Het West-Vlaamse Giro-alfabet: van Alberto Contador tot het klimmertje uit Zwevezele
Alberto p>
Op vrijdag 2 mei 2008 kreeg Alberto Contador, op vakantie in Andalusië, een telefoontje van Johan Bruyneel, zijn West-Vlaamse ploegmanager bij Astana. Dat hij acht dagen later aan de start van de Giro moest staan. “Ik stond in mijn zwembroek aan het water”, zei Contador bij de start in Sicilië. “Ik dacht dat mijn vriendin me wel kon vermoorden. Met vijf dagen training begin ik eraan. Ik bekijk het dag per dag.” Drie weken later stond Contador in Milaan met zijn eerste Girozege te pronken.
Bruyneel p>
Voor Bruyneel was de triomf van Contador, drie jaar na de eindzege van Paolo Savoldelli, niet zijn eerste triomf als ploegleider in Italië. Op die manier werd de Izegemnaar de vierde ploegleider ooit die de drie grote rondes won, na José Miguel Echavarri, Cyrille Guimard en … Lomme Driessens.
Couvreur p>
Toen Jacques Anquetil in 1960 zijn eerste Giro won, kon de Fransman bij Helyett rekenen op de steun van een West-Vlaming: Hilaire Couvreur uit Sint-Andries. Beste vrienden waren de twee niet. Hilaire zag Anquetil intrinsiek als de sterkste van het pak, maar vond dat zijn kopman te veel in spaarmodus reed.
Desmet p>
Armand Desmet won op 25 mei 1962 de zevende etappe in de Giro naar het 1.260 meter hoge Santuario di Montevergine di Mercogliano. De Waregemnaar, die in 2012 overleed, won solo voor zijn twee medevluchters en veroverde de roze leiderstrui die hij zeven dagen zou behouden. Later wonnen ook Danilo Di Luca (twee keer), Damiano Cunego, Bart De Clercq en Richard Carapaz een bergrit in de Giro met aankomst op Montevergine
Eric p>
De laatste echte West-Vlaamse ritzege in de Giro dateert van 2 juni 1986, toen Eric Van Lancker solo de slotrit in Merano won, met 1’09” voorsprong op Giovanni Bottoia en Pierangelo Bincoletto. In de eindstand werd Van Lancker 14de op 17’52” van Roberto Visentini.
Faenza p>
De Italiaan Leonardo Bertagnolli van Serramenti PVC Diquigiovanni-Androni Giocattoli won op 24 mei 2009 de 15de rit in de Giro. Bertagnolli was op de Monte Trebbio vooropgeraakt met Serge Pauwels, tot de Belg van Cervélo tijdens de laatste afdaling van ploegleider Jean-Paul Van Poppel het sein kreeg om op kopman Carlos Sastre te wachten. Die was in paniek geraakt na een aanval van Ivan Basso. Dat bleek na afloop voor niets nodig en Pauwels won in Faenza, 54 seconden na Bertagnolli, nog de sprint voor plaats twee voor Marco Pinotti, Lars Ytting Bak en Marco Marzano. In juni 2012 werden bij Bertagnolli verdachte bloedwaarden vastgesteld. Hij werd geschorst en speelde ook zijn Giro-ritzege kwijt aan Pauwels. “Maar een officieel bericht van de UCI kreeg ik daarover nooit.” Leuk weetje: de huidige trainer van Pauwels is … Pinotti.
Gabicce Mare p>
Het dorpje in de Marche waar Freddy Maertens in 1977 twee van zijn acht ritzeges behaalde op één en dezelfde dag, na respectievelijk ritten van 185 en 70 km. Maertens triomfeerde ook nog in Monte di Procida, Avelino, Pescara, Forli en Mugello. Naast de dertien ritzeges van Sercu waren nog elf West-Vlamingen succesvol in de Giro: Félicien Vervaeke (1934, Campobasso), Hilaire Couvreur (1954, Genua), Armand Desmet (1962, Montevergine), Walter Boucquet (1964, Roccaraso), Georges Vandenberghe (1967, Riccione), Guido Reybrouck (1968, Alba, Triëst en Napels), Wilfried Reybrouck (1974, Formia), Michel Pollentier (1977, Binago), Marc Demeyer (1977, Vicenza, Gemona del Friuli), Eric Van Lancker (1986, Merano) en Serge Pauwels (2009, Faenza). Eindtotaal: 34 West-Vlaamse ritzeges.
Horloge p>
Toen Rigoberto Uran in de Giro van 2014 als tweede eindigde, deed hij zijn ploegmaats bij Omega Pharma-Quick.Step met onder meer Serge Pauwels en Julien Vermote een horloge cadeau. “Rigoberto had nooit stress. Een heel leuke en makkelijke kopman om voor te werken”, aldus Pauwels. “Misschien had hij zelfs te weinig stress”, lacht Vermote.
Israel p>
Dan toch een West-Vlaming van de partij in de Girokaravaan 2019: Eric Van Lancker, als ploegleider bij Israel Cycling Academy.
Jongste p>
Ernie De Blaere was in 1970 met 21 jaar en 154 dagen de jongste deelnemer. De Beernemnaar haalde het einde niet. Een jaar later werd hij 49ste. Opvallend: De Blaere trok na zijn korte carrière de politiek in en was vanaf november 2014 vier jaar burgemeester van Knesselare, nadat voorganger Fredy Tanghe door een gerechtelijke veroordeling besliste om zelf af te treden.
Kleine broer p>
Op 16 mei 1974 won de 21-jarige Wilfried Reybrouck in het Zuid-Italiaanse Formia in een massaspurt de openingsrit in de Giro voor Roger De Vlaeminck, Marino Basso, Enrico Paolini en Patrick Sercu. Hij werd meteen ook de eerste rozetruidrager. “Nochtans was ik in de Ronde van Puglia, mijn enige voorbereidingskoers, zwaar ten val gekomen en moest ik met een gescheurd oor opgeven. Maar enkele dagen later stond ik, aangevuurd door mijn elf jaar oudere broer Guido Reybrouck, aan de start van de Giro in Vaticaanstad. De hele sfeer inspireerde mij om er het beste van te maken en onderweg had De Vlaeminck mij gejend door te vragen wat ik in de Giro kwam doen. (grijnst) Na de finish verging het lachen hem, want Brooklyn had Roger een duizelingwekkende premie beloofd als hij de eerste rit won en de roze trui zou pakken.” Reybrouck bleef nog een dag langer leider, maar finishte in de derde rit naar Sorrento, enkel gesteund door zijn Beernemse ploegmakker Eric Serlet, buiten tijd.
Lires p>
Op 7 juni 1977 greep Michel Pollentier de macht in de Giro, na een rit over de Rolle (1.970m), Pordoi (2.239m), Falzarego (2.105m) en Druscie (1.788m). In de twee daaropvolgende bergritten kon de Keiemnaar de tegenstand, met Francesco Moser op kop, afhouden. “De Italianen deden er alles aan om mij te onttronen. Toen dat niet lukte, kwamen ze met een container lires bij mijn ploegleider Lomme Driessens om Moser te laten winnen. Dat was bij de duivel te biecht gaan, want Lomme wees ze kordaat de deur. De Italianen waren nog meer in hun gat gebeten en vielen nog heftiger aan, maar ik bleef overeind. In de tijdrit in Binago zette ik de puntjes op de i.”
Maglia Rosa p>
23 dagen was de roze leiderstrui in de Giro al in handen van een West-Vlaming: Joseph Demuysere (drie dagen in 1933), Armand Desmet (zeven in 1962), Wilfried Reybrouck (twee in 1974), Patrick Sercu (twee in 1976), Freddy Maertens (vijf in 1977) en Michel Pollentier (vier in 1977).
Nul p>
Terwijl de West-Vlaamse aanwezigheid in de Giro in de jaren 60 en 70 hoogdagen kende, was dat de voorbije vier decennia veel minder het geval. In de laatste 40 edities verscheen er 18 keer niemand aan de start. Dieptepunt was de periode tussen 1994 en 2003. Het aantal West-Vlamingen in deze Giro? Nul. Of wat had u gedacht?
Opvolger p>
Sinds de eerste en voorlopig ook laatste West-Vlaamse eindzege in de Giro in 1977 is het wachten op een opvolger voor Michel Pollentier. Meer zelfs, sindsdien eindigde geen enkele West-Vlaming nog in de top tien van het eindklassement. Eerder slaagden Joseph Demuysere (2de in 1932, 2de in 1933), Sylvère Maes (5de in 1947), Hilaire Couvreur (10de in 1954, 10de in 1957), Armand Desmet (10de in 1962) en Willy Van Neste (5de in 1968) daar wel in.
Ploegmaat p>
Twee West-Vlamingen waren als ploegmaat rechtstreeks getuige bij één van de vijf Girozeges van Eddy Merckx: Guido Reybrouck in 1968 en Georges Vandenberghe in 1970, beiden bij Faema. In 1968 had Merckx zijn eerste Girozege voor een groot stuk aan Reybrouck te danken. “Er zaten een pak Italianen in onze ploeg en op een dag smeedden Vittorio Adorni, in het klassement tweede op enkele seconden van Merckx, en Luciano Armani een complot: in de bevoorrading zouden ze aanvallen”, vertelde Reybrouck later in deze krant. “Hun plannetje lukte. Eddy was in paniek, klopte aan bij alle Belgen van onze ploeg, maar niemand kon of wilde helpen. Toen heb ik me opgeofferd. Hoewel het mijn taak niet was, heb ik me kilometerslang gegeven en die twee minuten bijna op mijn eentje dichtgereden. Eddy was geschrokken en omdat er de volgende dag een zware bergrit wachtte, stelde hij op de kamer voor om enkele Belgen van Romea-Smiths te betalen om te helpen. Toen zei ik: we gaan niemand betalen, want morgen is het aan jou en heb je niemand nodig. En effectief: hij won op soevereine wijze.”
Roccaraso p>
Op 27 mei 1964 won Walter Boucquet na 257 kilometer de twaalfde rit in de Giro van San Benedetto del Tronto naar het 1.236 meter hoge skioord Roccaraso in de Abruzzen. Na een rit over de Caruso (1.108m) en Diavolo (1.400m) versloeg de 23-jarige Meulebekenaar in een duel niemand minder dan Franco Bitossi, die twee keer de Ronde van Lombardije en 20 etappes in de Giro won. Andere winnaars op Roccaraso zijn Fausto Coppi, Bernard Hinault, Moreno Argentin en … Tim Wellens.
Sercu p>
Patrick Sercu is met dertien ritzeges de meest succesvolle West-Vlaming ooit in de Giro. De eerste overwinning boekte hij op 22 mei 1970 in Zingonia, een stadje in de provincie Bergamo. Later volgden ook ritzeges in Sottomarina, Bibione (1971), Alba Adriatica (1973), Pompei, Modena, Forte dei Marmi (1974), Ancona, nogmaals Forte dei Marmi, Pontoglio (1975), Catania, Siracusa en Terni (1976). Daarnaast eindigde Sercu in de Giro 24 keer in de top vijf en droeg hij twee dagen de roze leiderstrui.
Tony p>
In 1995 won Mapei-renner Tony Rominger de Giro. De eerste zege in een grote ronde van ploegleider Patrick Lefevere? “Ik zou de waarheid geweld aandoen als ik van die zege enkele pluimen op mijn hoed steek, want ik was toen enkel verantwoordelijk voor het Belgische deel van de ploeg.”
Uran p>
Op 25 mei 2014 leek Rigoberto Uran, geruggensteund door zijn West-Vlaamse teammanager Patrick Lefevere en ploegmaats Serge Pauwels en Julien Vermote, op weg naar eindwinst in de Giro. Met nog zes ritten te gaan telde de Colombiaan van Omega Pharma-Quick.Step ruim een minuut voorsprong op Cadel Evans en bijna drie minuten op Nairo Quintana. De daaropvolgende koninginnenrit naar Val Martello, met onderweg de legendarische Passo dello Stelvio, werd in barslechte weersomstandigheden gereden en op een gegeven moment werd via de koersradio en Twitter gemeld dat de wedstrijd in de afdaling van de Stelvio zou worden geneutraliseerd. Later bleek het om een foute vertaling en dus een misverstand te gaan. “Elk groepje zou begeleid worden door een motor met een vlag, zodat het allemaal veilig zou verlopen”, vertelde Lefevere na afloop. “Daarom ook zijn veel renners gestopt op de top van de Stelvio en hebben ze zich warmer aangekleed. Quintana zat op de top in het groepje bij Uran. Wij gingen ervan uit dat zowel Uran als Quintana de hele afdaling samen met die grote groep naar beneden zou rijden, maar blijkbaar is Quintana er met enkele ploegmaats vandoor gegaan. Dat hebben we pas gezien toen zijn voorsprong al ruim twee minuten bedroeg.” Quintana won de rit, Uran zakte er door en volgde in de stand op 1’41”, een achterstand die hij niet meer kon goedmaken.
Vandewalle p>
De laatste keer dat een West-Vlaming dicht bij een ritzege kwam, was op 12 mei 2011 in Fiuggi Terme, na een lastige rit over 216 km door de uitlopers van de Apennijnen. Kristof Vandewalle trok meteen in het offensief met Jussi Veikkanen, Yaroslav Popovych, Sacha Modolo en Frederik Veuchelen, liet na ruim 200 kilometer in de aanval zijn vluchtgezellen achter zich, maar strandde op anderhalve kilometer van de meet. Francisco Ventoso won de rit, Vandewalle werd … 103de en zou nooit een rit in een grote ronde winnen.
Wolvenweer p>
In de Giro van 1962 leek Armand Desmet uit Waregem na zijn ritzege op Montevergine op eindwinst af te stevenen. Dat was echter zonder ploegleider Lomme Driessens gerekend. Tijdens de rustdag werd voor ‘s anderendaags een zware sneeuwstorm aangekondigd, maar Lomme negeerde de voorspellingen en liet zijn renners in onaangepaste kledij aan de loodzware Dolomietenrit van Belluno naar de 1.970 meter hoge Passo Rolle vertrekken. Onderweg wachtten met de Duran (1.601m), Staulanza (1.773m) en Cereda (1.361m) nog drie zware cols, terwijl de beklimmingen van de Valles (2.032m) en San Pellegrino (1.918m) al uit het parcours waren geschrapt. Van de 110 gestarte renners reden er slechts 53 de rit uit. Ploegmaat Rik Van Looy en zijn meeste helpers gaven er al vlug de brui aan. Desmet raakte onderkoeld, kwam ten val en moest twee keer van wiel wisselen, maar bleef koppig volharden en bereikte de finish 18 minuten na Vincenzo Meco. In de stand zakte hij naar de 29ste plaats. Desmet herpakte zich en werd finaal tiende op 15’55” van Franco Balmanion. “Die 14de rit staat voor altijd in mijn geheugen gegrift”, vertelde Desmet in 2012. “Het was die dag echt wolvenweer. Er was een zware sneeuwstorm en het was barkoud. Mijn wenkbrauwen waren volledig met ijs bedekt. Het enige waar ik naar verlangde, was een warm bed. Als Rik Van Looy toen leider was geweest, zouden mijn ploegmaats misschien langer in koers gebleven zijn, maar ik verwijt hen niets.”
Zwevezele p>
De 2.362 meter hoge Tre Cime di Lavaredo is voor eeuwig verbonden met de doorbraak van Eddy Merckx als ronderenner. Op 1 juni 1968 legde De Kannibaal in de Dolomieten, tijdens een mythische sneeuwrit in apocalyptische omstandigheden, de basis voor zijn eerste eindzege in een grote ronde. Willy Van Neste uit Zwevezele was rechtstreeks getuige van het exploot. Hij was een van de 15 achtervolgers die jacht maakten op tien vroege vluchters. Van Neste bleef alleen over tot Merckx hem enkele kilometers verder voorbij stoomde. Hij werd nog tiende op 2’51”. In de eindstand werd het klimmetje uit Zwevezele knap vijfde op 10’43” van Merckx, die de Italianen Vittorio Adorni, Felice Gimondi en Italo Zilioli achter zich hield.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier