Stadenaar Thijs Degryse zit sinds maandag in het Portugese dorp Castro Daire, waar hij samen met z’n lokale collega’s dagelijks uitrukt om bosbranden onder controle te krijgen. Niet voor doetjes. “De wagens kunnen niet overal komen, dus vaak maken we tochten door de heuvels, in onze brandweerkledij en met zowat 20 liter water op onze rug.”
Maandag was het meteen prijs. “Er was eigenlijk een theorieles voorzien, aangezien bosbranden toch iets heel anders zijn dan woningbranden, maar we kregen meteen een melding en gingen dus meteen het terrein op. En dat terrein is hier erg ruig. Wagens kunnen niet overal komen, dus vaak maken we tochten door de heuvels, in onze brandweerkledij en met zowat 20 liter water op onze rug. Veel water komt er trouwens niet aan te pas. We graven greppels en slaan het vuur uit met een matador (een soort vlegel, red.). Afhankelijk van de grootte van de brand laten we dan gecontroleerd uitbranden. Een brand van tien hectare is hier ‘een kleintje’. Toen we hen vertelden over onze heidebranden in België lachten ze eens. Ze leken niet te begrijpen waarom we daar zo massaal voor uitrukken. En dat kan je hen uiteraard niet kwalijk nemen.”
“Toen we hier vertelden over onze heidebranden in België, lachten ze eens. Ze leken niet te begrijpen waarom we daar zo massaal voor uitrukken”
Thijs (36) en zijn echtgenote Isolde (38), die allebei actief zijn bij de brandweer van Staden, werden tijdens een gezinsvakantie in 2018 voor het eerst geconfronteerd met de Portugese vegetatiebranden. “Ik was toen net een jaar pompier. We hebben toen met eigen ogen gezien hoeveel schade die branden daar elke zomer opnieuw aanrichten. Duizenden hectares gaan erdoor in de vlammen op. Deels ontstaan ze natuurlijk, al zijn er zeker ook die aangestoken worden door projectontwikkelaars of boeren. Maar die raken dan de controle kwijt, met alle gevolgen van dien. Anderzijds zijn zulke branden in de ogen van een Vlaamse brandweerman ook wel een mooie uitdaging.”
Op stage
Een uitdaging die Thijs niet uit de weg wou gaan. “Drie jaar later zijn we opnieuw naar Portugal getrokken en zagen we opnieuw branden. Op goed geluk zijn we een kazerne binnengestapt, waar toevallig een Nederlandstalige stagiaire aanwezig was. Zij vertelde ons dat er organisaties bestonden die stages aanboden. Zo zijn we uiteindelijk in contact gekomen met de vzw Gear Up For Safety. Via die vzw ben ik vorige zondag in België op het vliegtuig gestapt en sinds maandag zit ik hier met enkele collega’s in de kazerne van het dorp Castro Daire. Elke dag trekken we er samen met onze Portugese collega’s op uit om branden te stoppen. Het is een droom voor elke pompier.”
“We krijgen duidelijke instructies en van stress lijken ze hier totaal geen last te hebben”
Volgens Thijs weten de Portugese brandweerlui wel van aanpakken. “De hitte is enorm. Zowel van de zon als van de vlammen. Maar je voelt aan alles dat men dat hier gewend is. De Portugezen weten goed wat ze doen en vinden zelfs zonder GPS hun weg door de bergen. We krijgen duidelijke instructies en van stress lijken ze hier totaal geen last te hebben. Er zitten hier ook opvallend veel vrouwen in het korps. En meestal beklimmen die zelfs sneller een berg dan hun mannelijke collega’s. Anderzijds is er ook heel veel respect voor de job. Als we ‘s avonds laat uitgeput terugkeren naar de kazerne komt de restaurantuitbater van aan de overkant ons met plezier eten brengen.”
Veel risico
Maar er is ook gevaar. Op 30 augustus stortte er in die regio een blushelikopter neer op de terugweg van een missie. Er vielen vier doden. “We waren met een delegatie van het korps aanwezig op de begrafenis. Onze laarzen moesten blinken of we mochten niet mee van de commandant”, gaat Thijs verder. “Maar op zo’n moment besef je goed dat de job niet zonder risico is. Dat is trouwens ook de reden waarom mijn vrouw thuis in België gebleven is. Ze was heel graag mee gekomen, maar we hebben jonge kinderen. En je weet maar nooit. Al ben ik haar enorm dankbaar voor de steun. Zonder haar zegen zat ik hier niet. Als de kinderen wat ouder zijn, doen we het misschien zelfs eens samen. Of ik het elk jaar zou doen? Graag, al is het voor alle duidelijkheid niet gratis. De ervaring die ik hier heb opgedaan, is echter onbetaalbaar.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier