Tweedejaarsnieuweling Hannes Pylyser komt tijdens zijn prille wegcarrière elke wedstrijd beter uit de verf. De 15-jarige Westendenaar verbaasde zichzelf ook met een topprestatie in de mountainbikemarathon van Stoumont.
Dankzij goede ervaringen met strandraces besloot Hannes Pylyser om het in 2020 ook op de weg te proberen. Zijn debuut bij de nieuwelingen bleef om de welbekende reden echter tot enkele wedstrijden beperkt. “Dat was natuurlijk heel jammer, want zo kon ik geen ervaring opdoen in het peloton. Mijn testen waren onlangs goed genoeg om te beginnen aan de Topsportschool, maar ik had te weinig ervaring als renner.” Tijdens dit alweer ingekorte seizoen voelt de renner van KVC Noordzeemeeuw wel dat de conditie in stijgende lijn zit. “Ik voel dat ik nog altijd verbeter en dat ik elke wedstrijd beter en beter word. Zondag in Egem was ik goed mee in het peloton tot ze voor me vielen. In een vierde achtervolgende groep zijn we toch blijven rijden. Ik was bij de beteren van die groep en kon zo als 18de eindigen.”
Nieuwe mountainbike-avonturen
Hannes Pylyser steekt echter niet onder stoelen of banken dat hij zich het best in zijn sas voelt op de mountainbike. Op 11 juli waagde hij zich in het Luikse Stoumont aan een wedstrijd van 65 kilometer met 2.200 hoogtemeters. “Ik moest er rijden in de categorie van 17 tot 20-jarigen, maar finishte toch als derde. Dat was voor mezelf mijn beste prestatie van het seizoen. Zondag doe ik in Hamme weer mee aan een mountainbikewedstrijd. Over winnen spreek ik niet, maar ik ben wel benieuwd wat dat gaat geven tegen jongens van mijn eigen leeftijd.” De komende weken hoopt de bijna 16-jarige Westendenaar zich nog eens in de top tien of zelfs op het podium te rijden. Naast de Ronde van West-Vlaanderen kijkt hij vooral uit naar nieuwe mountainbike-avonturen. “In september doe ik mee aan een mountainbikedriedaagse in Namen. In oktober is er dan ook nog een mountainbikewedstrijd van 80 kilometer in Duitsland. Daarna is het de bedoeling om mijn conditie te onderhouden richting strandraces.”
(Adriaan Clynckemaillie)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
