Tot zes jaar cel geëist voor Roemeense metaaldieven
In een dossier van grootschalige metaaldiefstallen hebben 28 Roemeense beklaagden zich voor de Brugse strafrechter moeten verantwoorden. Voor het vermeende kopstuk van de bende werd zes jaar gevangenisstraf gevorderd. De Roemenen bleken ook verantwoordelijk voor de gestolen beeldengroep die voorheen op ‘t Zand in Brugge stond.
Het onderzoek naar de bende ging van start naar aanleiding van vier diefstallen in de omgeving van de Pathoekeweg en het industrieterrein ‘De Blauwe Toren’ in Brugge. In totaal konden de Roemenen gelinkt worden aan tientallen feiten tussen augustus 2017 en maart 2019. Ze maakten onder andere van rangeerterreinen in Haren en Hoboken hun vaste werkterrein. Volgens het parket waren ze soms dagenlang en met meerdere ploegen op de plaats delict aanwezig. Ook in Hemiksem, Turnhout, Merksem en vooral in Heinsch-Stockem bij Aarlen sloegen de metaaldieven hun slag. De bende kon ruwweg ingedeeld worden in twee takken, die soms ook samenwerkten. Het openbaar ministerie omschreef Adrian B. (41) als de leider van de Brusselse tak, die vanuit Vilvoorde opereerde. Paul-Ionel Z. (27) zou vanuit Borgerhout op zijn beurt aan het hoofd gestaan hebben van de Antwerpse tak van de bende. Uiteindelijk werden op 1 maart 2019 dertien verdachten ingerekend. Eén van hen probeerde nog te vluchten, maar hij crashte met zijn voertuig in de vitrine van een kledingzaak in Merksem.
Uit de telefoontaps bleek ook dat de bende in de nacht van 31 mei op 1 juni 2018 achter de diefstal van een bronzen beeldengroep in Brugge zat. Die beeldengroep stond lang op ‘t Zand, maar bevond zich toen in een weide bij het industrieterrein ‘De Blauwe Toren’. De buit werd diezelfde nacht al naar een schroothandelaar in Maastricht gebracht. De Nederlandse bevoegde autoriteiten konden de beeldengroep echter niet meer aantreffen. Kunstenares Livia Canestraro en haar familie vorderden op het proces een voorlopige schadevergoeding van een miljoen euro.
Hun advocaat benadrukte dat het unieke werk door miljoenen mensen gekend was. De diefstal heeft dan ook gevolgen voor de waarde van hun oeuvre. Bovendien hopen ze een alternatief kunstwerk te mogen plaatsen, maar ook dat brengt kosten met zich mee. Stad Brugge, de eigenaar van de beeldengroep, vroeg een euro voorlopige schadevergoeding.
Het openbaar ministerie eiste voor de kopstukken Adrian B. en Paul-Ionel Z. respectievelijk zes en vijf jaar effectieve celstraf. De andere beklaagden hangt acht maanden tot vier jaar cel boven het hoofd. Een tiental onder hen zit ondertussen al vijftien maanden in voorhechtenis, soms voor een beperkt aantal feiten. Meerdere advocaten konden hun frustratie daarover dan ook niet onder stoelen of banken steken.
De verdediging drong vooral aan op straffen met uitstel. Op die manier hopen ze dat de beklaagden onmiddellijk na het vonnis vrijgelaten kunnen worden. De advocaat van Adrian B. merkte op dat zijn cliënt tijdens een groot aantal diefstallen voor andere feiten in de gevangenis zat. B. ontkent ook dat hij als leider opereerde. Paul-Ionel Z. betwistte zijn aandeel in de diefstallen niet, maar was slechts de laatste twee maanden bij de bende betrokken.
“B. gaf de opdrachten, mijn cliënt nam dat slechts bij zijn afwezigheid over”, aldus meester Kim Devoldere. De advocaat benadrukte ook dat zijn cliënt – in tegenstelling tot sommige andere beklaagden – nog over een blanco strafblad beschikt. “Hij heeft de eerste dag zijn spijt al betuigd en goed meegewerkt met het onderzoek.”
De rechter doet uitspraak op 24 juni.
(Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier