Willy Desmit bleef zijn ploeg 25 jaar trouw: “Goethals noemde mij de kuitenbijter van ASO”

Willy Desmit anno 2023. © FRO
Fons Roets
Fons Roets Medewerker KW

Willy ‘Smitje’ Desmit (77) is een ASO-speler in hart en ziel. De kwieke rechtsback speelde 25 jaar bij ASO, dertien seizoenen in de eerste ploeg, liefst 315 matchen in eerste klasse.

Willy Desmit werd geboren op 9 februari 1946 in Oostende, als jongste zoon van Albert Desmit en Ghislaine Peire, eigenaars van een kustvaarder. Broers Lucien en Norbert waren actief in de visserij. Willy groeide op in het visserskwartier, in de Cirkelstraat, dicht bij de ‘Oede Miene’. Hij ging tot en met het achtste leerjaar naar de Albertschool. Hij wilde onderwijzer worden, maar ondervond dat de normaalschool van Blankenberge te hoog gegrepen was. Hij zakte af naar het de visserijschool en werd scheepswerktuigkundige. In 1968 slaagde hij voor het ingangsexamen bij de politie en in 1969 ging hij in dienst, eerst tien jaar bij interventie, dan negen jaar administratie en van 1995 tot 2004 functioneerde hij tot aan zijn pensioen als wijkinspecteur op de Vuurtorenwijk. Hij heeft gevoetbald bij ASO tot in 1978. Hij was bijna 35 toen hij de voetbalschoenen aan de haak hing. Willy trouwde in 1972 met Arlette Debaene, heeft een zoon Johan (48) en een sportieve kleindochter Phebe (19). Willy en Arlette wonen al sinds 1972 in Bredene.

Straatvoetballer

Willy Desmit was van kleins af aan straatvoetballer op het oude Mijnplein. “Als er geen basket was, speelden wij van ’s morgens tot ’s avonds voetbal op het plein. Ik weet niet hoe en waarom ik voor ASO gekozen heb, want ik moest te voet van het centrum tot aan het Albertpark stappen, om op woensdagnamiddag te trainen. Pas toen ik elf was, mocht ik mijn eerste wedstrijd spelen bij de miniemen, op het tweede plein van het Albertpark. Ik doorliep de jeugdrangen en bij de cadetten speelde ik nog op het middenveld, maar bij de provinciale scholieren kreeg ik mijn kans als rechtsback. We speelden kampioen bij de scholieren en de juniores. Als junior ben ik in het seizoen 65-66 in de eerste ploeg beland. ASO verloor thuis met 1-4 van Herentals en in die match werd rechtsback Hugo Deprez geblesseerd. Een week later moesten we voor de beker naar Herentals en ik moest hem vervangen op aanraden van trainer Bill Gormley. We wonnen die match met 1-4. Ik kreeg felicitaties en een tweede selectie. Ik belandde niet meer uit de eerste ploeg.”

“Vroeger was er teamspirit en ambiance, nu draait alles rond geld”

“Met jongens uit eigen stad en streek speelden we in tweede en eerste klasse. In 68-69 pakten we de titel in tweede en stegen naar eerste. We speelden kampioen met tien Oostendenaars, een fantastisch team met een formidabele trainer. Oostende stond op zijn kop. We werden in open koetsen door de stad gevoerd. Overal, in cafés en winkels, waren we eregasten. Het feest duurde echter niet lang. We waren onvoldoende versterkt om tegen die grote ploegen te spelen. We telden maar 15 punten en zijn onmiddellijk gezakt en doorgezakt”, klinkt het.

Trouwverbod

“Mijn doorbraak in de eerste ploeg heb ik te danken aan Bill Gormley en Lucien Masyn was een toffe trainer, een sfeermaker, ideaal voor de groepssfeer. Höfling bracht heel wat nieuwe spelers mee en met die mannen zijn we weer van derde, naar tweede en eerste gestegen. Het ging er serieuzer aan toe. Als hij sprak, was het muisstil. Ik mocht van hem niet trouwen tijdens het seizoen en moest heksentoeren, avond- en nachtwerk, uithalen om mijn job bij de politie te blijven combineren met het voetbal. De combinatie, avond- en nachtwerk, veel wisselen én vier keer trainen, werd moeilijk in 75-76, en daardoor begon ik ook last te krijgen van knieblessures en gebrek aan recuperatie. Na 315 matchen in eerste klasse heb ik er een punt achter gezet.”

Interesse van Club

Willy Desmit is altijd sportman in hart en nieren gebleven. Hij koestert de mooie herinneringen aan zijn loopbaan.

“De mooie derby’s tegen VGO met mijn jeugdvrienden blijven onvergetelijk. Ik denk vooral ook aan de bijnaam van ‘kuitenbijter’ die ik van wijlen Raymond Goethals kreeg na een sterke, maar verloren wedstrijd tegen Anderlecht. Toen we, in 66-67, van tweede naar eerste promoveerden, kreeg ik van de journalisten de trofee Oscar Byrrh, als beste speler van het seizoen in tweede klasse. Als scholier heb ik een beenbreuk opgelopen en als senior scheurde ik mijn gewichtsbanden. In seizoen 66-67 deed ik mijn legerdienst bij de luchtmacht en ik werd opgeroepen voor de nationale ploeg. We speelden meerdere tornooien in het buitenland, onder meer in Engeland, Frankrijk en Marokko. Dat waren mooie tijden, met vluchten in een zware DC-130. Ik heb ooit, in 67-68, ook een telefoon gekregen van Club Brugge, van Michel Vanhove, met de vraag of ik wilde meegaan op stage met Club. Ik was nog jong en naïef en heb dat gemeld aan het bestuur, secretaris Roger Vandenbroucke, en het antwoord was negatief! Misschien was dat de gemiste kans van mijn leven!”

ASO Memories

Op vraag van oud-voorzitter René Menu en omdat hij superfan van ASO gebleven is, werd Willy Desmit ook lid van het comité dat de ASO-Memories organiseert. Op zaterdag 29 april is het de 8ste editie. “Ik ben altijd sportief bezig gebleven en koesterde de ambitie om jeugdtrainer te worden. Het is er nooit van gekomen door mijn job bij de politie. Misschien zou ik te veeleisend geweest zijn… Nu heb ik wel een nieuwe heup en een nieuwe rechterknie. Fysiek ben ik versleten, maar ik volg de sport op de voet. Ik volg KVO en zou het erg jammer vinden als ze zouden degraderen. ASO draag ik in mijn hart en ik ben fier dat ik mag deel uitmaken van het ASO-comité, samen met oud-ploegmaten Paul Vranken en Roger Dejonghe, voor de organisatie van de ASO-Memories. De fusie viel me zwaar. Vroeger was er teamspirit en ambiance. Nu draait alles rond geld en nog eens geld. Als oud-voetballer besef ik dat meer dan ooit, maar ik kan nog altijd genieten van een goeie pot voetbal!”

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier