Wouter De Vriendt (Groen): “Niet gezond dat partijen zó zwemmen in het geld”

© Christophe De Muynck
© Christophe De Muynck
Cobbaert & Gheysen

Dat hij geen linkse blokvorming wil, maar dat de relatie met SP.A wél beter moet. Dat zegt Wouter De Vriendt, de nieuwe fractieleider van Groen. De 43-jarige Oostendenaar heeft zijn start alvast niet gemist. Ook in het gevoelige subsidiedebat durft hij zijn nek uitsteken. Het is trouwens een historisch unicum dat Groen een hoofdrol toebedeelt aan een West-Vlaming. Hoog tijd voor een geanimeerd gesprek.

Het is dinsdag, vroeg in de ochtend. De eerste zonnestralen komen voorzichtig piepen. Het is een opgewekte Wouter De Vriendt die ons verwelkomt in het stadhuis van Oostende. De man heeft boterkoeken mee. Dat hij elke dag boordevol energie opstaat, zegt hij. Zó blij is hij met zijn nieuwe opdracht. De Vriendt mag Kristof Calvo opvolgen als fractieleider in het federaal parlement.

“Ik heb hier ongelooflijk veel zin in. Ik was de eerste groene politicus die zich openlijk uitsprak voor deze Vivaldi-coalitie. Dat was trouwens in uw krant. Ik zei toen ook dat Vivaldi de laatste kans is voor dit land. Ik blijf daarbij. Als Vivaldi mislukt, dreigt in 2024 een meerderheid te ontstaan die de splitsing van het land wil. Dus de lat ligt zéér hoog. Ik voel een grote verantwoordelijkheid. Dit zijn uitdagende tijden.”

U bent de eerste West-Vlaming die een hoofdrol speelt voor Groen. Dat is opmerkelijk.

“Is dat zo? (denkt na) We hadden inderdaad nog nooit een West-Vlaamse minister, voorzitter of fractieleider, dat klopt. Dat zegt iets, hé. Dit geeft hopelijk een boost aan onze provincie en onze afdelingen. Af en toe wordt wel eens gezegd dat er niet genoeg aandacht is voor West-Vlaanderen. Dat het niet altijd iemand van Antwerpen of Gent moet zijn. Ik vind zelf ook dat Groen wat meer West-Vlaams mag worden. Dat betekent: nuchter, pragmatisch en hard werkend.” (lacht)

U bedoelt: minder drammerig?

“Dat pakt niet in West-Vlaanderen. Wie hier met hoogdravende analyses afkomt, wordt snel doorprikt. Geen enkele partij heeft de waarheid in pacht, ook Groen niet. We moeten dat goed voor ogen houden.”

Wat is nu uw belangrijkste uitdaging?

“Er zijn er twee. Ik zal ze noemen in volgorde van belang. Een groene fractie heeft ten eerste de historische plicht om nieuwe ideeën te lanceren. Wij moeten het post-coronatijdperk vorm geven. Wat zal daarin centraal staan? Niet het wilde kapitalisme, maar een sterke overheid, sociale bescherming, groene relance en mentaal welzijn. Dat zijn vier groene kernthema’s.”

Verras eens met een nieuw idee.

“We zouden graag een instrument uitwerken om spaargeld te activeren voor de groene relance. Dat kan een soort staatsbon zijn. Dat moet duurzaamheid stimuleren én de mensen een goed rendement opleveren.”

Wat is de tweede uitdaging?

“De eerste ambassadeur zijn van Vivaldi. (op dreef) In alle eerlijkheid: ik vind de eerste maanden van de regering écht verfrissend. Inhoudelijk én qua stijl. De vorige regering is op de klippen gelopen door geruzie. Deze regering is daarom een verademing: dit is eindelijk weer een positief en dynamisch project.”

Wouter De Vriendt: “Onze relatie met SP.A kan en móet beter.”© Christophe De Muynck
Wouter De Vriendt: “Onze relatie met SP.A kan en móet beter.”© Christophe De Muynck

Bent u zeker? Georges-Louis Bouchez (MR) is niet altijd even positief.

“Dat is een partijvoorzitter: die mag zijn mening zeggen. Het zijn de regeringsleden die loyaal moeten zijn. Ik ben parlementslid, ik heb ook freedom of speech . Ik zal dat ook tonen als het moet.”

Ik mag het hopen. Vindt u dit geen mak parlement? De meeste parlementsleden volgen slaafs de partijorders en durven amper iets zeggen.

(blaast) “Wie mij kent, weet dat ik mij niet laat muilkorven. Ik vind vooral dat het parlement zijn deuren moet opengooien voor burgers en experten. Dat zou een ferme boost geven aan de werking. De regering is dat ook van plan.”

Terug naar de vraag …

(onverstoord) “Ik erger mij vooral aan de schotten tussen meerderheid en oppositie. We moeten met meer openheid naar elkaar luisteren. Ik was blij te zien dat ministers Van der Straeten, De Sutter en Van Quickenborne voorstellen van de oppositie opnamen in hun beleidsverklaring. Dat is opnieuw die trendbreuk. Ik hoop dat dat ook omgekeerd kan, dat de oppositie eens een pluim kan geven aan de meerderheid.”

Ik wil toch terug naar de vraag. Vindt u dat gezond, dat parlementsleden zo afhankelijk zijn van de partij?

“Als dat zo is, is dat niet gezond. Het parlement moet het hart zijn van de democratie, niet de partijen.”

Het parlement staat al maanden buitenspel. Fundamentele vrijheden worden ingeperkt met een simpele pennentrek van een minister. Grondwetspecialisten vinden dat gevaarlijk.

“Vandaar dat de regering met een pandemiewet komt. Dat is goed. Maar als het brandt, moet je eerst blussen. Dat is wat de regering gedaan heeft. Ik wil wel weerleggen dat het parlement buitenspel staat. We debatteren bijna elke dag over de maatregelen. En als de regering écht te ver was gegaan, dan zou het kot in brand staan, wees gerust. Dat dat niet gebeurt, wijst op een brede consensus over de maatregelen én de methode.”

Of op een mak parlement?

(grijnst) “Neen, ik ga daar niet mee akkoord.”

Iets anders. Hoeveel geld kreeg u van uw partij voor uw campagne?

“Goede vraag. Ik schrok toen ik de bedragen hoorde van andere partijen. Ik kan duidelijk zijn: ik heb nul euro gekregen. Dat geldt voor alle Groen-kandidaten. Wij krijgen wel affiches, kaartjes en steun van de studiedienst. Nu goed, mijn mening daarover is genoegzaam gekend, denk ik.” (glimlacht)

U wil de partijdotaties (jaarlijks 72 miljoen euro) verlagen. Hoe ziet u dat?

“Ik wil daar inderdaad mijn schouders onder zetten. De excessen moeten eruit. Het is niet gezond dat sommige partijen zó zwemmen in het geld dat ze voor immomakelaar en belegger kunnen spelen. Let wel: ik wil niet naar Amerikaanse toestanden, waar politici de speelbal zijn van grote bedrijven. Ik vind publieke financiering van partijen een goed principe, maar het bedrag moet redelijk zijn. We moeten naar een plafonnering. Ik denk aan een vast basisbedrag, zoals nu, maar dan gekoppeld aan een lagere aangroei per stem of parlementslid.”

Aan welk bedrag denkt u?

“Dat is te vroeg om te zeggen. Dat moet onderhandeld worden. Ik wil ook een plafond voor uitgaven op sociale media. Voor politieke reclame zijn er overal regels, behalve daar. N-VA en Vlaams Belang hebben vorige maand elk meer dan 100.000 euro besteed aan sociale media. Dat zorgt voor een ongezond opbod onder partijen. Likes en volgers worden gewoon gekocht.”

“Als Vivaldi mislukt, dreigt in 2024 een meerderheid te ontstaan die de splitsing van het land wil.”© Christophe De Muynck
“Als Vivaldi mislukt, dreigt in 2024 een meerderheid te ontstaan die de splitsing van het land wil.”© Christophe De Muynck

Uw partij heeft wel voor de indexering van de dotaties gestemd. Hoe rijmt u dat?

“Wij zijn principieel tegen indexsprongen. Er zijn politieke krachten die dat willen doorvoeren op de lonen van werknemers. Wij zijn daar bang van. Wij willen structurele oplossingen. (kwaad) Groen hoeft zich trouwens niet te schamen voor dit debat. Ik steek mijn nek uit, hé. Veel anderen zwijgen. Dat zou ook voor mij makkelijker zijn, want als je niet slaagt, word je daarop afgerekend. (even stil) Al ben ik optimistisch. Ik heb deze week verschillende partijen gesproken. De meeste beseffen dat er iets moet gebeuren.”

Was u graag minister geworden?

(lacht) “Als je daar ja op antwoordt, dan weet je dat je het nooit zal worden. Dat is een ongeschreven regel in de politiek. Ik ben vooral fier dat ik fractieleider mag zijn. Maar goed, ik wil niet flauw doen: als die vraag ooit komt, zou ik ja zeggen. Ik heb gezonde ambitie. Maar dat is nu niet aan de orde.”

U hebt een opmerkelijk pad bewandeld. Vijftien jaar geleden was u de enige groene verkozene in de gemeenteraad van Oostende.

“De oppositie, dat was toen Jean-Marie Dedecker en ik. Dat waren tijden. Hij zat achter mij in de raadszaal. Mijn oren doen nog pijn van zijn gebrul. (lacht) Ik moet wel zeggen dat ik sympathie heb voor Jean-Marie. Wij verschillen over de meeste thema’s van mening, maar ik waardeer zijn ongezouten stijl. Er is inderdaad veel gebeurd sindsdien. Vooral de stap naar bestuursdeelname was belangrijk voor de partij.”

Waarop bent u meest fier?

“Dat is een moeilijke vraag. (denkt na) Wellicht op het groeiend zelfbewustzijn van Groen in onze provincie. Dat is een groot verschil met vijftien jaar geleden. Je voelt dat. We zijn echt gegroeid. Maar we kunnen nóg beter. (op dreef) Groen heeft een oplossing voor de belangrijkste noden van onze provincie. Dat gaat over natuur, nabijheid, openbaar vervoer, zelfs voor landbouw. Veel familiale landbouwers worden weggeconcurreerd door grote concerns. Het groene verhaal van duurzaamheid en korte keten is ook voor hen dé oplossing. We moeten dat verhaal in de toekomst nog beter brengen.”

Is er nog een toekomst voor uw partij? Het debat over het politieke landschap woedt weer volop na het pleidooi van Bart De Wever in De Zondag voor een breed centrumrechts blok.

“Ik ben blij dat u dat aanhaalt. Ik vind dat een inspirerend debat. Ik wil daar ook met open geest over praten. Maar eerlijk: ik geloof niet in blokvorming. Kijk naar Amerika en Groot-Brittannië, waar twee grote blokken afwisselend aan de macht zijn. Is dat een beter systeem? Ik vind van niet. In Amerika leidt die tweestrijd regelmatig tot een complete deadlock . Ik vind ons systeem gezonder. Ook nieuwe ideeën krijgen toegang tot ons parlement. Dat dwingt traditionele partijen tot vernieuwing. Al is dat soms het struikelblok.”

Volgens De Tijd spreken ook progressieve politici over blokvorming. Op uitnodiging van Karel Van Eetvelt zouden onder meer Bart Somers (Open VLD), Bjorn Rzoska (Groen) en Axel Ronse (N-VA) samengezeten hebben.

“Ik heb dat ook gelezen. Ik weet niet of dat waar is. Nogmaals: ik vind dat boeiend, maar blokvorming wijst volgens mij vooral op twijfel en onmacht. Ik blijf geloven in de kracht van ideeënpartijen die de kiezer proberen te overtuigen. Maar ik vind wel dat de schwung wat verdwenen is uit onze partijen. De meeste partijen lijken nood te hebben aan een tweede adem. (denkt na) Ik vind: de partijen mogen niet opgeven, ze moeten koers houden, maar wél durven zoeken naar nieuwe en creatieve ideeën.”

Wouter De Vriendt in het stadhuis van Oostende, waar hij gemeenteraadsvoorzitter is.© Christophe De Muynck
Wouter De Vriendt in het stadhuis van Oostende, waar hij gemeenteraadsvoorzitter is.© Christophe De Muynck

Geldt dat ook voor Groen?

“Ja. Al ben ik optimistisch over onze toekomst. De regeringsdeelname biedt nieuwe kansen. Maar tegelijk vind ik dat we nood hebben aan een ideologisch congres. Het is al veel te lang geleden dat we over onze fundamenten gesproken hebben. Het post-coronatijdperk biedt gigantische kansen voor een groene partij. Het is tijd om die focus scherp te stellen.”

“Weet u waarom dat ook belangrijk is? Ik zal een anekdote vertellen. Op een vorig congres kwam Mieke Van Hecke spreken, toen de topvrouw van het katholiek onderwijs. Kort door de bocht: zij heeft daar ons onderwijsstandpunt met de grond gelijk gemaakt. Wij zaten met open mond te kijken. Dat was confronterend, maar tegelijk leerrijk. Het is belangrijk af en toe de deuren open te zetten en frisse lucht binnen te laten, zonder daarom van koers te veranderen.”

Wat is dat eigenlijk met SP.A en Groen? Wie het Terzake-debat zag tussen uw voorzitter Meyrem Almaci en SP.A-voorzitter Conner Rousseau, voelde de afkeer van het scherm spatten.

“Dat was geen goed debat en is niet voor herhaling vatbaar. Ze hebben dat ook allebei toegegeven. Niemand had daar een boodschap aan, en zeker de kwetsbare kinderen niet, over wie het debat ging. (denkt na ) Onze relatie met SP.A kan en móet beter, volgens mij. We zijn twee progressieve partijen, we zitten ook samen in de regering. We zullen elkaar nog nodig hebben, bijvoorbeeld om kwetsbare kinderen te helpen. Ik kom trouwens wel goed overeen met mijn SP.A-collega, Melissa Depraetere. Zij is ook van West-Vlaanderen. Misschien moeten de West-Vlamingen dit oplossen.” (glimlacht )

U wees enkele jaren geleden wel een kartel met SP.A af in Oostende.

“Dat is iets anders. Wij zijn twee aparte partijen. Een kartel zal geen enkel probleem oplossen, een goede samenwerking wel. We moeten de lijnen openhouden. Vriendelijk zijn ten aanzien van andere partijen kan heus geen kwaad.”


Wouter De Vriendt

– Geboren op 22 juni 1977 in Oostende.

– Licentiaat in de Politieke Wetenschappen (VUB).

– Woont met zijn vriendin en drie dochters in Oostende.

– Gemeenteraadslid van 2007 tot vandaag.

– Gemeenteraadsvoorzitter sinds 1 januari 2019.

– Federaal parlementslid van 2007 tot vandaag. Gespecialiseerd in defensie, asiel, migratie en buitenlandse zaken.

– Gedeeld fractieleider van Groen/Ecolo met Gilles Vanden Burre (Ecolo).