Een 46-jarige Oostendenaar heeft in de Brugse rechtbank 37 maanden effectieve celstraf gekregen voor opzettelijke brandstichting. De man beweerde dat het om een ongeluk ging.
Op de binnenkoer van een appartementsgebouw in de Vaartstraat in Oostende vloog op 22 juni vorig jaar een zetel in brand. De brandweer kon verhinderen dat de vlammen oversloegen naar het gebouw. Onderzoek wees op kwaad opzet waarna bewoner T.C. (46) werd opgepakt.
De man beweerde dat hij de zetel per ongeluk in brand had gestoken toen hij een sigaret wou roken. Omdat zijn aansteker niet meer werkte, had hij naar eigen zeggen een Urbanusstrip aan het gasfornuis in brand gestoken en die vervolgens naar buiten gegooid. Met de gekende gevolgen.
Oude brandhaarden
De procureur hechtte geen geloof aan dit verhaal en stelde dat T.C. de zetel met opzet in brand stak. “De bovenburen verklaarden dat de beklaagde een paar dagen eerder ook al een tuinstoel in brand had gestoken op de binnenkoer”, stelde ze. “De branddeskundige acht de versie van de beklaagde bovendien onmogelijk en stelde op de koer verschillende oude brandhaarden vast.”
T.C. werd toerekeningsvatbaar verklaard, maar de procureur suggereerde wel een opname in een psychiatrische instelling voor zijn zware drugsmisbruik. Ze vroeg daarom drie jaar voorwaardelijke celstraf.
Volgens advocaat Klaas Van Dorpe ging T.C. door een slechte periode. “Na de dood van zijn moeder werd mijn cliënt uit haar huurwoning gezet”, pleitte hij. “Zijn middelenmisbruik maakte de situatie nog erger. Hij wou zich tijdens zijn voorhechtenis al laten opnemen, maar dat is niet gelukt.”
Meester Van Dorpe drong net als de procureur aan op probatievoorwaarden, maar de rechter ging daar donderdag niet op in. (AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
