Waarom het tijd is voor een afscheidsfeestje voor de automatische loonindexering
Hieperdepiep hoera, vorig jaar werd de index 100 jaar. Allerminst een reden om te vieren als je het ons vraagt. In februari 1920 werd het eerste nationale indexcijfer van kleinhandelsprijzen in België gepubliceerd. Dat werd meteen gebruikt om onder meer de lonen in de mijnsector en bepaalde toelagen voor ambtenaren te koppelen aan de levensduurte. Ondertussen worden alle lonen en uitkeringen automatisch geïndexeerd. Bij de start leek dat een goed idee waar veel landen in meegingen. Maar in de loop der jaren stapten zo goed als alle landen daarvan af, onder meer Nederland in 1982, Frankrijk in 1983 en Italië in 1993. Met een automatische loonindexering van zowat alle lonen staat België vandaag samen met Luxemburg alleen in de wereld. Het vasthouden aan de indexering is gebaseerd op een dubbele illusie.
Kortzichtig
De eerste illusie is dat via de indexering de ‘mensen’ volledig afgeschermd kunnen worden van prijsschokken. Het idee is dat de koopkracht van de gezinnen gevrijwaard wordt bij prijsstijgingen door die laatste af te wentelen op de ondernemingen en de overheid. Dat is evenwel een heel kortzichtige aanpak. De hogere kosten voor de ondernemingen vertalen zich op langere termijn in minder jobs, terwijl hogere uitgaven voor de overheid uiteindelijk hogere belastingen worden. Op die manier wordt de impact van een eventuele prijsschok op termijn toch door de hele economie, inclusief de gezinnen, gedragen.
Het is een illusie te denken dat automatische indexering de enige manier is om voor loontrekkenden compensatie voor de inflatie te voorzien
Dat besef zorgde begin jaren 90 voor de overstap naar de gezondheidsindex als basis van de indexering. Daarbij werd onder meer de dynamiek van de olieprijzen grotendeels uit de indexering gehaald. Het heeft immers geen zin om de illusie te wekken dat gezinnen afgeschermd kunnen worden van de schommelingen op de internationale oliemarkten. Bovendien – en dat merken we vandaag – houdt dat het risico in van een ontsporing waarbij hogere olieprijzen zorgen voor hogere lonen die dan op hun beurt zorgen voor hogere inflatie en terug hogere lonen. Die dynamiek ondergraaft danig de concurrentiepositie en de werkgelegenheid. Dat risico is verlaagd via de gezondheidsindex. Maar er zijn nog altijd prijsfactoren waarbij het contraproductief is om die volledig te proberen af te wentelen op de ondernemingen zoals elektriciteitsprijzen of indirecte belastingen zoals milieutaksen.
Daarnaast is het een illusie te denken dat automatische indexering de enige manier is om voor loontrekkenden compensatie voor de inflatie te voorzien. Die compensatie gebeurt ook in landen zonder automatische indexering, maar daar maakt die deel uit van bredere onderhandelingen tussen werkgevers en werknemers. De resultaten daarvan lopen op langere termijn opmerkelijk gelijk. Zo lag de gemiddelde jaarlijkse groei van de reële lonen in België de voorbije 25 jaar nagenoeg op hetzelfde niveau als gemiddeld in de buurlanden (respectievelijk 0,47% en 0,44% per jaar). Ook zonder automatische indexering worden werknemers op middellange termijn dus gecompenseerd voor inflatie.
Nieuwe spanningen
Het enige mogelijke voordeel aan een automatische indexering is als een instrument voor sociale vrede. Maar ook die rol is al geruime tijd uitgespeeld. De indexering wordt als zo vanzelfsprekend beschouwd dat mensen er zich nog amper van bewust lijken. Bovendien wordt op die manier de marge voor onderhandelingen over reële loonstijgingen zodanig vernauwd dat dat voor nieuwe spanningen zorgt.
Daarnaast vereist de neiging tot ontsporing inherent in de automatische indexering ook correcties, bijvoorbeeld via indexsprongen, die dan ook voor sociale onrust zorgen. Tegen die achtergrond gaan bij de vakbonden meer en meer stemmen op voor vrije loononderhandelingen. Dat zou economisch inderdaad verstandiger zijn. Maar vrije loononderhandelingen impliceren uiteraard ook het einde van de automatische indexering. Die werd vorig jaar dus 100 jaar en is vandaag weer brandend actueel. Het is mooi geweest. Laat ons er mooi afscheidsfeest van maken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier