Normaal gezien moest Ramses Debruyne (18) dit weekend aan de start staan van de Flèche Ardennaise, een van de weinige wielerwedstrijden die als testevent toch nog kan doorgaan. Gooit corona dan geen roet in het eten, dan is het wel een knieblessure waarmee de eerstejaarsbelofte al een drietal weken sukkelt. Voor zondag moet hij dus passen, vooral om de rest van het seizoen niet te hypothekeren.
Zondag kunnen een aantal beloften en elite zonder contract hun eerste wielerwedstrijd van het seizoen rijden: de Ardense Pijl in Stavelot. Voor velen een grote opluchting, maar Ramses Debruyne ziet deze wedstrijd aan zijn neus voorbijgaan. “Een ontsteking op de knie, waarmee ik nu al een drietal weken zit, dwarsboomt die plannen. Ik heb zelfs een week volledig gerust om de knie te laten herstellen. Het is natuurlijk bijzonder jammer, want ik had heel graag de Flèche Ardennaise gereden.”
“Het zou mijn eerste koers als belofte worden en ik zou echt eens kunnen zien waar ik sta. Anderzijds moet ik moet ook mijn gezond verstand gebruiken. Het heeft geen zin om nu één wedstrijd te rijden en mijn knie daarop te forceren, want dan sta ik misschien voor langere tijd aan de kant als er wél volop koersen zijn. Deze zomer komt er immers ook nog heel wat moois – enfin, daar hopen we toch op – waar ik me kan laten zien. Dit weekend zou het toch enigszins een ongelijke strijd geworden zijn, tegen een aantal renners die wel al hebben kunnen koersen in het buitenland.”
Zilver op BK
De renner van Lotto-Soudal U23 is een van onze betere beloftes, die zich vooral in het klimwerk al laten zien heeft. Zo werd hij vorig seizoen knap vijfde in La Philippe Gilbert, een tweedaagse rittenkoers in de omgeving van La Gleize en La Redoute. In datzelfde ontwrichte seizoen wist de West-Vlaming ook nog twee overwinningen mee te pakken (Outrijve en Heestert) én behaalde hij een zilveren plak op het Belgisch kampioenschap in Koksijde. “Ik ben blij dat ik er vorig jaar toch nog het beste van heb kunnen maken, al was het natuurlijk geen ideaal seizoen. Ik weet dat ik met koersen grotere stappen kan zetten dan met trainingen. Iets als de Vredeskoers, dat me als eerstejaarsjunior veel bijgebracht heeft, heb ik nu dus wel gemist.”
“Maar goed, normaal gezien komt er nog heel wat moois op ons af, ik trek me daaraan op. Koersen als de Baby Giro, Ronde van Aosta en de Tour de Savoie, dat zijn wedstrijden waarin ik mezelf echt wel nog wil ontdekken. Bij de juniores heb ik wel al klimkoersen gereden, maar die bij de beloften zijn toch nog wel een serieus trapje hoger. Wat voor de juniores een echte klimkoers is, is bij de beloften immers een ‘golvend parcours’. Maar laat ons vooral hopen dat we zo snel mogelijk weer kunnen koersen, om het even waar”, sluit de student bio-industriële wetenschappen aan UGent (afdeling Kortrijk) zijn verhaal af.
(RR)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
