Mijn moetie
Moetie, ik lijk steeds meer op jou. Ik zeg het haar de laatste tijd wel vaker. Voor mijn dertigste vond ik dat er geen twee mensen waren die zo hard van elkaar verschilden dan mijn mama en ik. We leken niet op elkaar en we begrepen elkaar niet.
We konden elkaar niet loslaten, maar elkaar genoeg vrijheid geven om onszelf te zijn, lukte ook niet. Het evenwicht was altijd zoek. Dat is veranderd. Mijn mama en ik hebben elkaar gevonden. Met ouder worden, maar ik denk ook dat het afgelopen coronajaar daar voor iets tussenzit. De afstand heeft ons dichterbij elkaar gebracht. Niet kunnen knuffelen, maakt dat je alleen nog denkt aan knuffelen. De kleine en vanzelfsprekende dingen zoals bij elkaar op de koffie gaan zijn plots een pak kostbaarder geworden. De dingen waarover we vroeger ruzieden zijn triviaal geworden tegen het decor van de pandemie.
Er is meestal iets van aan, als ze iets zegt, die mama van mij
We hebben vroeger veel ruziegemaakt. Veel geweend ook. We zullen nog discussies voeren, maar ik hoop en denk dat de woeligste jaren achter ons liggen. Ouder worden, betekent rustiger worden, zegt ze altijd. Er is meestal iets van aan, als ze iets zegt, die mama van mij. Ik ben rustiger geworden, zij ook. Ik geef haar niet altijd gelijk, maar begrijp haar wel beter. En zij mij ook. De relatie is complex, maar een mama zijn, lijkt mij aartsmoeilijk. Dat begrijp ik vandaag ook beter. Wat ze allemaal voor mijn zusje en mij gedaan en opgeofferd heeft. Hoe hard ze haar best doet om de beste mama te zijn. En dat altijd als prioriteit te stellen. Dat is niet niets. Wat ik eigenlijk wil zeggen is dat ik ze doodgraag zie mijn moetie. En dat ik haar dat sowieso te weinig zeg.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier