Op 1 april begint de sloop van een deel van de vismijn. De Vlaamse Visveiling kon niet langer wachten omdat de sloop- en bouwvergunning op 28 april afloopt. Volgens directeur Johan Van de Steene volgt meteen na de sloopwerken de bouw van de nieuwe vismijn.
De gedeeltelijke sloop van de vismijn komt voor velen als een verrassing. Ook voor de provincie, die vanaf 1 maart halsoverkop de provinciale uitleendienst voor audiovisueel materiaal van Pakhuis 75 van de vismijn naar Brugge verhuisde.
“De vraag om het Pakhuis te ontruimen was heel dringend en heel plots”, zegt gedeputeerde Guido Decorte. Directeur Johan Van de Steene van de Vlaamse Visveiling verklaart waarom er geen tijd meer te verliezen was. “Onze sloopvergunning vervalt op 28 april. We starten de afbraakwerken op 1 april.”
Nieuwbouw
Volgens Johan Van de Steene begint meteen na de sloopwerken de bouw van de nieuwe vismijn. “Dat zal na de bouwvakantie zijn”, vertelt hij. De plannen voor de nieuwe vismijn waren al een tijdje bekend en werden op 27 april 2015 vergund door het stadsbestuur. Dat is nu bijna twee jaar geleden en vandaar dat de vergunning op 28 april vervalt.
De voorgevel van het bestaande gebouw blijft behouden, daarachter komt een nieuwbouw van 5.000 m². Rondom zullen ook infrastructuurwerken gebeuren, zoals het leggen van nutsleidingen, het plaatsen van hoogspanningscabines en het aanleggen van parkings en een kade. De nieuwbouw werd op 6 miljoen euro geraamd, maar met de uitrusting en de infrastructuurwerken erbij zou in totaal bijna 18 miljoen euro worden geïnvesteerd.
Voor het grootste deel van het huidige vismijngebouw, richting Maritiem Plein, is geen sloopvergunning afgeleverd en dat blijft voorlopig ook behouden. In het masterplan voor de vismijnsite, dat in november 2014 door het stadsbestuur werd goedgekeurd, waren daar onder meer zones voor klein- en groothandel en visverwerking voorzien. De afbraak en invulling zou echter maar geleidelijk gebeuren. Het VLIZ, het Unesco-onderzoekscentrum en het Streekhuis Kust van de provincie kunnen er voorlopig blijven, al is bekend dat zij in 2019 verhuizen naar een nieuwbouw samen met het ILVO in de Ankerstraat.
Uitleendienst
N-VA-provincieraadslid Wim Aernoudt reageerde ontstemd op de tijdelijke verhuizing van de provinciale uitleendienst. “Jaarlijks worden er zo’n 2.000 eenheden uitgeleend aan socioculturele verenigingen vanuit Oostende. De dienst ondersteunt talloze verenigingen door goed onderhouden materiaal uit te lenen aan zeer lage tarieven. De uitleendienst zou op termijn gevestigd worden in het nieuwe gebouw aan de Ankerstraat, maar het is jammer dat de provincie niet kiest om de dienst ook in de tussenperiode ter plaatse te houden. Overleg met de stad Oostende had misschien een oplossing kunnen bieden.”
“Geef ons wat tijd”, reageert gedeputeerde Decorte. “De vraag om Pakhuis 75 te ontruimen kwam heel onverwacht. Het gaat enkel over de uitleendienst, het Streekhuis Kust kan blijven, maar mag tijdelijk een stuk ruimte van het VLIZ gebruiken. Op termijn verhuizen het Streekhuis en het VLIZ naar de nieuwbouw met het ILVO. Voor de uitleendienst zoeken we een gepaste oplossing. Als mensen in de tussentijd niet tot in Brugge raken, zullen we zorgen dat ze hun materiaal krijgen. Het verwondert mij dat de N-VA, die de provincies wil afschaffen, zo in paniek schiet als er een provinciale dienst wegvalt. Blijkbaar vinden ze de provincie toch belangrijk.”
“Voor immoprojecten”
De plannen van de Vlaamse Visveiling kunnen de vzw Oosteroever niet overtuigen. “Dit is een blunder van jewelste voor het rijke maritieme karakter van de Oosteroever en voor Oostende in zijn geheel”, vindt voorzitter Johan Smalle. “De vismijnsite was opgenomen op de lijst van waardevol erfgoed. Met de vzw probeerden we het gebouw te laten beschermen, maar tevergeefs. Wij vrezen dat er nooit een nieuwe vismijn zal komen. Wij zeiden al dikwijls dat er veel verborgen agenda’s bestaan, waar burgers geen inzage in hebben. We vermoeden dat de Vlaamse Visveiling enkel uit is op speculeren met immoprojecten.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier