Kurt Debouck, de grote man achter EFC-L&R-Vulsteke
Zaterdag 19 januari. De ploeg EFC-L&R-Vulsteke wordt vandaag voorgesteld op Velofollies. We praten met de zaakvoerder van EFC (Expofloorcoverings), Kurt Debouck. Alle vloertapijten die je op de fietsbeurs ziet, worden door Kurts bedrijf gemaakt. En vandaag staan ook zijn Belgische beloften op het podium van Velofollies. Kurt is namelijk de geldschieter en voorzitter van EFC-L&R-Vulsteke.
Sporten doet Kurt zelf ook. Hij werd bij de jeugd meermaals Belgisch kampioen zwemmen, maar waar andere atleten drie keer per dag zwommen, deed hij dat drie keer op weekbasis. Ook als renner haalde hij niet alles uit zijn carrière. Daarom besliste hij dat op latere leeftijd goed te maken door een tiental Ironmans mee te doen en zijn wielerteam verder uit te bouwen: de gelauwerde belofteploeg EFC-L&R-Vulsteke.
Waar is dat hele sponsorverhaal begonnen?
“Van jongs af aan deed ik aan sport. Eerst zwom ik, daarnabegon ik met triatlon. Op aanraden van mijn buurman (Romain Vanwynsberghe, in 1959 winnaar van Gent-Wevelgem voor onafhankelijken, red.) ben ik begonnen met wielrennen. Na een half jaar met een vergunning wou ik me aansluiten bij een ploeg, maar ik had intussen al mijn eigen bedrijf. Waarom zou ik dan voor een ander publiciteit maken, dacht ik. Met mijn eigen regionaal ploegje nam ik vervolgens deel aan kermiskoersen. De ploeg is daarna echter zo gegroeid dat we het kermiscircuit verlaten hebben.”
Was je in die periode nog als renner actief bij de ploeg?
“Neen. In die periode kwam ik Michel Pollentier tegen, en zijn wielerploeg De Lombarden was net zijn hoofdsponsor kwijtgeraakt. Vanaf dan hebben we geprobeerd om verder te professionaliseren met de middelen die er waren.”
Sponsoring wordt in het wielrennen niet dikwijls gedaan, omdat er niet veel geld mee te verdienen valt. Wat is jouw grootste drijfveer?
“Mijn doelstelling is om jonge mensen een kans te geven hun sport zo goed mogelijk te beoefenen. In die paar jaar dat ze jong zijn, is het nodig om stappen vooruit te zetten. Daarin probeer ik hen te steunen. We doen het ook goed. Yves Lampaert komt bijvoorbeeld van onze ploeg, via een tussenstap bij Sport Vlaanderen-Baloise.”
Ook Florian Sénéchal, nu bij Deceuninck-Quick.Step, reed ooit voor jullie
“Ja. (lacht) In Frankrijk zorgde dat voor een serieus debacle. Dat hij als Franse belofte bij ons kwam rijden en niet tekende voor een Franse ploeg, maakte sommige Fransen niet tevreden. Daarnaast zijn Sasha Weemaes en Thimo Willems dit jaar neoprof bij Sport Vlaanderen-Baloise. Dat die mannen prof kunnen worden, is toch een grote return voor ons team.”
In de zwemwereld denken alle ouders meteen dat hun zoon de nieuwe Michael Phelps is. Dat heb je vaak ook in de koers
Iedereen die bij de ploeg rijdt heeft een profdroom. Toch zijn de plaatsjes in het profpeloton duur. Dat lijkt me soms lastig.
“Ze kunnen niet alle 20 toprenners worden. Bij sommigen zal de factor geluk iets groter moeten zijn dan bij anderen. Mauri Vansevenant (zoon van ex-prof Wim Vansevenant, red.) wordt waarschijnlijk één van de beste klimmers van België, want hij eindigde vorig jaar als eerstejaarsbelofte in de Giro della Valle d’Aosta (prestigieuze beloftekoers in Italië, red.) bij de eerste tien in het klassement. Zijn ouders blijven met de voetjes op de grond staan. In de zwemwereld denken alle ouders ook meteen dat hun zoon de nieuwe Michael Phelps is, dat heb je vaak ook in de koers. (zucht) Dat is niet altijd goed.”
Hoe belangrijk is de teamgeest bij een ploeg?
“Een ploeg die als team rijdt, heeft een stapje voor op alle andere ploegen die dat niet doen. Ik durf je bijvoorbeeld op een briefje te geven dat Niki Terpstra (maakte de overstap van Quick.Step naar Direct Energie, red.) dit jaar een stuk minder zal zijn.”
Je hebt best een indrukwekkende triatloncarrière achter de rug, al kwamen de Ironmans pas op latere leeftijd. Hoe kijk je terug op die carrière?
“Ik heb de gouden jaren van de triatlon meegemaakt. Ik kwam als eerste uit het water en had een voorsprong bij het fietsen, al ging het lopen me iets minder af. Dat had een grote publicitaire waarde, dus ik vind het jammer dat ik daar niet alles heb uitgehaald. Op latere leeftijd heb ik volledige Ironmans gedaan en ook dit jaar zal ik er eentje doen. De sfeer is er geweldig. Iedereen heeft respect voor elkaar, want de eerste doet zoiets in acht uur, maar de laatste heeft dubbel zoveel tijd nodig. Iedereen is er een winnaar.”
Geef je die sportmicrobe door aan je kinderen?
“Ik heb een zoon en een dochter. Ze worden 22 en 27. Mijn zoon doet veel aan sport, maar is niet competitief. Mijn dochter is heel sportief. Ze zwemt bij een zwemclub, doet triatlon en gaat dit jaar voor het eerst koersen. Ze lijkt in mijn voetsporen te gaan treden. Daar ben ik blij voor, want sport is goed voor je doorzettingsvermogen, iets wat ook in je latere job van pas kan komen.”
Wim Feys: “Kurt is graag gezien, ook als mens” p>
“Kurt Debouck is erg graag gezien bij de ploeg”, benadrukt sportief verantwoordelijke Wim Feys. “Niet enkel omdat de ploeg zonder hem niet zou bestaan, maar ook als mens. Het mooie aan Kurt is dat hij ons, ploegleiders, alle vrijheid laat. Hij moeit zich niet met het transferbeleid en geeft ons carte blanche”, besluit de Ardooise ex-prof. p>
Beloften
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier