Voor Thijs Meirlevede volgt volgend weekend het langverwachte debuut in de Ypres Rally. Als VAS-revelatie van 2023 moet de 27-jarige Lokernaar er zijn Ford Fiesta R2T ongetwijfeld in de kijker kunnen rijden.
Thijs Meirlevede kende tot dusver nog maar weinig geluk dit seizoen. “Het is inderdaad een beetje een jaar van tegenslagen”, zegt de Lokerse garagehouder. “In de Short Rally van Moorslede ging de motor kapot. In de Rally van de Monteberg ging dan weer een cardan stuk bij de start van de eerste proef. We verloren anderhalve minuut, maar konden ons daarna toch nog wat meten met Lander Depotter en Stijn Sonneville.”
In de Sezoensrally volgde een intermezzo in de Renault Clio Trophy. “Ik wou daar al lang eens rijden om wat ervaring op te doen op onverhard parcours en me tegelijk eens meten met vergelijkbaar materiaal. De tijden zaten goed maar jammer genoeg verloren we veel tijd met een gebroken velg.”
Ford Fiesta R2T
Voor de Ypres Rally grijpt Meirlevede terug naar zijn vertrouwde Ford Fiesta R2T. “We gaan al jaren naar Ieper kijken, dus deze rally rijden is een droom die we eindelijk waarmaken. We gaan er eigenlijk zonder echte ambitie naartoe en willen ons vooral amuseren. Onze wagen schiet ook iets tekort tegenover de snelste voorwielaangedreven wagens. In de Rally van de Monteberg konden we gelijke tred houden op de meer technische proeven zoals Busseboom, maar op de snelle proeven tellen de pk’s en daar is er toch een serieus verschil. Het streekvoordeel en het uitstekende chassis van de Fiesta spelen dan weer in ons voordeel.”
Echtgenote is copilote
Meirlevede, die bijgestaan wordt door echtgenote Lucy Norman als copilote, hoopt vooral op een leuke onderlinge vriendenstrijd tot het einde. “Met Damon Noyelle en Manuel Merlevede staan ook enkele goeie vrienden aan de start, dus het zou wel leuk zijn om ons wat te kunnen meten. Vooral foutloos rijden en gespaard blijven van technische tegenslagen zouden ons al heel tevreden maken. Zaterdagavond over het podium kunnen rijden in Ieper, dat is het allermooiste denk ik”, besluit Thijs Meirlevede. (JDH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
