Maxime D’Arpino staat dicht bij comeback bij KV Oostende: “Er waren momenten waarop ik wou opgeven”

Maxime D’Arpino: “Mentaal ben ik door dit alles ook sterker geworden. Het was de grootste, zwaarste en langste uitdaging die ik als voetballer moest overwinnen, maar het is me toch maar mooi gelukt.” © PETER MAENHOUDT
Tjorven Messiaen
Tjorven Messiaen Reporter

Acht maanden na een zware kruisbandblessure staat Maxime D’Arpino (26) bij KV Oostende op de rand van de terugkeer. Een emotioneel geladen gesprek over enkele woelige maanden. “Zo’n revalidatie is een dagelijkse strijd met jezelf.”

Zijn ploegmaats speelden woensdagnamiddag nog een oefenmatch tegen het Franse Lille, maar die liet Maxime D’Arpino veiligheidshalve aan zich voorbij gaan. De sterkhouder op het Oostendse middenveld wil niets overhaasten en al zeker niet in een oefenpot. Hij werkte woensdagvoormiddag in een klein groepje verder aan zijn terugkeer. Met de glimlach, want de Fransman is al lang blij dat hij weer op het trainingsveld staat. “Ik heb er lang genoeg op moeten wachten”, klinkt het als we hem na de training spreken.

Hoeveel deugd doet het dat je er opnieuw tussen loopt?

“Enorm veel deugd! We zijn ondertussen zeven maanden na mijn operatie en dit was waar ik in die periode elke dag naar uitgekeken heb: weer op het veld staan.”

Hoever sta je nu concreet in je revalidatieproces?

“Zoals je ziet kan ik opnieuw trainen. Maar om een match te spelen, is het nog wat vroeg. Logisch, na zeven maanden afwezigheid. Dan vind je niet zomaar in twee weken je ritme terug. Ik ga me nu ook helemaal niet gaan opjagen. Ik heb mezelf wel een doel gesteld wanneer ik weer matchen wil spelen, maar uiteindelijk ben ik ook afhankelijk van hoe mijn knie en mijn lichaam op alles zullen reageren. Ik denk dat de bekermatch en de competitiewedstrijd tegen Union misschien nog te vroeg zullen komen, waardoor ik eerder mik op januari. Maar nog eens: ik ga me niet opjagen, want dat is het risico niet waard. Ik sta nu zo dicht bij mijn doel, het zou zonde zijn om dat allemaal in de vuilnisbak te kieperen door te vroeg te herbeginnen. Natuurlijk ben ik ongeduldig en wil ik graag zo snel mogelijk weer spelen, maar mijn gezondheid gaat voor.”

Laat ons eens terugkeren naar die vermaledijde match. Wat herinner je je nog van die partij tegen Seraing?

“Dat het een belangrijke wedstrijd was in de strijd om het behoud en dat ik voor de match door de supporters verkozen werd tot speler van het jaar. Ik had voor de aftrap nog een trofee gekregen van de fans. Twintig minuten later liep het echter helemaal mis. Zonder contact voelde ik plots mijn knie wegschieten en op het moment dat ik val, hoorde ik het twee keer kraken. Ook ploegmaats die in de buurt stonden, hadden het gekraak gehoord. Ik dacht meteen: Als dit een blessure is, zal het alleszins geen kleintje zijn. Dat is ook gebleken.”

Je had dus meteen door dat het serieus was.

“Inderdaad. Ik hoopte aanvankelijk nog op het beste, maar eens in de kleedkamer maakte de kinesist me al vrij snel duidelijk dat die hoop ijdel was. Wat een dag later ook bevestigd werd na de MRI. Het spijt me, maar alles is kapot, zei de dokter met een ietwat vreemd Frans accent. Ik was er zelf ook kapot van, want ik wist dat ik voor een hele lange revalidatie stond.”

(lees verder onder foto)

D'Arpino moest tegen Seraing vroeg naar de kant. Het verdict was erg zwaar: “Ik hoorde iets kraken en wist meteen dat het serieus was.”
D’Arpino moest tegen Seraing vroeg naar de kant. Het verdict was erg zwaar: “Ik hoorde iets kraken en wist meteen dat het serieus was.” © BELGA

Wat denk je op zo’n moment?

“Ik dacht aan de rest van het seizoen, aan de doelen die ik me gesteld had en aan mijn toekomst. Ik had er een goed tweede seizoen opzitten bij KVO en het moment was misschien wel gekomen om een stap hogerop te zetten. Daar waren ook al afspraken gemaakt met de club, maar door die blessure viel eigenlijk alles in het water.”

KVO liet je wel niet vallen. Meer nog: ze verlengden zelfs je contract.

“Dat klopt en daar ben ik de club heel dankbaar voor. Kort nadat ik me geblesseerd had, heeft de voorzitter me verzekerd dat de club achter me zou blijven staan en dat ik alle tijd zou krijgen om te revalideren. Kort nadien heeft de club mij dan ook een contractverlenging aangeboden. De club heeft dus zijn woord gehouden en dat ondanks het feit dat ze wisten dat ik anders in de zomer normaliter was vertrokken.”

Nu is er eindelijk weer licht aan het einde van de tunnel. Hoe kijk je terug op je revalidatie?

“Ik kijk er liever niet meer op terug. (lacht) Het was een periode met veel ups en downs. Ik moest opnieuw van nul starten. Het was dan ook een erg lastige periode, want zo’n revalidatie is een dagelijkse strijd met jezelf. Gelukkig werd in die periode mijn dochtertje geboren. Dat maakte het allemaal toch net iets dragelijker, want voor het overige was het de hel. Er waren momenten waarop ik echt zin had om het op te geven en ermee te stoppen…” (krijgt het een eerste keer moeilijk, maar herpakt zich snel)

Maar uiteindelijk moet je er gewoon door. Ook al was dat enorm lastig. Er waren dagen dat ik op de club was en ik helemaal alleen in de fitness zat terwijl mijn ploegmaats, mijn vrienden, op het trainingsveld stonden. Sommige dagen kan je dat plaatsen, maar andere dagen doet dat enorm veel pijn. Het is ook daarom dat ik op een bepaald moment aan de club gevraagd heb of ik mocht revalideren in de buurt van Lyon, dichter bij mijn familie. Ik ben daar toen een tweetal maanden gebleven. Die periode in mijn familiale cocon heeft me deugd gedaan, want ik had het op dat moment niet gemakkelijk.”

“Voor mijn vrouw was dit een even moeilijke periode als voor mezelf”

“Later in mijn revalidatieproces heb ik dan ook nog twee stages gedaan in Clairfontaine. Daar verbleef ik in een revalidatiecentrum gespecialiseerd in dit soort blessures. Je wordt er ’s morgens wakker, je doet je training, je eet, je doet een dutje en je gaat opnieuw trainen. En dat vijf weken lang. In het weekend ging ik soms wel eens naar huis, maar het voelde ginds toch ook soms als een eindeloze periode.”

Is zo’n revalidatieproces mentaal moeilijker dan fysiek?

“Ja, zeker en vast. Eerlijk gezegd heb ik op de eerste week na mijn operatie na, nooit echt pijn gehad aan mijn knie. Na tien dagen kon ik al fietsen en na drie maanden kon ik ook al lopen. Op dat vlak ging alles dus goed. Het was vooral moeilijk om telkens weer met die blessure geconfronteerd te worden. Tegen wie je ook praat, telkens gaat het gesprek uiteindelijk over je blessure. Als je thuiskomt gaat het over de knie, als je een vriend tegenkomt gaat het over de knie. Mensen beginnen er automatisch over te spreken. Net daarom heb ik op een bepaald moment ook gevraagd aan de club of ik even op vakantie mocht. Ik moest er gewoonweg even uit, want mijn hoofd stond op ontploffen. Ik moest even de batterijen opnieuw opladen en dat heeft me uiteindelijk ook heel veel deugd gedaan.”

Het is een cliché, maar ‘what doesn’t kill you, makes you stronger’. Akkoord?

“Dat denk ik wel. Velen zeggen dat je na een blessure niet meer dezelfde bent, maar ik ken mijn manier van spelen en het niveau dat ik kan halen. Dat zal na mijn blessure niet anders zijn. Mentaal ben ik door dit alles ook sterker geworden. Het was de grootste, zwaarste en langste uitdaging die ik als voetballer moest overwinnen, maar het is me toch maar mooi gelukt.”

De zwaarste periode uit je carrière liep wel zowat gelijktijdig met, ik vermoed, een van de mooiste gebeurtenissen in je leven.

“Absoluut. In dat opzicht was mijn blessure misschien wel een geluk bij een ongeluk, want die blessure heeft me wel toegelaten om de geboorte van mijn dochtertje, inderdaad het mooiste moment van mijn leven, ten volle te beleven. Mijn dochtertje en mijn vriendin hebben me in die hele periode ook enorm veel kracht gegeven.”

Hoe gaat het nu met hen? Ze zullen ook wel blij zijn dat je weer op het veld staat.

“Met mijn vriendin gaat het heel goed. Ze is zeker blij, want ook voor haar was het een erg moeilijke periode. Minstens even moeilijk als voor mij. Ze heeft het samen met me doorgemaakt en heeft me altijd voor honderd procent gesteund. Als ik weg was, stond ze er ook altijd alleen voor, dus voor haar was het allesbehalve evident. En met mijn dochtertje gaat ook alles heel goed… (een duidelijk geëmotioneerde D’Arpino krijgt het opnieuw even moeilijk)Désolé, maar het is lastig om erover te praten.”

Wat zijn je doelen nog voor dit seizoen?

“Dat zijn vooral collectieve doelen: met KVO zo snel mogelijk het behoud veiligstellen. Dat is het allerbelangrijkste. We hebben het uiteindelijk nog stevig in eigen handen en ik ben er ook van overtuigd dat we het uiteindelijk tot een goed einde zullen brengen.”

Als alles goed gaat, zien we D'Arpino heel binnenkort terug op het veld.
Als alles goed gaat, zien we D’Arpino heel binnenkort terug op het veld. © BELGA