Cofidisploegmaats Jelle Wallays en Piet Allegaert zijn klaar voor het voorjaar
Dit weekend gaat het nieuwe wielerseizoen pas echt van start met de Omloop en Kuurne-Brussel-Kuurne. Terwijl Piet Allegaert zich op Franse wegen voorbereidde, vertoefde Jelle Wallays in de Spaanse ploegbubbel. Maar hunkeren naar het Vlaamse openingsweekend doen ze beiden. Zondag starten ze samen in Kuurne-Brussel-Kuurne, dinsdag in Le Samyn.
2020 was voor veel renners een seizoen om snel te vergeten. Zeker voor Jelle Wallays. De 31-jarige Stadenaar zag zijn jaar niet alleen gefnuikt door corona, maar ook door zijn toenmalige ploeg. Hij hunkert er dan ook naar om zich te tonen in zijn nieuwe Cofidistruitje, waar ploeggenoot Piet Allegaert aan zijn tweede seizoen begint. De 26-jarige Rumbekenaar, afkomstig uit Slypskapelle, kende in 2020 een prima seizoen en hoopt nu te bevestigen.
Hoe blikken jullie terug op het door corona geteisterde 2020?
Jelle: “Voor mij was het een seizoen om rap te vergeten. Niet alleen door corona, maar ook door andere omstandigheden (Jelle kreeg te horen dat hij moest vertrekken bij Lotto Soudal en mocht er bijna geen enkele koers meer rijden, red.) . Een frustrerend jaar, maar ik heb het afgesloten en kijk alleen nog vooruit.”
Piet: “Ik mag dan weer niet klagen. In Argentinië kon ik naar een paar mooie resultaten sprinten en vlak voor de lockdown heb ik Parijs-Nice nog kunnen rijden. En ook na de herstart kreeg ik nog een mooi programma van de ploeg. Ik heb toch nog 50 koersdagen gehad. Het was na mijn goede start uiteraard even vloeken toen alles op slot ging, maar het was zeker geen verloren jaar.”
Hoe is de voorbereiding op het nieuwe seizoen verlopen?
Jelle: “Alles is heel goed verlopen. Ik heb alles kunnen doen wat ik wou. Er was de ploegstage in Almeria, waar ik door de vele afgelastingen toch plots aan de start stond van de Clasica de Almeria, en in december vertoefde ik ook al enkele weken in Calpe, waar ik tot afgelopen woensdag nog een tweede tiendaagse stage aan het afwerken was. Ik heb niets aan het toeval overgelaten.”
Piet: “Ik mag zeker ook niet klagen en heb ondertussen al twee Franse rittenkoersen achter de rug. En met etappewinst in Bessèges voor kopman Christophe Laporte konden we met Cofidis niet beter aan het seizoen beginnen. Ik was tevreden over mijn lead-out, mijn rol in kleinere etappekoersen. In Tour de la Provence mocht ik zelf sprinten, maar meer dan een elfde plek zat er niet in. Ik moest telkens van te ver komen.”
Met welke ambitie starten jullie aan het voorjaar?
Jelle: “Na een zware trainingsperiode is het altijd wat afwachten, maar met Kuurne en Le Samyn krijg ik meteen twee mooie koersen die mij moeten liggen. Hoe zwaarder, hoe liever. Ik hoop er uiteraard meteen een goed resultaat neer te zetten, want je moet alle kansen grijpen in deze coronaperiode. Maar het is toch vooral de bedoeling om nog enkele procentjes te groeien met het oog op de rest van het voorjaar. Ik voel alvast heel veel vertrouwen van de ploeg. Ik mocht mijn eigen programma samenstellen, hoor de ploegleiding enorm veel en voor het eerst worden mijn trainingen, samen met broer Arne, van dichtbij opgevolgd door iemand van de ploeg. Ik mag alvast mijn eigen ding doen en ze willen me heel graag mee in de finales, maar het is natuurlijk nog altijd het koersverloop afwachten. Als het een sprint wordt, offer ik mij met plezier op voor.”
Piet: “Met de Omloop, Kuurne en Le Samyn krijg ik meteen drie mooie kansen, die ik ten volle wil grijpen. Mijn rol moet nog besproken worden, maar de ploeg zorgt telkens voor een mooi evenwicht tussen lead-out zijn en mijn eigen kans mogen gaan. Als het in Kuurne een sprint wordt, is het logisch dat we voor Laporte gaan. Le Samyn heb ik nog maar één keer gereden, maar die moet mij wel liggen. Hopelijk kan ik daar een rol spelen in de finale.”
Het is het eerste jaar dat jullie in dezelfde ploeg rijden. Kennen jullie elkaar goed?
Jelle: “Ik weet dat Piet nog bij mijn broer Jens gereden heeft en dat hij lid was van CT Luc Wallays-JRR, maar zelf ken ik hem niet zo goed. Ik ben dan ook wat ouder dan hem. Door de voorbereiding in bubbels hebben we elkaar nog niet gezien, maar we zullen elkaar in de loop van het seizoen nog wel leren kennen.”
Piet: (lacht) “We wonen inderdaad niet ver van elkaar, maar we kennen elkaar niet echt. Samen trainen hebben we dus nog niet gedaan. Maar daar kan straks verandering in komen. Zondag zullen we elkaar in Kuurne voor de eerste keer zien. Misschien kunnen we daar samen wel iets moois forceren?”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier