Politicoloog Carl Devos trekt de boer op langs West-Vlaamse velden. Als ‘ambassadeur van UGent voor West-Vlaanderen’ moet hij de banden aanhalen tussen de universiteit en het economisch weefsel van onze provincie. Tweewekelijks brengt hij verslag uit van zijn kruistocht. In deze kolommen, op kw.be.
De afgelopen weken werkten we aan UGent samen met de POM West-Vlaanderen en de Haven van Oostende hard aan de verdere ontwikkeling van het Wetenschapspark op Campus Oostende. In dat verband viel er recent twee keer goed nieuws te rapen. Wat maakt dat de wind goed zit voor de verdere ontwikkeling van de Campus.
Het Blue Accelerator-project is cruciaal voor het onderzoek en de ontwikkeling in onze provincie
Begin maart keurde het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) de aanvraag van De Blauwe Cluster vzw goed om een speerpuntcluster te worden. Daardoor werd De Blauwe Cluster het zesde Vlaamse speerpuntcluster-initiatief, na Catalisti (chemie), Flux50 (energie), VIL (logistiek), Flanders’ food (Agrovoeding) en SIM (materialen). De Blauwe Cluster is ontstaan op initiatief van Vlaamse bedrijven (Colruyt, DEME, Jan De Nul, SIBELCO, Sioen Industries, Tractebel en heel wat andere ondernemingen en KMO’s) en kon rekenen op steun van Flanders’ Maritime Cluster vzw, een netwerkorganisatie voor de mariene en maritieme industrie in Vlaanderen, opgericht met steun van de Provincie West-Vlaanderen.
Kort daarna viel er nog goed nieuws uit de blauwe lucht. Op vrijdag 20 april maakte de Vlaamse Regering 735.400 euro vrij voor het ‘Blue Accelerator’ project van de POM West-Vlaanderen in Oostende. Het belang daarvan kan niet voldoende onderlijnd worden. Er is door veel mensen, ook aan de UGent, jaren hard gewerkt om dit project goedgekeurd te krijgen. Deze nieuwe infrastructuur is immers cruciaal voor het onderzoek en de ontwikkeling in onze provincie. In het bijzonder aan de kuststreek, in een nieuwe groeisector waaraan wij alleen al door onze ligging veel kansen kunnen ontlenen.
De EU investeert er 1,5 miljoen euro in. Ook de provincie West-Vlaanderen, het VLIZ, VITO, TUA-West, VIVES en UGent dragen bij. De goedkeuring van de ‘Blauwe Accelerator’ versterkt het wetenschappelijk onderzoek in de regio rond Oostende, die deze goed kan gebruiken. Van daaruit kan onze provincie dienen als uitvalsbasis en vernieuwingspionier voor Blauwe Energie, de energie die gewonnen wordt op zee door wind, golven en getijden.
De ‘Blauwe Accelerator’ staat voor een investering in infrastructuur waarop allerlei tests in de haven (van Oostende) en op het strand/de vooroever opgesteld kunnen worden. Aan de Staatssecretaris voor de Noordzee, Philippe De Backer, is gevraagd om op 1 kilometer van de kust ook een laboratorium op zee te bouwen. Zo kunnen tests in een realistische mariene omgeving uitgevoerd worden. Het gaat om de creatie van een ‘living lab’, die bedrijven, zeker ook de KMO’s die daarvoor soms te weinig eigen middelen hebben, en wetenschappelijke instellingen toelaten om nieuwe technologie in een realistische omgeving te ontwikkelen en te testen. Zo kunnen we vermijden dat ook Vlaamse bedrijven naar het buitenland moeten trekken om daar hun tests te laten uitvoeren. Bijv. om drones in te zetten bij het beheer van windmolens in offshore omstandigheden.
De ‘Blauwe Accelerator’ staat niet enkel voor infrastructuur, maar ook voor het opzetten en onderhouden van een netwerk tussen alle partners, overheden, bedrijven en kennisinstellingen. De UGent zal, o.a. vanuit Campus Oostende, actief bijdragen tot het ontwikkelen van een academisch programma.
Voor de Vlaamse kust heerst een relatief rustig golfklimaat, ideale omstandigheden voor allerlei tests en een goede aanvulling bij de faciliteiten die in deze regio al te vinden zijn, zoals het Marien Station Oostende van het VLIZ en de geplande golfbak en sleeptank van het Maritiem Laboratorium dat op Campus Oostende gebouwd wordt. Tegelijk is er aan de Vlaamse kust een tekort aan specifieke open testfaciliteiten, wat de verdere ontwikkeling hindert. Terwijl de verdere groei van de offshore windindustrie, met de opening van nieuwe windmolenparken, in binnen- en (het nabije) buitenland, de vraag naar kennis en onderzoek alleen maar doet stijgen.
De bijkomende infrastructuur is niet enkel belangrijk voor de Belgische wereldspelers die op dat domein actief zijn, maar ook voor de vele KMO’s die in deze sector werken. België staat nog steeds aan de top van de EU als het gaat over windmolencapaciteit op zee, en beschikt op dit domein dan ook over heel wat kennis. De Haven van Oostende maakte de geslaagde omslag naar een gespecialiseerde haven voor blauwe energie en heeft al heel wat bedrijven actief in deze sector. Via de Fabriek voor de Toekomst Blue Energy is ook de POM W-VL op dit domein zeer actief. UGent wil haar bijdrage leveren door kennis samen te brengen op Campus Oostende. Dat is een cruciale werf van het grote strategische West-Vlaanderenplan van UGent.
Onze columnisten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier