Meer dan de helft van de Belgian Cats bestaat uit een West-Vlaamse topvrouw. Hoog tijd voor een passende provinciale huldiging en meer nationale aandacht. Want nee, dat komt niets te vroeg. Integendeel.
“Geen énkel groot scherm?!” Vanachter de pc hoor ik mijn collega foeteren als ze vrijdag rondbelt om te polsen of er iemand de halve finale van de Belgian Cats uitzendt. Noppes. Ik kan haar alleen maar bijtreden in haar gevloek als ik een dag later, en ook zondagavond op de randje van mijn zetel zit, de adem ingehouden, terwijl de klok veel te traag wegtikt.
Ik moet eerlijk zijn: ik heb weinig met basketbal, maar ik hoorde mezelf plots zeggen dat Emma Meesseman een béést is. En Julie Vanloo. En Kyara Linskens. En Julie Allemand. Bij die eerste zat ik nog geen maand geleden aan de keukentafel bij haar ouderlijke thuis. “We zien wel. Stap per stap”, klonk het opvallend nuchter toen ik polste naar een pronostiek voor dit EK.
“Beste gouverneur, wanneer staat een huldiging gepland?”
We hadden het over enkele van haar indrukwekkende realisaties en moest lachen als ik haar bezoek aan Obama ter sprake bracht. “Juist, ik vergeet dat altijd”, grijnsde ze. Niet eens uit hoogmoed of valse bescheidenheid, maar Meesseman heeft op haar dertigste al zo’n indrukwekkend palmares verzameld dat ze het zelf amper nog kan bijhouden. En sinds zondag komt daar ook nog eens een Europese titel bij. “De mooiste? Ik moet niet kiezen. Dat is het beste van allemaal”, zei Emma zondagavond tijdens haar interview. En weg was ze, een feestje gaan bouwen.
Grinta en vechtlust
Wat een plezier om dat team te zien, niet alleen op het veld, maar ook bij de viering nadien. De Brabançonne meebrullen, een snow angel maken in de glitters… Ik zie het Kevin De Bruyne niet meteen doen, die al letterlijk en figuurlijk in een kramp schiet als hij glimlacht. Laat staan Courtois, die de spontaniteit van een strijkplank heeft. Maar ook de grinta en vechtlust die we op de court zagen, smaakt naar meer. Geen gemekker over een kapiteinsband, geen PR-machine die elk woord of foto in de hand wil houden of blitse testosteronauto’s waarmee ze op trainingskamp arriveren. Nee. Eén brok emotie. Het hart op de tong. Deze vrouwen doen het voor de sport, niet voor het geld. Werken er keihard voor. Verdienen zelfs op Amerikaans topniveau nog lang niet wat de mannen binnenrijven. Worden nog altijd omschreven als ‘meisjes’. Serieus: schrijven we over de Duivels dat onze ‘jongetjes’ het goed gedaan hebben? Nee toch?
Daarom alleen al verdienen ze een groot scherm bij dit soort finales. En een ontvangst bij onze gouverneur en/of koning. Serieus, beste Carl Decaluwé, met Linskens, Meesseman, Vanloo, de zusjes Massey, Geldof en Ramette bestaat meer dan de helft van de Cats uit West-Vlaamse topvrouwen. Als dat geen extra huldiging verdient, dan weten we het ook niet meer. En als er cafébazen meelezen: durf ook eens dit wedstrijden op groot scherm uit te zenden. Je zal het je allerminst beklagen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier