Over twee weken opent KV Oostende het seizoen in tweede klasse met een duel tegen Lommel, de club waarmee coach Stijn Vreven vicekampioen werd in 2015. De contouren van diens sportief plannetje krijgen alsmaar meer vorm. Hoe laat hij de jonge spelersgroep helemaal anders spelen in vergelijking met vorig seizoen?
Eerste vaststelling: deze ploeg wil spelen op balbezit, niet op balverlies. “We maken een bocht van 180 graden: we gaan van reactief naar actief voetbal, we willen de bal hebben en dominant zijn, de spelers de ruimtes laten bespelen waar ze vorig jaar niet mochten komen”, zegt Stijn Vreven. “De waarheid ligt op het trainingsveld met heel veel oefenstof, presentaties en analyses. Ook nieuw voor mij is dat we de trainingen op beeld vastleggen met drones. Zo zie je nog beter de interactie tussen de spelers.”
Klootzakjes
Ook op vlak van mentaliteit is er een kentering merkbaar. “We willen een gezonde dosis agressie overbrengen. Dat is niet zo simpel, want in onze ploeg zitten eigen geen ‘klootzakjes’. (lacht) Ik denk dat ik de enige ben. Als goed en dominant voetbal niet mogelijk zijn, bijvoorbeeld omwille van de tegenstander, dan komt het op passie en gretigheid aan. Op training maken we alles competitief: winnen is logisch, verliezen een teleurstelling. Wie verliest, moet extra lopen of sprinten, bijvoorbeeld. Ik geloof ook niet in lange trainingssessies van drie uur, maar wel in een intensieve twee uur.”
4-3-3
Vreven hanteerde in de oefenmatchen steeds een 4-3-3-formatie met linksachter Cedrick Van Daele als linksvoor en Alessandro Albanese in de punt op het middenveld. “Cedrick legde bij Jong AA Gent fraaie statistieken voor (11 goals, 12 assists) en kan die rol op de flank invullen. Na het vertrek van Tatsuhiro Sakamoto en Nick Bätzner moest ik ook een nieuwe ‘10’ vinden. Albanese heeft dat profiel en doet het naar behoren.”
En wat op het middenveld? Afwachten wat de transferperiode brengt. “De ideale controlerende middenvelder? Ik zoek geen grote jongen van 110 kilo en 2 meter die kan beuken en koppen. Ik wil een dynamische middenvelder met loopvermogen, die verticaal kan spelen, bijsluiten en omschakelen. Als coach bij NAC Breda zette ik mijn beste voetballer (Manu Garcia, Spaans international, red.) een rijtje achteruit. Want de ‘10’ is eigenlijk een ‘6’ geworden.” Dat jongens als Thierry Ambrose, Maxime D’Arpino, Matej Rodin en David Atanga nog geen oefenmatchen speelden, is volgens Vreven geen teken aan de wand. “De een sloot pas later bij de groep aan, de ander kampte met blessures. Uit gesprekken leid ik af dat de spelers zin hebben om voor KVO uit te komen. Maar transfers horen bij het voetbal. Ik werk met iedereen even enthousiast.”
Oostends geluk
Intussen heeft Vreven het ook op persoonlijk vlak naar zijn zin. “Ik woon dichtbij het strand en Kursaal. Oostende is een leuke stad, de zeelucht doet deugd. Ook belangrijk is goed kunnen werken. Het oefencomplex is fantastisch en je vindt me hier van 7.30 uur tot 19.30 uur. Mijn ‘Ostêns’? (lacht) Ik begrijp de context, da’s toch al veel, hé. Maar ik denk dat mensen extra hun best doen om tegen mij mooier Nederlands te praten”, vertelt de geboren Diepenbekenaar. “En ik word er elke keer aan herinnerd dat ik blij mag zijn niet van Brugge te komen. Limburgers krijgen hier meer het voordeel van de twijfel.”
Jonas Vinck: na één oefenmatch al een aanwinst?
Met de 27-jarige rechtsback Jonas Vinck lijkt KVO een echte krijger te hebben vastgelegd, zo bewees hij tegen Union.
Lokaal talent Siebe Wylin (20) liet al aardige dingen zien, maar is nog iets te ‘groen’. Enter Jonas Vinck. Na passages als basisspeler bij Hamme, Lierse, Deinze en opnieuw Lierse belandde hij bij het failliete Roeselare. Als vrije speler vond Vinck onderdak bij Virton, waar hij als kapitein goed was voor 45 matchen. “Bij KVO is het een fijn weerzien met Vincent Koziello en Alessandro Albanese, vorig seizoen uitgeleend aan Virton”, aldus Vinck, die bij KVO terechtkomt via dezelfde makelaar als Arthur Theate. “Ik wil hier gewoonweg een goed seizoen neerzetten. Ik schat de kern hoog in: veel kwaliteit en een zeer goede trainer (Stijn Vreven, red.) die de nodige agressie in de ploeg krijgt.”
“Opvallend: ook al ben ik pas 27 jaar, toch ben ik – met drie dagen voorsprong op Koziello – de oudste speler. Over m’n eerste oefenmatch ben ik best tevreden. Het was m’n eerste pot in twee maanden tegen toch een stevige tegenstander. Maar het kan altijd nóg beter.” Sportief directeur Nils Vanneste onderstreept z’n leiderschapskwaliteiten. “Hij kan mee een aanjager worden. Zijn carrière werd afgeremd door een meniscusblessure en clubfaillissement, maar hij heeft minstens in 1B zijn plek. Zulke gemotiveerde spelers hebben we nodig.” (TVA)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier