Wit-blauwe Michael (bis)

Michael Vanthourenhout pakte voor het tweede jaar op rij de Europese titel. © PHOTOPQR/OUEST FRANCE/MAXPPP
Tjorven Messiaen
Tjorven Messiaen Reporter

Niet Eli Iserbyt, Thibau Nys of Lars van der Haar, maar wel Michael Vanthourenhout kroonde zich afgelopen weekend tot Europees kampioen veldrijden in het Franse Pontchâteau. Voor het tweede jaar op een rij. Misschien wel nog verrassender dan vorig jaar. Want neem er zijn resultaten van dit seizoen maar eens bij: derde in Beringen, zesde in Waterloo, vierde in Ardooie, tweede in Overijse, derde in Ruddervoorde, vijfde op de Koppenberg. Om van de DNF in Maasmechelen na een totale offday nog maar te zwijgen. Nee, Vanthourenhout gaf de afgelopen weken toch niet echt blijk van hoogvorm. Het maakt het des te straffer dat hij nu voor het tweede jaar op rij in de wit-blauwe trui van Europees kampioen mag rondrijden.

Het bewijst nog maar eens dat Vanthourenhout sinds zijn Europese titel van vorig jaar bevrijd kan rondfietsen op kampioenschappen, wat vorig seizoen overigens ook bleek op het BK. En dat er in de aanloop naar vorige zondag – net zoals vorig jaar overigens – met geen woord gerept werd over zijn winstkansen, helpt hem daarbij. Geen renner die zo goed gedijt in de schaduw als Vanthourenhout. Het maakt van de naar Wetteren uitgeweken Wingenaar – die voor een goed begrip ook nog regerend Belgisch kampioen is – momenteel dé kampioenschapsrenner bij uitstek. Nog meer dan zijn ploegmaat Eli Iserbyt, in wiens schaduw hij voor het overgrote deel van het seizoen toch nog steeds staat.

Geen renner die zo goed gedijt in de schaduw als Vanthourenhout

Iserbyt gaf vorige week in deze krant nog aan dat hij het niet eens is met de perceptie dat hij geen kampioenschapsrenner is – zijn palmares geeft hem uiteraard gelijk, zeker als je ook zijn titels en ereplaatsen bij de jeugdcategorieën meetelt -, maar dit is toch alweer een kans die hij niet kon verzilveren. Zesde, dat is niet waarvoor Iserbyt naar Frankrijk was gereisd.

Toch verdient hij na zondag vooral lof. Lof voor de manier waarop hij slim het gat liet vallen voor zijn ploegmakker en voor hoe hij nadien professioneel afstopte. Dat een lekke band hem uiteindelijk – en jammer genoeg – uit medaillekoers sloeg, is dan weer niets minder dan brute pech.

Qua titels lijkt Vanthourenhout zijn ploegmaat dan wel achter zich te laten, het zal Iserbyt worst wezen. Er komen nog kansen genoeg. En vroeg of laat zal het ook voor Iserbyt wel eens prijs zijn op een kampioenschap. Misschien wel al in Meulebeke begin januari, wanneer er om de Belgische driekleur gestreden wordt.