Gulzige Iserbyt laat de rest op zijn honger zitten
Aan tafel! Met enkele Exact Crossen hebben we de amuse-gueules gehad en met enkele exotische voorgerechten in de vorm van wereldbekermanches in Waterloo, Fayetteville en Tabor hebben we ook de eerste honger kunnen stillen. Nu is het evenwel tijd voor het hoofdgerecht. Met de eerste manche van de Superprestige in Ruddervoorde wordt het Vlaamse crossseizoen zaterdag immers helemaal op gang getrapt. En meteen betekent het ook de start van de eerste – met alle respect voor de crossen die al de revue gepasseerd zijn – écht belangrijke week van het crossseizoen, met een dag later ook nog de wereldbekermanche in Maasmechelen en dinsdag nog de mythische Koppenbergcross. En dat allemaal in aanloop naar het EK dat volgende week zondag op het menu staat in Namen. Heerlijk.
De belangrijkste vraag die we ons nu moeten stellen: wie stopt Eli Iserbyt? De kwieke springveer toont zich – niet voor het eerst – een veelvraat bij de start van het veldritseizoen en laat geen kruimeltje voor een ander. Hij verorberde vlotjes de eerste drie wereldbekercrossen en zijn zegehonger lijkt nog lang niet gestild. Het is nog vroeg op het seizoen, maar als hij zondag ook in Maasmechelen aan het langste eind kan trekken, is de eindzege in de Wereldbeker bij wijze van spreken al binnen.
Iserbyt toont zich nog maar eens een veelvraat bij de start van het veldritseizoen
De voorsprong op eerste achtervolger Laurens Sweeck telt nu al 38 punten. Tel daarbij dat hij zaterdag voor de derde opeenvolgende keer kan winnen in Ruddervoorde en dinsdag al voor de vierde (!) keer op een rij op de Koppenberg en je moet besluiten dat de kans niet onbestaande is dat Iserbyt er na woensdag nog steeds een perfect rapport op nahoudt in de klassementscrossen. Als hij daar maar geen indigestie aan overhoudt en nog een plekje overhoudt voor de kampioenschappen. Want zo’n Belgische titel of wereldtitel bij de profs, daar kon hij nog niet van proeven.
En natuurlijk zal Iserbyt aan het eind van de rit niet élke klassementscross naar zich toe kunnen trekken – zelfs een klasbak is al eens voldaan, maar wie hem zal willen kloppen, zal alleszins van goeden huize moeten komen. Al zeker omdat Iserbyt ook als enige van de toppers voordeel kan halen uit het ploegenspel. Vraag dat maar aan Laurens Sweeck. Het moet frustrerend zijn om slechts enkele procentjes minder te zijn dan je grote belager, maar telkens je beste pijlen te moeten verschieten om diens ploegmaat – in dit geval Michael Vanthourenhout – terug te halen. Het zal Iserbyt echter worst wezen. Hij schrokt gulzig verder. Smakelijk.
Reageren? tjorven.messiaen@kw.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier