Gewezen profcrosser Pedro Rosselle over huidig tijdperk: “Heel ander type crosser aan de top”
Pedro Rosselle was in de jaren 80 en 90 een meer dan verdienstelijk renner en crosser. Vandaag laat hij zijn licht schijnen op het veldrijden anno 2022.
Bij de jeugdcategorieën werd Rosselle driemaal Belgisch kampioen en hij behaalde zelfs een knappe 7de plaats op het WK voor juniores in Hägendorf. Bij de liefhebbers reed hij ooit een seizoen waarin hij 20 wegwedstrijden en 20 crossen won en daarna is hij ook twee jaar profrenner geweest. Momenteel is hij niet meer actief in de wielersport, maar volgt deze wel nog op de voet. Daarom is hij de geknipte persoon om eens z’n licht te laten schijnen op het huidige cyclocrosstijdperk.
“Er is natuurlijk veel veranderd, volgens mij vooral op vlak van parcoursen. Vroeger had je amper bochten in een cyclocross, je reed puur op de ‘grote motor’. Nu is het echt draaien en keren, waardoor je een ander type crosser aan de top ziet: lichter gebouwde en explosievere types. De mannen zoals een Iserbyt, Vanthourenhout, van der Haar… Het klinkt misschien vreemd: maar zet hen aan de start met Van Aert en Van der Poel, op een parcours zoals in mijn tijd, en ze hebben 4 à 5 minuten aan hun been. Daarmee wil ik zeker niets afdoen van hun prestaties, je moet het toch maar doen, maar het is wel de realiteit.”
“Wat me opvalt dit seizoen, is dat vooral Lars van der Haar beter presteert dan iedereen verwacht had. Iedereen dacht dat hij over z’n top heen was, maar zoals het er nu uitziet, zou het wel eens z’n beste seizoen kunnen worden. Dat illustreert nog maar eens een grote les die ik uit het wielrennen getrokken heb: je mag nooit iemand afschrijven. Wanneer je denkt dat je beter bent dan iemand anders, zal het niet lang duren voor je toch eens het onderspit moet delven. Ik ben natuurlijk benieuwd naar het moment waarop Van Aert en van der Poel weer in het crosspeloton komen en vraag me af of ze nog altijd zo ‘outstanding’ zullen zijn. Voor de sport zou het wel mooi zijn als Iserbyt en co hen ook het vuur aan de schenen zouden kunnen leggen en regelmatig eens winnen”, sluit Pedro z’n verhaal af. (RRK)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier