Pauline, Pepijn en Louise-Marie: drie modellen van bij ons

Nancy Boerjan

Het is geen geheim dat Belgische modellen graag gezien zijn in de internationale modewereld. En ook onze provincie heeft een aandeel in dat succes. Pauline Van der Cruysse, al ruim tien jaar een gevestigde waarde, en Pepijn Decrop en Louise-Marie Losfeld, die als modellen nog maar net aan het raam komen piepen, tonen wat West-Vlaanderen op dat vlak in petto heeft.

Belgische modellen maken al jarenlang furore op de internationale catwalks, ze sieren de covers van prestigieuze modemagazines als Vogue en Harper’s Bazaar, een ontwerper als Karl Lagerfeld stak zijn voorkeur voor ‘ons’ modetalent nooit onder stoelen of banken. Namen als Hannelore Knuts, Hanne Gaby Odiele, Elise Crombez, Delfine Bafort, maar ook Cesar Casier: allemaal Belgisch. Het geheim? Belgische modellen staan bekend om hun tijdloze en toch eigenzinnige look, ze werken hard en houden zich aan afspraken, en hoe hoog ze ook scoren in de modewereld, ze blijven met beide voeten op de grond. Troeven die ervoor zorgen dat ze er ook in slagen om lange carrières uit te bouwen. Hun succes is bovendien verweven met dat van de al even bejubelde Belgische modeontwerpers. Wat ooit begon met het sprookje van de Antwerpse Zes groeide uit tot heuse modeconcerns als die van Ann Demeulemeester en Dries Van Noten, terwijl Raf Simons vorig jaar verraste door creatief directeur te worden bij Prada, het breigoed van Christian Wijnants wereldfaam geniet en iemand als Tim Van Steenbergen zichzelf onvermoeibaar blijft heruitvinden. Redenen genoeg dus om drie West-Vlaamse modellen al dat Belgisch moois te laten showen.

 © Frederic Willem Lambert
© Frederic Willem Lambert

Pauline Van der Cruysse (30)

De Oostendse Pauline reisde als model de voorbije jaren onafgebroken de wereld rond. Ze komt rechtstreeks uit Milaan waar ze een modeshow liep voor Ann Demeulemeester naar het Zwin voor de foto-shoot voor KW Weekend . De Belgische ontwerpers deden altijd graag een beroep op haar, maar ook haar droom om shows voor Marc Jacobs, Prada en Givenchy te ‘lopen’ mag ze intussen van haar wishlist schrappen. Onlangs besloot ze haar appartement in New York opnieuw in te ruilen voor een vaste stek in Brussel waar ze zich met haar vriend heeft gesetteld en zich voortaan meer richt op de Europese markt. “Ik heb graag in New York gewoond, ik leidde er een boeiend leven. Maar ik heb ook altijd geweten dat ik terug zou komen, mijn toekomst ligt in België.”

Pauline werd al op haar 16de opgemerkt door Tom Van Dorpe, sinds vorige zomer artistiek directeur van het Franse merk The Kooples nadat hij jarenlang stylist was voor onder meer Rihanna en Hugo Boss, en destijds talentscout voor Dominique Models Agency. “Hij kwam in de Fnac op mij toegestapt en vroeg of ik model wilde worden. Nogal overweldigend was dat”, lacht ze. Pauline, die eerst haar middelbare studies wilde afwerken, kreeg af en toe een opdracht tijdens weekends. Maar tijdens haar eerste jaar hoger onderwijs steeg de vraag naar haar, ook uit het buitenland, zo snel dat ze besloot om voluit in te zetten op een modellencarrière.

Heeft je leven als model je veranderd?

“Ik ben er zeker meer door opengebloeid. Ik was superverlegen als tiener. Of ik moest in elk geval heel lang ontdooien telkens ik in een nieuwe situatie terechtkwam. De eerste keer op het modellenbureau durfde ik gewoon mijn mond niet open te doen. Intussen ben ik wel assertiever geworden”, lacht ze. “Maar ik ben ook al vroeg zelfstandig geworden door dit bestaan. Plots sta je op je 19de in New York en moet je je plan trekken. Niet gemakkelijk toen we hadden nog niet eens smartphones , maar het is me gelukt. Ook al doordat het allemaal zo snel ging. Ik werd al vroeg geboekt door de Chinese Vogue en dat bracht de bal aan het rollen. De maand die ik er zou blijven werden er plots drie, ik ontmoette grote namen uit de modewereld… Het was overdonderend maar ook fantastisch om mee te maken.”

Ik leidde een boeiend leven in New York maar mijn toekomst ligt toch in België

Waren er ook nadelen aan verbonden?

“Mijn agenda liet niet veel planning buiten het werk om toe. Dat maakte het moeilijk om vriendschappen te onderhouden, al weten de mensen die gebleven zijn wel dat dat nu eenmaal eigen is aan mijn werk. En ’s zomers vond ik mijn vrienden steevast terug op het strand van Oostende, waar we als kustbewoners allemaal een cabine hebben.”

“En mijn perfectionistische ingesteldheid maakte wel dat ik het een tijdje moeilijk heb gehad met de constant veranderende werkplanning en vaak last minute opdrachten. Maar ik heb geleerd om dat los te laten en er het voordeel van in te zien: ik leid er een avontuurlijk leven door, kom telkens op nieuwe plaatsen en ontmoet nieuwe mensen… Als ik ooit stop zal ik dat het meest missen.”

Had je gedacht op je dertigste nog mee te draaien?

“Neen! Maar zolang er vraag is, ga ik door. Daarvoor doe ik het veel te graag. Toen ik begon heette een model van 25 oud . Die mentaliteit is veranderd. Sommige merken vragen nu bewust naar vrouwen die meer maturiteit uitstralen. Het besef dat hun kleren niet gedragen worden door piepjonge meisjes is gegroeid.”

Het zijn lang niet meer alleen de klassieke beauty’s op de catwalk

Heb je nog andere evoluties opgemerkt?

“Vooral op het vlak van body diversity is er heel wat in beweging, en niet alleen wat huidskleur betreft. Je ziet lang niet alleen meer klassieke beauty’s op de catwalk. Zeker de meer commerciële labels denken ruimer, al moet je nog altijd in hun kleren passen.”

Wat doe jij om daarin te blijven passen?

“Niets bijzonders. Ik eet zeker niet te weinig, wel gezond, en ik stap veel kilometers, want ik heb geen auto. Maar geloof me, meisjes die zichzelf uithongeren houden het niet vol. Fysiek maar ook mentaal niet.”

De tijd van de supermodellen is nu wel voorbij?

“Zeker! Nu heb je per seizoen enkele gezichten die naar voren komen, maar dan even snel weer vervangen worden door nieuwe. Naomi Campbell en Cindy Crawford, dat waren andere tijden.”

Jouw leukste ervaring?

“Ik werd jammer genoeg niet vaak geboekt voor exotische locaties, eerder stedelijke. Maar ik vierde mijn twintigste verjaardag wel in Mexico met een shoot voor de Spaanse Vogue , en een dag later kwam mijn mama me bovendien verrassen in New York. Die verjaardag vergeet ik nooit.”

Welke ontwerpers bewonder jij zelf?

“Ik heb zelf vooral kledingstukken van de Belgische ontwerpers hangen, sommige gekregen omdat ik al zoveel shows voor hen liep, maar ik koop ze ook zelf, soms tweedehands. Ik bewonder hen enorm. Ze zijn wereldtop, we blijven daar nog altijd veel te bescheiden over. Ik hou van de tijdloosheid van hun kleren. Ze geraken nooit uit , ook niet onbelangrijk in tijden van duurzaamheid. Maar ik geef toe, ik heb veel kleren. Ik ben verder niet erg materialistisch, maar mijn kleerkast afgeven zou me heel zwaar vallen.” ( lacht )

Wat doe je nu je, terug in ons land, wat meer vrije tijd hebt?

“Samen met mijn vriend lange wandelingen maken in de natuur, vogels spotten, in de groene rand van Brussel, in de Ardennen, aan zee…”

En wat als er aan het modellenleven een eind komt?

“Ik zou graag in de modesector aan de slag blijven. Het boeit me altijd al hoe het er in de showrooms aan toegaat, vooral op het vlak van sales en marketing. Ik heb intussen een opleiding op dat vlak gevolgd en heb er vertrouwen in dat ik daar later mijn weg in vind.”

 © Frederic Willem Lambert
© Frederic Willem Lambert

Pepijn Decrop (17)

Pepijn uit Bredene zat vorige zomer samen met enkele vrienden een pintje te drinken in het Oostendse café Copador toen iemand hem op de schouder tikte. Of hij zin had in een fotoshoot op Oosteroever met fotograaf Frederic Lambert?

Niets bij te verliezen, dacht Pepijn, en even later was hij ingelijfd bij Dominique Models Agency. Tot zijn grote verbazing, want een modellencarrière was niet meteen wat Pepijn voor ogen stond. “Ik volg het laatste jaar van een sportopleiding en ook daarnaast sport ik veel, ben ik op stap met de scouts of met vrienden.” Zijn kinderdroom is piloot worden, of brandweerman. Maar een carrière als model wil hij nu ook wel overwegen. Voor een fotoshoot voor het Londense magazine Vanity Teen , ook online te vinden, speelde hij alvast zijn indringende blik als troef uit. Maar intussen heeft hij er ook al een campagne voor Nubic-schoenen opzitten. “Ik moet nog wennen, want dit is voor mij een compleet nieuwe wereld. Maar het bevalt me wel. Ik kreeg van iedereen op de set tips, de sfeer zat goed… Dit smaakt echt wel naar meer”, klinkt het enthousiast. “Ik heb er geen idee van of dit iets kan worden. Je moet de kansen krijgen, en ze grijpen, maar je moet ook intensief bezig zijn met je uiterlijk: sporten, gezond eten… Niet dat me dat moeilijk valt, want ik leefde voordien ook al zo. Het zou tof zijn als het lukt, maar het is ook geen ramp als het op niets uitdraait. Ik blijf sowieso met mijn voetjes op de grond.”

Voor Pepijn is de modesector een nog te ontdekken wereld, maar de trend naar meer duurzaamheid kan hij alleen maar toejuichen: “Ik koop altijd al in tweedehandswinkels, kringloopwinkels, een keten als Think Twice… Een namiddagje in zo’n winkel rond snuisteren samen met mijn mama of neef vind ik echt tof. En het is milieuvriendelijk bovendien.”

 © Frederic Willem Lambert
© Frederic Willem Lambert

Louise-Marie Losfeld (18)

Louise-Marie groeide op in Oostende, bracht vier jaar in Madagaskar door, een land waar haar ouders verliefd op werden. Model worden was een kinderdroom. Woensdag behaalde ze brons in de finale van Miss België.

“Ik heb verschillende culturen leren kennen in Madagaskar, want het land is een smeltkroes. Daar wonen heeft mijn kijk op de wereld verruimd en me doen inzien hoe goed wij het hier hebben. De levensomstandigheden zijn daar veel minder goed maar toch is iedereen er veel meer dankbaar en tevreden. Daar zouden wij wel wat meer een voorbeeld aan mogen nemen.”

Na de scheiding van haar ouders kwam Louise-Marie in Oudenburg wonen. De vijfdejaarsstudente economie-wiskunde aan het Koninklijk Atheneum Centrum in Oostende ziet zichzelf later studies handelsingenieur aanvatten. Maar in afwachting zet ze ook in op een droom die ze als kind al koesterde: een leven als model. In 2016 werd ze verkozen tot gezicht van A-Mode voor de Oostendse regio. Ze trok haar stoute schoenen aan en ging zichzelf voorstellen bij Dominique Models Agency. “Maar ze wezen me af omdat ik niet groot genoeg was, en nog wat te veel baby ”, lacht ze. “Maar tijdens de lockdown kreeg ik het bericht dat ze mij opnieuw wilden zien en nu lag mijn contract wél klaar. Ik had vorige zomer al een opdracht voor de Antwerpse kledingwinkel Happy 13.”

Ook Louise-Marie hoopt dat voor haar de bal nu aan het rollen gaat. Ze nam op 31 maart alvast ook deel aan de finale van Miss België. “Vroeger deed ik soms wat lacherig over mijn ambities maar ik ben nu meer dan ooit vastbesloten om het professioneler aan te pakken. Model zijn is een vak. Ik kijk op naar modellen als de Amerikaanse Kendall Jenner en Romee Strijd, een Nederlandse die de voorbije jaren bekend is als een van Victoria’s Secret Angels maar eerder al voor zowat alle tophuizen Calvin Klein, Louis Vuitton, Yves Saint Laurent… defileerde. Ik heb er niet de ideale maten voor, maar ik probeer het toch zo ver mogelijk te schoppen.”