Bruggeling brengt derde KoersKalender uit: Een jaar vol wielerweetjes

(foto Belga) © DAVID STOCKMAN BELGA
Tom Vandenbussche

Voor het derde jaar op rij brengt Geert Vandenbon zijn KoersKalender uit. Andermaal is het een editie waarin de Bruggeling de wieleranekdotes, cijfers, straffe records, opmerkelijke prestaties, toevalligheden en absurditeiten, quotes, wijsheden, weetjes en wist-je-datjes aaneenrijgt Wij publiceren er alvast tien.


“Ik moeste eigenlijk skarten vo mee te kunnen. Maar ik zag dat d’andere ook al een frakske hadden moeten uitdoen…” (Yves Lampaert is doodeerlijk in het West-Vlaams na zijn zege in Dwars door Vlaanderen 2017)


(foto Belga)
(foto Belga) © JASPER JACOBS BELGA

Morgen is Valerie Demey jarig. Ze was in 2022 een van de drie Belgische rensters bij een World Tour Vrouwenteam. En tevens de oudste. Ze wordt 29 en fietst voor Liv Racing Xstra. Lotte Kopecky is de tweede (bij SD Worx). Zij wordt 28 aan het einde van het jaar. Shari Bossuyt is de derde (bij Canyon/SRAM) en wordt 23.


(foto Getty)
(foto Getty) © Jerome Prevost Corbis/VCG via Getty Images

Parijs-Roubaix in 1994 is voor ons Belgen een van de turbulentste edities ooit. Andrei Tchmil verwierf er zijn status van erfvijand van lieveling Johan Museeuw. De verguisde Moldaviër ontsnapte op 67 kilometer van Roubaix, bleef kilometerslang in het vizier van Johan met een voorsprong van 7 seconden, maar die kreeg hem niet te pakken. Toen zijn appelblauwzeegroene Bianchi-‘vrouwen’-fiets finaal de geest gaf, was het over voor Johan. Tchmil won.

Het dispuut tussen Tchmil en Museeuw kende zijn oorsprong op het WK 1993 in Oslo. Daar had ‘ploegmaat’ Tchmil ervoor geopteerd om zijn eigen kans te wagen, en dus niet in steun van kandidaat-wereldkampioen Museeuw te rijden. Zeer tegen de zin van Johan zelf en diens sportdirecteur Patrick Lefevere. Museeuw werd vierde, Tchmil zesde. Lance Armstrong reed aan het slot solo naar goud.


Het seizoen 2022 was het twintigste voor Patrick Lefevere als big boss van ‘zijn’ QuickStep Team. Tijd voor kranten en magazines om hun licht te laten schijnen op het reilen en zeilen binnen de ploeg. Ook Museum Koers in Roeselare trok er de tijd en ruimte voor uit, met een unieke tentoonstelling in 20 etappes. Het is inderdaad niet niets: (tot eind 2021) meer dan 860 UCI-zeges, waarvan 108 in grote ronden, 20 monumenten, 64 nationale titels, 16 regenboogtruien en één keer olympisch goud op de weg.


(foto VDB)
(foto VDB) © VDB / Bart Vandenbroucke VDB

Op 22 april 2022 bokste ex-profrenner Zico Waeytens zijn eerste officiële bokskamp. Na twee coronajaren werd het geduld van Zico beloond. Waeytens kende een beloftevolle start van zijn carrière bij Topsport Vlaanderen, maar hij bleef zijn ambities vruchteloos najagen, ondanks zijn sterke gestel en karakter. Hij behaalde één zege als profrenner: de vierde rit in de Ronde van België 2016. In 2019 hing hij de koersfiets aan de wilgen en koos hij voor een paar handschoenen om zijn energie te botvieren. Hij won zijn eerste kamp.


“’k Ga et ne keer zeggen…” (Zo begon Roger Decock steevast zijn wielerverhalen en anekdotes die hij zelf had beleefd in de jaren 1950)

(foto Belga)
(foto Belga) © KURT DESPLENTER BELGA

Vandaag staan we graag stil bij Roger Decock. Hij stierf drie jaar geleden en werd 93. We kennen hem natuurlijk als winnaar van de Ronde van Vlaanderen 1952 én als heerlijk sappige verteller. Roger kon ook één belangrijke rittenwedstrijd naar zijn hand zetten. Hij won Parijs-Nice in 1951. Als amateur won hij twee ritten in de Ronde van Zweden 1947 en als prof de elfde rit in de Ronde van Marokko 1953. En dat waren pas avonturen!


Om een prominente rol te mogen spelen ter gelegenheid van het WK in Vlaanderen in 2021, stelde de stad Knokke-Heist de ronde som van 230.000 euro beschikbaar voor de organisatie. In ruil fungeerde de mondaine badstad als startplaats van de tijdritwedstrijden. Een flink pak centen toch.


“Hoe krijg ik dit in godsnaam de grens over?” (Dat zinnetje spookt door het hoofd van Marcel Kint als hij na het WK 1938, waar hij de regenboogtrui veroverde, in het Italiaanse Lucca een goed betaald criterium rijdt. Een pak lires vormden zijn deel, betaald in briefjes van 10 lire. Een valies vol zeg maar. Daarop demonteerde Kint zijn fiets en propte hij de buizen vol met met briefjes. Toen hij thuis kwam, demonteerde hij zijn vehikel nog voor hij zijn vrouw kuste. Die keek vreemd op, tot haar echtgenoot met genoegen de briefjes tevoorschijn toverde.)


Het Regenboogstadion in Waregem heet vandaag de Elindus Arena. Jammer, niet? De initiële naam is verbonden aan het WK wielrennen 1957. Het complex werd toen gebouwd en de looppiste rond het voetbalveld was een wielerbaan. De WK-afstand bedroeg 286,6 kilometer. Vooral aan de laatste honderden meter kleeft een bijzonder verhaal. De aankomst was voorzien op de piste, maar de UCI eiste een laatste rechte lijn van 250 meter. Dus bouwde de firma Danilith – toen al – een brede brug van zo’n 200 meter over de vijver naast het stadion. Die sloot naadloos aan op de piste.


“Nooit, bij menschen geheugen, was een koers lastiger en gruwelijker; nooit wrocht hij moorddadiger op het gemoed en de lichaamlijke gesteltenis van een rijder.” (Karel Van Wijnendaele over de Omloop van de Slagvelden 1919 in Het Rijke Vlaamsche Wielerleven)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier