Wat een luxe
Ze wonen allebei in Kortrijk en delen een liefde voor het goede leven en schrijven. Verder hebben onze twee columnisten weinig gemeen. Wekelijks geven ze hier een inkijkje in hun uiteenlopende levens. Deze week is dat Siel Verhanneman (32), auteur en dichter.
De verwarming gaat uit en ze bestelt voor zichzelf een nieuwe wollen trui in van dat hip kobaltblauw. Twee dagen later wordt de trui geleverd, wat een luxe. Ze pakt de trui uit en onder het passen hoort ze de melding van haar nieuwsapp op haar telefoon. De zoveelste onheilspellende wending in Oekraïne. Ze leest het artikel met een krop in de keel en sluit het alweer. In haar nieuwe trui die minder warmte biedt dan ze had gehoopt, werkt ze voort. Straks storten ze haar loon, wat een luxe. Na het werk drinkt ze wat in de koffiebar met haar mama. Ze praten over haar zus en hoe graag die snoepte, dopen hun koekje in de opgestoomde melk. Ze ziet in haar mama’s ogen hoe ze haar dochter mist, ze knuffelt haar eigen kindje extra hard. Wat een luxe. Ze weet dat het meisje dat zichzelf met man en macht uit de omhelzing wil loswrikken, komende nacht nog zeker vier keer wakker zal worden. Het meisje wil graag bevestiging dat ze niet alleen is. Vier keer zal ze de hand van een mama voelen of de stem van een papa horen. Wat een luxe. Diezelfde mama en papa zijn moe. De volgende avond bellen vrienden aan de deur. Ze hebben boodschappen mee en komen koken, wat een luxe. Ze moet eraan wennen, aan de bedrijvigheid in de keuken en de extra tijd die daardoor vrijkomt. Maar hulp aanvaarden heeft ze geleerd. Ze kon een tijd terug om de twee weken naar de therapeut maar God wat is dat duur geworden. Nu kan ze dat nog één keer per maand, wat een luxe. In een schriftje met een mooie lederen kaft houdt ze bij waar ze aan wil werken. Ze schrijft er gedichten en verhalen in. Door de vermoeidheid kan ze soms haar handschrift niet meer lezen. Maar als het schriftje vol staat, koopt ze een nieuw, in een andere kleur. Wat een luxe.
“Vier keer zal ze de hand van een mama voelen of de stem van een papa horen”
Haar vingers strelen over de ruggen van de boeken in de boekenwinkel en thuis over de boeken van haar vader. Ze denkt aan hem en hoe hij lachte en aan zijn paarse hemd en witte broek. Haar kleine broer was vier toen hij overleed. Hij herinnert zich niet de lach of het paarse hemd. Dat kan zij hem vertellen, wat een luxe. Sinds de slecht slapende peuter is er minder tijd voor hem, maar ze wonen in dezelfde straat en wanneer het met de een niet goed gaat mag je ervan uitgaan dat de ander ook maar aan het ploeteren is. Ze heeft weinig familie. Maar er is familie, wat een luxe.
Ze heeft net koffie gezet en ze schrijft een column voor de lifestylebijlage van een krant. Ze krijgt geen werkbeurs voor haar bundels en boeken, toch blijven mensen haar lezen. Wat een luxe. Ze zal het nog koud hebben. En iemand zal warme lucht op haar handen blazen. Er zullen nog mensen doodgaan, het rouwen zal ze nooit alleen moeten doen. Ze zal zichzelf nog veel te vaak een slechte moeder vinden maar iemand zal haar tranen drogen en zeggen dat het best meevalt. Ze zal nog angstig zijn. De trein niet durven te nemen. Een bankrekening in het rood hebben. Maar in een ver land melden apps geen oorlog in dat van haar. Soms slaapt ze met een kind tussen haar en haar partner in. Haar loon werd vijf dagen te laat gestort. Ze zal er eten mee gaan kopen. En een dikkere trui. Wat een luxe.
Stephanie en Siel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier