Arnel Lemaire na 42,5 jaar als postbode met pensioen: “De gesprekjes mis ik wel”

“Ik vrees dat de postbode binnen een paar jaar helemaal zal verdwijnen”, vertelt Arnel Lemaire. (foto IV) © IV
Redactie KW

Postbode Arnel Lemaire (60) stak zijn eerste brief in een Nieuwpoortse brievenbus op 19 november 1979 en na een periode van 42,5 jaar, gaf hij er zijn laatste pakje af op 31 mei 2022.

Hij was nog geen achttien toen hij in 1979 begon als stagiair bij de Post in Nieuwpoort. Na dat stagejaar vertrok hij in 1980 naar Watermaal-Bosvoorde. “Dat was in die tijd een hele onderneming. Omdat er in Nieuwpoort geen station is, nam ik de trein van 20.50 uur in Oostende. In Brussel moest ik een stuk te voet naar de bus om op tijd aan mijn shift van 23.30 uur te beginnen. Miste ik mijn trein, dan kwam ik vijf minuten te laat en er was toen nog geen sprake van enige flexibiliteit bij de Post”, vertelt Arnel.

Zes jaar pendelen

Zes jaar lang pendelde de jonge facteur naar de Brusselse gemeente aan het Zoniënwoud om ten slotte terug te keren naar Nieuwpoort. Hij zat toen nog in het buitenkader en na een tijdje vloog hij naar het team van postmeester Trypsteen in Westende. In 1990 muteerde hij terug naar Nieuwpoort en deed er veertien jaar lang, als vaste postbode, de vervangingen. Zo heeft Arnel met zijn brommertje het hele grondgebied van post bediend. Pas in 2004 kreeg hij zijn vaste ronde in Nieuwpoort-Bad met de Simli-wijk als toemaatje.

In 2011 sloot het postkantoor in Nieuwpoort en moest Arnel naar Veurne om zijn post te sorteren. “De werkdag startte niet langer om 5 maar om 7 uur. Na twee uur voorbereiden kon ik de baan op. We reden 25 minuten met de brommer van Veurne naar Nieuwpoort, deden onze ronde en reden dan terug naar Veurne. Pas een stuk in de namiddag zat mijn werk erop. Kranten bedelen behoorde dan ook niet meer tot mijn taken. Extra pakjes bezorgen, moest ik daarentegen wél en daar had ik moeite mee. Dat vergt veel meer tijd en inspanning. Ik vrees dat de postbode binnen een paar jaar helemaal zal verdwijnen. Het aantal brieven en kaartjes daalt jaar na jaar. Facteurs worden stilaan alleen maar pakjesbezorgers. Bij wijlen Georges Mommerency was het van facteur tot senateur, maar bij mij was het van facteur tot distributeur”, gekscheert Arnel.

“Ik koos destijds voor het beroep omdat je een grote dosis vrijheid hebt, je in de gezonde buitenlucht werkt en je contact maakt met veel mensen. Tijdens het zomerseizoen was het in de Baings altijd vakantiesfeer. De mensen liepen er altijd blij en goedgezind rond en dat maakte het werk extra aangenaam”, zegt Arnel.

Hoge werkdruk

Vooral aan de beginperiode van zijn loopbaan houdt de geboren en getogen Nieuwpoortenaar goeie herinneringen over. “We mochten toen nog de pensioenen ronddragen. De mensen zagen ons graag komen. Dikwijls moesten we dan mee rond de tafel voor een druppeltje en een klapje. Die gesprekken mis ik wel, nu is er gewoon geen tijd meer voor door de hoge werkdruk. Wanneer ik vroeger mijn ronde startte, deed ik dat in volle vrijheid. Dat ligt nu wel anders. Ook de sfeer onder de collega’s is minder gemoedelijk. De tweede nieuwjaarsdag gingen we met de collega’s-kameraden Marc Vercouillie en Edwin Bonjé eerst eten in de Bilck en dan dansen in de Mooie Molen bij Sonia. De mooiste periode was tussen 1990 en 2011 toen we samen met drie postbodes naar Nieuwpoort-Bad reden. Ik ben als jongste gestart en zag velen met pensioen gaan. Het is niet meer hetzelfde”, besluit Arnel die nu wat meer tijd zal hebben voor zijn kleinkinderen Jules en Marie.

(Peter Germonprez)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier