Toeval of niet, maar de nationale jongerenpartijen van de klassieke tripartite worden geleid door West-Vlaams talent : Sanne Doms (Jongsocialisten, Brugge), Tom Vandenkendelaere (Jong CD&V, Roeselare) en Bert Schelfhout (Open VLD, Deerlijk). Wij brachten hen samen voor een groot debat : over hun invloed als jongerenvoorzitters, de belangrijkste jongerenthema’s en uiteraard… N-VA.
Tijdens het debat, dat je vrijdag terugvindt in Krant van West-Vlaanderen, komt onder meer hun invloed als jongerenvoorzitters aan bod, net als hun visie op jeugdwerkloosheid, betaalbaar wonen en openbaar vervoer.
Maar alle inhoud ten spijt, maar draaien de komende verkiezingen niet rond de vraag : hoe groot wordt N-VA?
Tom Vandenkendelaere : “Op Europees niveau – ik ben eerste opvolger op de Europese CD&V-lijst – is de vraag : welke richting zal Europa uitgaan? Gaan we nog strenger zijn en een nog killer beleid voeren of gaan we toch proberen een sociale touch – hoe moeilijk dat ook is – erin proberen te steken? Ik vind dat we moeten gaan voor een duidelijke mix. Dan speelt niet de vraag : hoe groot zal N-VA worden, maar welke grote Europese politieke families zullen elkaar vinden om beleid te voeren, want in het Europese Parlement wordt er immers altijd gewerkt met wisselende meerderheden.”
Sanne Doms : “Voor Europa – ik sta op de 5de plaats op de Europese SP.A-lijst – denk ik dat het in de eerste plek belangrijk wordt dat het Europees parlement zich meer macht toe-eigent. Als je spreekt over N-VA op Europees niveau : we wachten nog altijd welk kleur N-VA zal bekennen. We weten nog altijd niet naar welke coalitie ze zullen gaan. Ridicuul, want dat bepaalt veel. Dat SP.A bij de PES zit en CD&V bij EVP : dat zegt veel over ons Europees verhaal. En dat weet je nu niet van N-VA.”
Bert Schelfhout : “Zelf sta ik op de 4de plaats op de Kamerlijst van Open VLD. Het is natuurlijk belangrijk wie er nationaal de grootste speler in het politiek veld zal worden. Dan pas kan je zien welke coalities er gevormd kunnen worden. Als jongerenvoorzitter denk ik dat N-VA een partner kan zijn voor bepaalde sociaal-economische thema’s, maar ik ben niet overtuigd in het walhalla van de N-VA. We zien dat ze in de Vlaamse regering op geen enkel manier dynamiek of ‘kracht van verandering’ brengen. Veel grote woorden, maar in feite is de Vlaamse regering een regering van stilstand.”
Sanne Doms : “Als we spreken over het nationaal niveau, dan stelt zich de vraag : ga je voor een links sociaal-economisch beleid of een rechts besparingsbeleid. Bert zegt : minder overheid, besparen, financiën op orde zetten. Wij zeggen : sociale welvaart. De N-VA leunt eerder bij jullie aan, terwijl wij daar haast moeilijk verder vanaf kunnen staan.”
Tom Vandenkendelaere : “Alle drie zijn we ervan overtuigd dat er socio-economisch hervormingen nodig zijn en daar moet in de volgende legislatuur werk van gemaakt worden. En dat staat in schril contrast met de ondertoon die je duidelijk hoort in het N-VA-verhaal. Die wil naar een nieuw rondje staatshervorming. Artikel 1 van de statuten van N-VA pleit voor een onafhankelijk Vlaanderen. Wel, wij gaan voor jobs, die zorgen voor sociale welvaart, en dat gaan we niet bereiken door nog eens in een politieke impasse te geraken, waarvan iedereen heel goed weet wie daar aan de basis lag… Voor ons is iedereen een mogelijke partner, maar onze prioriteit ligt sociaal-economisch en niet bij nóg een staatshervorming.”
Als de peilingen waarheid worden en N-VA 25 à 30 procent haalt, is de partij dan incontournable?
Tom Vandenkendelaere : “Ik vind dat je de stem van de kiezer moet aanhoren en dat je moet kijken in welke richting Vlaanderen gekozen heeft. Maar er is nog een verschil tussen de stem van de kiezer én de coalitievorming. Je moet niet enkel een goed programma kunnen uitwerken, maar ook een stabiele regering kunnen vormen.”
Uw Roeselare – waarbij winnaar N-VA buitenspel werd gezet door CD&V – was daar tijdens de vorige gemeenteraadsverkiezingen wel een uitzondering op.
Tom Vandenkendelaere : “Absoluut, en dat steek ik ook niet weg. N-VA is hier heel populair, maar wij hebben gekozen om verder te gaan met de bestaande coalitie – aangevuld met Groen – om enkele belangrijke opgestarte projecten te kunnen afronden. Denk maar aan het station, het ziekenhuis… In 2018 zien we wel of de kiezer vindt dat we voor die grote verwezenlijkingen de pluimen op onze hoed mogen steken of niet.”
Bert Schelhout : “Ik vind dat de grootste partij altijd de eerste kans moet krijgen om te babbelen, maar zolang een partij geen 50 procent haalt, is het niet incontournable. Ik denk dat er veel zal afhangen van de opstelling van N-VA, maar ik kijk daar wel met een positieve vooringenomenheid naartoe. “
Sanne Doms : “Dertig procent zou veel zijn, maar is nog altijd niet de helft van de helft van het land. En dat wordt wel vaak vergeten. De Vlaamse en de federale regering zouden wel eens anders kunnen zijn. En dan mag je nog 30 procent halen, als je geen plan kan samenstellen, waardoor je vooruit kan, ben je daar weinig mee.”
Bert Schelfhout : “Ik vind wel dat we moeten gaan voor symmetrische regeringen. Met de zesde staatshervorming, die ingang moet vinden en waarvan er nog heel veel moeilijkheden op ons pad zullen liggen, zou het ideaal zijn om met dezelfde partijen te kunnen spreken. Nu we eindelijk eens vier, vijf jaar geen verkiezingen zullen hebben, los van de gemeenteraadsverkiezingen, komt er nu een fantastisch momentum op ons af.”
Tom Vandenkendelaere : “Het moet gewoon werkbaar zijn. Als dat gaat met symmetrische regeringen, des te beter, maar dat is geen must voor ons.”
Sanne Doms : “Ik vind het moeilijk om hier uitspraken over te doen voor je weet wat de resultaten zullen zijn.”
(Olivier Neese)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier