De vijf momenten van Alex Vandenbulcke, WestSprint-laureaat bij de juniores
Wie zich tot eindlaureaat van Westsprint weet te kronen, heeft er per definitie een fantastisch seizoen vol mooie momenten opzitten. Hen vragen om daar één hoogtepunt uit te pikken zou een beetje mensenkloterij zijn. Daarom vroegen we elke winnaar naar zijn of haar vijf topmomenten van 2019. Voor Alex Vandenbulcke, de beste West-Vlaamse junior van het afgelopen jaar, geen gemakkelijke opdracht. Dus besloot de Izegemnaar om er een tof bundeltje van te maken.
1. Eerste ereplaats van het seizoen in Nokere Koerse
“Het seizoen was nog maar drie weken ver, maar mijn vierde plaats in Nokere was een opsteker die ik wel kon gebruiken. Ik kwam nochtans goed uit de winter en voelde me echt klaar voor het nieuwe wielerjaar, maar kende vooral veel pech in de openingskoersen. In Kuurne-Brussel-Kuurne kreeg ik af te rekenen met een kapot wiel op de Kanarieberg. Ik kon nog terugkeren, maar dan vallen ze net voor mijn neus op de Tiegemberg. En toen was het game over. Ook in mijn tweede wedstrijd was het van dat. Twee mannen vallen voor mij en een mooie uitslag was gaan vliegen. Daarna heb ik toch even diep gezeten. De mensen begonnen zelfs al vragen te stellen: Oei Alex, nog niet gewonnen? Niet genoeg getraind misschien? En dat na twee koersen!”
Het WK in Yorkshire was een hoogtepunt. Voordien werd ik tot de favorieten gerekend en zelf geloofde ik ook wel dat de top tien erin zat, maar het parcours bleek zwaarder dan verwacht
“Gelukkig bewees ik in Nokere, een UCI-koers, dat ik wel degelijk in orde was. In de finale waren we weg met vier man. Mijn ploegmaat Milan Fretin en ik, tegenover twee andere ploegmaats. Het was twee tegen twee. Maar omdat ik al redelijk veel gegeven had, besloot ik om de sprint voor Milan aan te trekken. Hij zei dat hij zich nog goed voelde en bij mij zat er niet veel meer op. Uiteindelijk worden we slechts derde en vierde, maar ik had wel getoond dat ze nog steeds rekening met mij moesten houden.”
2. Vierde plaats in de Ronde van Vlaanderen
“Een nieuwe ereplaats in een UCI-koers. En dan nog in “Vlaanderens mooiste”. En ik snap nu ook waarom ze die wedstrijd zo noemen. Het is in de eerste plaats een fantastisch parcours, maar ook de sfeer langs de kant van de weg is onbeschrijfelijk. Het is ongelooflijk hoeveel volk er staat op de Muur. Het helpt natuurlijk dat we op dezelfde dag als de profs rijden. Zo wordt het eigenlijk een win-winsituatie. Wij genieten van de aanmoedigingen en de fans moeten geen halve dag wachten om renners te zien. Het is dan ook mijn droom om ooit als beroepsrenner te kunnen starten in de Ronde van Vlaanderen!”
“En dat moet er misschien wel inzitten. Bij de juniors heb ik het toch niet slecht gedaan met een vierde plaats. Aangezien de Lippenhovestraat en de Paddestraat al na zeven kilometer op het parcours lagen, was het volle bak koers van bij de start. Al vlug waren we weg met dertien renners en de rest zag ons niet meer terug. Jammer genoeg zat ik bij de laatste passage over de Vesten iets te ver waardoor ik niet mee was toen drie man ervandoor gingen. Vierde, en met een betere positionering zat er misschien meer in. Maar ik was wel eerste Belg en heb me opnieuw laten opmerken tussen de wereldtop.”
3. Drie keer top 10 in de Junioren Driedaagse van Axel
“Een internationale 2.1 UCI-rittenkoers, maar wel één met een deelnemersveld dat kon doorgaan voor een Nations Cup. Geen pannenkoeken dus. Ik ben dan ook heel trots met mijn drie ereplaatsen. En dan waren de eerste twee dagen niet eens mijn ding: veel te vlak naar mijn goesting. Maar door de wind werd er de eerste rit toch flink door gekoerst. De etappe werd gewonnen door Quinn Simmons, de latere wereldkampioen, en ik werd er negende. Een dag later moest ik de sprint aantrekken voor mijn ploegmaat, maar knal ik hem rats uit het wiel en wordt zelf nog zesde. Moest daar mijn kaart worden getrokken, eindig ik waarschijnlijk een pak dichter.”
“De slotetappe door de Vlaamse Ardennen was wel iets voor mij. Ik reed lange tijd voorop, maar word op 3,5 km van de meet terug gepakt en werd uiteindelijk 9de. Dat ik niet hoog eindig in het algemeen klassement komt door mijn zwakke prestatie in de tijdrit. Die discipline gaat mij duidelijk niet zo goed af. Gek eigenlijk, want ik ben een hardrijder en heb een degelijke solo in de benen. Volgend seizoen wil ik daar wel aan werken. Ik zal vanaf dan ook met een wattagemeter trainen, hopelijk kan ik daardoor nog een pak progressie boeken.”
4. Ereplaatsen in de Nations Cup-wedstrijden
“Ik won het afgelopen seizoen vier kermiskoersen, maar mijn prestaties op internationaal niveau schat ik toch een pak hoger in. Daarmee toon je dat je een plaatsje tussen de beste juniors van de wereld verdient en dus ook tot de top in België behoort. In Paris-Roubaix was ik bijvoorbeeld echt goed, maar kreeg ik opnieuw met pech af te rekenen. Al na tien km werd ik opgehouden door een valpartij en kon het achtervolgen beginnen. Ik reed van groepje naar groepje op de kasseien en strandde nog op 32ste plaats.”
Ik won het afgelopen seizoen vier kermiskoersen, maar mijn prestaties op internationaal niveau schat ik toch een pak hoger in. Daarmee toon je dat je een plaatsje tussen de beste juniors van de wereld verdient en dus ook tot de top in België behoort
“In de Vredeskoers behaalde ik twee top tienplaatsen en in de Giro della Lunigiana werd ik 8ste in de eerste rit. Die laatste was vooral belangrijk om een plekje in de wk-selectie af te dwingen. Ik wou tonen aan de bondscoach dat ik ook kan klimmen en dat is me goed gelukt. Op de laatste beklimming kwam ik zelfs met de besten boven! Daarmee bewees ik meer dan klaar te zijn voor Yorkshire.”
5. In de aanval op het WK
“En dan natuurlijk hét hoogtepunt van mijn seizoen: het wereldkampioenschap in Yorkshire. Voordien werd ik tot de favorieten gerekend en zelf geloofde ik ook wel dat de top tien erin zat, maar het parcours bleek zwaarder dan verwacht. Daarom koos ik voor de vroege vlucht. Het duurde lang voor een groepje weg geraakte, maar ik was wel mee. Ook de andere grote blokken waren vertegenwoordigd… buiten de Amerikanen en die reden het gat dicht. Jammer, want ik had echt een topdag en kon nog vlot mee toen ik werd ingerekend. Misschien was ik beter in het peloton blijven zitten, maar dat is praat achteraf.”
“Ik had al behoorlijk wat krachten verspeeld en kreeg dan ook nog eens af te rekenen met krampen… ik had al meer dan 100km geen bevoorrading gehad. Ik moest de groep laten rijden en bolde uiteindelijk als 43ste over de meet. Geen topresultaat, maar ik heb me getoond en heb de tv-uitzending gekleurd. Ik hoop dat mijn prestatie nog lang herinnerd zal worden. Ik zal het alleszins niet snel vergeten.”
Juniores
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier