Twintig jaar geleden raasde hevige storm met windhozen en rukwinden langs kust: vier mensen raakten gewond

Archieffoto's van KMI van de storm op 17 juli 2004. © gf
Camille Jonckheere

Twintig jaar geleden brak er op17 juli aan de kust een onweer uit dat veel heviger was dan oorspronkelijk verwacht. Op de mooie zomerse dag waren honderdduizend mensen aan het genieten van de zon op het strand tot het zwaar begon te regenen en hagelen. Door hevige rukwinden waaiden verschillende losse voorwerpen zoals parasols weg en stortte er ook een tent bij de toenmalige zandsculpturen voorstelling in.

17 juli 2004 was een prachtige zomerdag. Honderdduizend mensen waren aan de kust aan het genieten van een heerlijke zomerse dag. “Het was 24 tot 30 graden warm. Normaal zou het eerst onweren vanaf de middag. Maar dat bleef uit. Wellicht dachten de mensen dat de kans op het onweer verkeken was. Daardoor kwam de hevige omwenteling voor de honderdduizend of meer mensen, die op het strand lagen te genieten, heel onverwachts”, blikt weerman David Dehenauw terug op sociale media X.

“Ik zelf was die dag van dienst voor VTM. Plots was het onweer daar en raasde het over de kust. In de late namiddag kregen we zware onweders met hagel, rukwinden, wind- en waterhozen aan zee”, gaat Dehenauw verder. Om 16.30 uur werd de wind heviger met een kracht van 8 Beaufort. In Zeebrugge werd er een windstoot gemeten van 122 kilometer per uur, in Oostende had de wind een kracht van 105 kilometer per uur. Voor de kust van Blankenberge werden enkele heuse windhozen waargenomen. Dat blijkt uit de archiefberichten van het KMI. (Lees verder onder de foto)

Omdat het onweer later kwam dan verwacht, dachten veel mensen dat het al voorbij was en ontstond er op het moment zelf paniek.
Omdat het onweer later kwam dan verwacht, dachten veel mensen dat het al voorbij was en ontstond er op het moment zelf paniek. © Archiefbeeld KMI: JJS.

Het onweer kwam als een rolwolk van gegroepeerde buien over de kust heen en het provinciaal medisch rampenplan werd afgekondigd. “De onweders kwamen vanuit het binnenland, waardoor men ze niet van ver zag afkomen. Smartphones om de mensen te waarschuwen waren er niet en er ontstond paniek op het strand.” Uit het archief van KMI blijkt dat de significante golfhoogte op een uur tijd steeg van 30 tot 100 centimeter met pieken tot 160 centimeter.

Schade gelukkig beperkt

In Nederland vielen er volgens officiële bronnen toen 20 gewonden. Bij ons viel de schade iets beter mee. Een persoon raakte zwaargewond toen op het Zandsculpturenfestival in Zeebrugge een cateringtent werd weggeblazen. De tent kwam op de zandsculpturen terecht, maar die liepen weinig schade op. (Lees verder onder de foto)

Archieffoto van de stormschade.
Archieffoto van de stormschade. © VLIZ: JJS

Drie andere gewonden werden afgevoerd naar het ziekenhuis in Blankenberge. Tientallen boten raakte in de problemen en de kustwacht heeft een tijdlang moeten zoeken naar alle boten. Een boot spoelde door de storm zelfs aan op de kust van Middelkerke. Bij een catamaranwedstrijd in Knokke-Heist dacht men eerst dat er nog personen vermist waren, maar na de storm was iedereen terecht.

In de Westhoek had men dan meer te maken met wateroverlast. In Diksmuide kreeg men tientallen oproepen binnen van ondergelopen kelders en stonden straten een tijdlang blank. In Veurne kreeg de dispatching 80 meldingen van ondergelopen kelders.

KMI-waarschuwingssysteem

Voor Dehenauw was de storm van 17 juli 2004 er een die zijn denken over crisisweer en de communicatie errond grondig beïnvloedde. “Dit zorgde ervoor dat het KMI-waarschuwingssysteem verder evolueerde. We dachten meer aan waarschuwing per sms, wat later BE-Alert werd, rechtstreeks contact zoeken met autoriteiten, zoals provincie en reddingsdiensten.” (Lees verder onder de afbeelding)

Een radarbeeld van de storm op 17 juli 2004.
Een radarbeeld van de storm op 17 juli 2004. © gf

Dat ging niet door en pas na de storm bij Pukkelpop in 2011 kwam er verandering in. “Sindsdien zijn we nog veel verder geëvolueerd, zeker na de grote wateroverlast in juli 2021, maar we moeten nog beter doen. Nu hebben we korte communicatie met nationale, provinciale en soms heel lokale autoriteiten en ook maritieme instituten zoals MRCC, havens, loodsdiensten en communiceren we via de KMI-app. Maar ons werk is nooit af. Sowieso is het goed om af en toe eens stil te staan bij de mijlpalen uit het verleden en hierover te blijven reflecteren”, besluit Dehenauw.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier