken naast foto’s van Sammy Roelant.
Mystieke schoonheid
Dat Frederik Lucien De Laere in het kader van het solidariteitsproject ‘k en Brugge in m’n herte zou uitpakken met een nieuw gedicht over zijn geboortestad, noemt de auteur vanzelfsprekend: “Ik ben geboren en getogen in Brugge. Mijn geboortestad straalt een mystieke schoonheid uit. Er is natuurlijk de pracht van de architectuur en het interessante culturele aanbod. Maar ik hou vooral van de mysterieuze sfeer in Brugge. Ik ben nogal geïntrigeerd door het symbolisme en heb het oeuvre van de schilder Fernand Khnopff uitvoerig bestudeerd. Het gegeven van Bruges-la-morte spreekt mij enorm aan, voor dichters is Brugge een zeer inspirerende stad . Mijn gedicht ‘Beminde stad’ baadt in diezelfde, symbolistische sfeer.”
Beminde stad
Gij zijt de schoonste van het land.
Ge kunt gerust in de spiegel kijken
en dit van uzelf zeggen, want
het is onweerlegbaar, het is een axioma.
Gij zijt onweerstaanbaar, aan u heb ik
de sterker dan mezelve liefde verklaard.
Naar uw navel heb ik gestaard.
We waren gezellig, en Gezelle keek mee.
We fluisterden woorden in elkaars oren
in uw wonderzoete tale vaneigens.
Wiender zin t’ hope
twee handen op één buik,
ik ben aan u gebonden
(als aan uw moederkoek)
en aan u hang ik vast
(gij, streng over mij wakend
gelijk een moederkloek).
Uw groen is het groene gras van mijn thuis.
Ik word in u herboren
beleef steeds weer de euforie
wanneer ik op de terugweg uw torens zie.
Ik ben trouw aan u en aan mezelf in u
hoewel ik word vertroebeld door uw mysterie
of door de mist in mijn brein
of door uw lichtgesluierde lichaam ’s ochtends.
Gij verbergt geheimen
in kelders en krochten
in ondergrondse gangen
tussen stenen in stegen.
In het wandelend spookkot van uw kermis
verlegde ik mijn grenzen
en leefde ik voor het eerst intens.
Gij verrast mij af en toe
met nieuwe onthullingen.
Gij geeft u onverdroten bloot
maar alleen wanneer gij het wilt
wanneer uw ja een ja is
nadat gij mij met kant hebt verleid.
Ik wil in u verdrinken, in u verdwijnen,
gezuiverd worden in uw heilig water, uw heilig bloed
en herinnerd worden in de annalen van uw kanalen
al is het maar als luttele naam tussen vele andere namen.
Naar uw bodem wil ik zinken, in uw grond worden begraven
en wie weet word ik weer opgegraven
als een bizar artefact
als een relict van ons pact
als een kind reminder .
© Frederik Lucien De Laere
'k En Brugge in m'n Herte
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier