Knack Roeselare leeft toe naar dubbel treffen met Italiaanse Modena in de CEV-cup: “De impact van deze finale overstijgt echt alles”

Knack Roeselare pakte zopas al de Beker van België, kunnen ze er straks nog een Europese beker aan toevoegen? © VDB
Wouter Vander Stricht

Knack Roeselare haalde de finale van de Europese CEV Cup, een ongeziene stunt gezien ze daarvoor misschien wel de meest getalenteerde ploeg van de wereld moesten uitschakelen. Bij Knack kijkt men uiteraard al uit naar dit dubbele treffen op woensdagen 29 maart (uit) en 5 april (thuis).

Dirk Specenier, algemeen directeur bij Knack Roeselare, is al negen jaar aan boord bij de Belgische én Europese topclub. “Ik heb al veel mooie dingen beleefd, maar de impact die deze finale heeft, heb ik echt onderschat. Het overstijgt gewoon alles. Als je op een uur tijd je zaal uitverkocht krijgt, dan zegt dat genoeg. We zullen het maximum uit onze zaal halen en 2.400 mensen kunnen ontvangen.”

“We verdienden Europees al 105.000 euro, bij winst van de CEV Cup komt daar nog 20.000 euro bij. Maar in Europa spelen kost ook veel geld”

Knack Roeselare heeft ook het geluk dat het de terugwedstrijd thuis mag afwerken. “In de kwart- en halve finale was het omgekeerd, maar het was op voorhand zo geloot dat als we die finale bereikten, we ook de tweede match thuis mochten spelen. Dat is natuurlijk ook sportief een troef. Mochten we ginds met 3-0 of 3-1 verliezen, dan kunnen we dat thuis nog altijd rechtzetten. Tot nu toe wonnen we in de CEV Cup al onze thuiswedstrijden met 3-0. Maar ook voor de fans moet dit top zijn. Mochten we winnen, dan kunnen we met iedereen de zege in Roeselare vieren.”

Voet naast de toplanden

21 jaar geleden won Knack Roeselare de Top Teams Cup, vergelijkbaar met de CEV. De CEV Cup is na de Champions League het tweede tornooi, zoals de Europa League in het voetbal. Er is ook nog een derde competitie, de Challenge Cup. “Wat de ploeg dik twee decennia geleden presteerde was fantastisch. Maar ik schat deze finale van nu nog hoger in. Ook al omdat al die Italiaanse teams daarin meedoen, dat was vroeger niet het geval. Van de acht halvefinalisten in de Champions League en de CEV Cup komen er drie uit Italië, drie uit Polen, eentje uit Turkije en dan heb je ook nog ons. Om maar eens te illustreren dat we onze voet zetten naast die toplanden.”

Het halen van die finale door Piacenza te verslaan was al een stunt van formaat. “Thuis wonnen we met 3-0, ik denk dat ze ons toen wat onderschat hebben. In de terugwedstrijd moesten wij de wedstrijd zelf wat ondergaan. Maar in de golden set sloegen zij aan het twijfelen. Individueel is Piacenza zowat de sterkste ploeg die je kunt samenstellen. Noem het gerust het PSG van het volleybal. Ze halen al die toppers, maar het Europese succes blijft uit. Ze wonnen recent wel de beker door andere Italiaanse toppers te verslaan.”

Algemeen directeur Dirk Specenier ziet heil in een BeNeLiga.
Algemeen directeur Dirk Specenier ziet heil in een BeNeLiga. © VDB / Bart Vandenbroucke VDB

Het onderstreept nog maar eens welke prestatie het team van Steven Vanmedegael neerzette. “We eindigden als derde in onze poule van de Champions League, net niet genoeg om alsnog bij de beste derdes door te stoten. Maar zoals het nu loopt in de CEV Cup moeten we daar misschien niet rouwig om zijn. Vergeet niet dat wij werken met een budget van 2,5 miljoen euro, dat van de Europese toppers ligt tien keer zo hoog. Europees verdien je ook geld, maar dat valt niet te vergelijken met het voetbal. Voor onze CL-wedstrijden kregen we 45.000 euro: drie keer 10.000 euro voor winst, drie keer 5.000 voor verlies. De finale halen van de CEV Cup levert 60.000 euro op, als we winnen nog eens 20.000 euro extra. Maar daarvan moet je ook alle kosten betalen, in Europa spelen kost ook veel geld. En een vliegreis kost evenveel voor ons als voor de collega-voetballers. Al zijn wij wel met een kleinere equipe. Ook wij ondervinden aan den lijve dat alles duurder is geworden. Snel even je budget verhogen met tien procent is niet evident. Daarom dat wij overal wat moeten besparen en goed op de centen letten. Zo zoeken we vaak naar de goedkoopste oplossing.”

Finaletickets aan een prijsje

Knack Roeselare blijft het ook doen met jongens uit eigen streek aangevuld met goede buitenlanders. “Tegen Piacenza stonden we op een gegeven moment met vijf Belgen op het terrein, waarvan vier West-Vlamingen. Ik heb al voorgesteld aan de bondscoach om eigenlijk gewoon met ons Roeselaars op elkaar ingespeelde team te spelen”, lacht de algemeen directeur. Naar volgend seizoen toe is men ondertussen al bezig met het huiswerk. “We hopen veel spelers aan boord te houden, maar er zullen allicht een viertal vertrekkers zijn. Ik ga daar geen namen op kleven, maar het gaat om jongens die ofwel te weinig spelen ofwel zich in de kijker speelden.”

Dirk Specenier is ook verheugd voor de trouwe sponsors dat ze wat extra in de picture komen, gezien de persbelangstelling nu ook groter is. Ook voor de fans is dit natuurlijk een opsteker. “We hebben de ticketprijs bewust op 30 euro gehouden. Mochten we het dubbele gevraagd hebben, dan was onze zaal zeker ook uitverkocht. Maar we moeten ook rekening houden met onze socio’s die trouw op post zijn en jaarlijks hun abonnement ophoesten.”

“Op termijn moeten we evolueren naar een BeNeLiga”

12 profploegen in België lijkt een utopie, samen met Nederland bekijkt men ondertussen al de oprichting van een BeNeLiga. Op het hoogste niveau in België spelen op dit moment negen teams, waarvan zeven uit Vlaanderen. “Als Belgische competitie moeten we in staat zijn om goede buitenlanders aan te trekken om samen met onze eigen jongens Europees een woordje te kunnen meespreken. Maar daarvoor moet je ook een competitief kampioenschap kunnen aanbieden. Dat wordt in België alleen alsmaar moeilijker. Daarom kijken we over de grens naar Nederland. Het niveau van de ploegen ligt er lager dan hier, maar je hebt er prachtige accommodaties en een echte sportcultuur. Door een BeNeLiga te vormen, zou het niveau ook daar opgekrikt kunnen worden.”

Geen transfersommen

Dirk Specenier beseft dat de Belgische competitie een doorgangskampioenschap is. “Die buitenlanders die bij ons komen dromen allemaal van Italië. Maar hier bij ons krijgen ze ook een platform om zich Europees in de kijker te spelen.”

Roeselare is dus vaak een kweekvijver voor de absolute topcompetities. “Maar in het volleybal bestaan geen transfersommen, anders hadden we ons al rijk geboerd”, lacht de bankdirecteur. Met Mathijs Desmet vond nu ook een eigen Roeselaars jeugdproduct de weg naar het Italiaanse Padova. “Hij is daar goed gestart, maar kende dan als jonge speler een kleine terugval. Maar Mathijs zal het daar wel maken. En mocht hij zin hebben om terug te keren, mag hij altijd bellen.” (WVS)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier