De nakende bouwshift veroorzaakte een rush op open ruimte op het platteland in Vlaanderen. In gebieden waar nog weinig plaats overblijft, lijkt het tij gekeerd. Maar in gemeentes met veel open ruimte gaat de betonnering vaak net harder dan voorheen. Dat schrijft De Tijd zaterdag.
In 123 gemeenten – ruim een op de drie – werd de jongste jaren sneller ruimte ingenomen dan in de periode ervoor. Opvallend: vaak gaat het om plattelandsgemeenten met veel landbouwgrond. Vooral regio’s als de Westhoek, de rand rond Brugge en de regio rond Roeselare, maar ook Limburg en de Kempen komen terug. In grote delen van West-Vlaanderen is de ruimtelijke voetafdruk – het ruimtebeslag afgezet tegen het aantal inwoners – gegroeid.
Hervorming betonstop
De oorzaak ligt voor de hand. In 2019 legde de Vlaamse regering in haar regeerakkoord vast dat ze de betonstop wou hervormen. Dat leidde vorig jaar tot de minder omstreden klinkende bouwshift, die het extra aansnijden van open ruimte ten laatste tegen 2040 moet terugdringen naar nul. Afgelopen mei is het wettelijk kader goedgekeurd, met onder meer een stolp over reservebouwgronden.
Het lijkt er volgens De Tijd op dat vooral het platteland in afwachting nog nieuwe bouwgrond ontwikkelde. In de regio’s waar meer open ruimte bebouwd wordt, dringt zich een ommezwaai op.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier