“Oostende telt nog altijdveel meer laaggeschoolden”

Het verlies van de RMT heeft blijvende gevolgen voor de Oostendse arbeidsmarkt, zeggen Edwin Verdoolaege en Saida Isbai. © HH
Redactie KW

Oostende Onderwijs- en arbeidsmarktdeskundige Edwin Verdoolaege en ACV-diversiteitsconsulente Saida Isbai reageren op de nieuwjaarsboodschap van VOKA, waarin opgeroepen werd de ‘hangmatmentaliteit’ aan te pakken. “Oostende telt veel meer laaggeschoolden dan het Vlaamse gemiddelde”, zeggen ze.

“De werkloosheid in het Oostendse evolueerde gunstig de voorbije tien jaar: van een hoogtepunt met 4.057 werklozen einde december 2013 naar 2.931 op 31 december 2022. Dat is een daling met 27,7 procent op tien jaar tijd. En dat mag een succes genoemd worden. Zelfs tijdens de coronacrisis was er maar een beperkte stijging met maximaal 338 werklozen (of een goede 10 procent) in het tweede kwartaal van 2020 (in de eerste lockdown).”

“Toch zijn er een aantal kanttekeningen te maken bij deze globaal gunstige evolutie”, zeggen beiden. “Sinds de teloorgang van de RMT begin 1997, is de mannenwerkloosheid steeds hoger dan bij de vrouwen. Vandaag is 60,4 procent van de Oostendse werklozen een man. En bovendien: de kloof groeit. Er is een tekort aan stabiele werkgelegenheid voor mannen. Het verdwijnen van de RMT betekende een enorme klap voor de werkgelegenheid in Oostende: 1.800 stabiele arbeidsplaatsen verdwenen (2.500 inclusief de indirecte tewerkstelling), in grote mate mannelijke tewerkstelling. En precies dat heeft nog steeds een grote impact. De vrouwen konden zich in toenemende mate wenden tot het onderwijs, verzorgende beroepen, de overheid…”

“Mede onder druk van de globalisering, de delokalisatie van bedrijven en de afbouw in de visverwerkende nijverheid, heeft de bedrijfswereld noch de windmolenparken dit grote verlies aan werkgelegenheid kunnen compenseren. Komt daarbij nog het toenemende beroep op tijdelijke tewerkstelling via interimarbeid en de druk van goedkope gedetacheerde werknemers uit Oost- en Zuid-Europa (vooral in de bouw, transport en voedingssector). Het resultaat is een verstoring van het evenwicht tussen permanente, stabiele werkgelegenheid en tijdelijke en/of toeristische tewerkstelling. Dat alles maakt het vaak erg moeilijk voor vele ouders en hun kinderen om met vertrouwen te kiezen voor een toekomst in een technisch beroep.”

Onderwijsniveau jongvolwassenen

“De tewerkstellingskansen van een bevolking worden in heel grote mate bepaald door haar opleidingsniveau”, aldus Edwin Verdoolaege en Saida Isbai. “Dat is welbekend. Door het onderwijsniveau in de leeftijdsgroep 25-45 jaar in kaart te brengen over de periode 1992-2021, krijgen we een goed beeld van de evolutie van de arbeidskansen van deze groep over de voorbije 30 jaar. We nemen de autochtone Oostendenaar en de migranten van de tweede en derde generatie, niet de recente migratie van de voorbije tien jaar en ook niet de vreemdelingen zonder Belgische nationaliteit.”

“De teloorgang van de RMT heeft niet alleen voor de arbeidsmarkt, maar ook voor het onderwijs een enorme impact gehad in het Oostendse. Oostende had in 1992 bijna dezelfde scholingsgraad als gemiddeld in Vlaanderen, Brugge scoorde ook toen al hoger. Maar daar waar het onderwijsniveau in Brugge en in Vlaanderen als geheel een gestage vooruitgang boekten, ging Oostende er tot 1997 èn dus tot de crisis rond de RMT zijn beslag kreeg, op achteruit.”

Nog altijd achterstand

“Vanaf dat punt is er weer vooruitgang, maar met heel veel instabiliteit en nauwelijks groei tot 2010. Het is pas vanaf dan dat het onderwijsniveau gestaag beweegt in de goede richting, maar zonder de achterstand tegenover Vlaanderen of Brugge in te halen. Het gebrek aan perspectief in die periode, de lagere doorstroming van jongeren naar het hoger onderwijs en de uitwijking van hooggeschoolde jongvolwassenen naar steden in het hinterland, verklaren deze evolutie. Dat alles maakt dat vandaag anno 2022, Oostende véél minder hooggeschoolden telt onder zijn jonge arbeidsbevolking dan het nabijgelegen Brugge òf dan gemiddeld in Vlaanderen.”

“Oostende heeft dus een bevolking die qua onderwijsniveau minder kansrijk is op de arbeidsmarkt, gecombineerd met een blijvend tewerkstellingsdeficit (de windmolenactiviteiten hebben het wegvallen van de RMT slechts deels kunnen compenseren). En dus mèt een blijvend hogere werkloosheid dan gemiddeld in Vlaanderen als gevolg… vooral bij mannen. Waarmee duidelijk wordt hoezeer het debacle rond de RMT nog steeds een blijvende invloed heeft op de Oostendse arbeidsmarkt.”

(HH)

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier