Sandrine Tas: “Nog veel werk om op Spelen te geraken”
Sandrine Tas neemt momenteel in Heerenveen deel aan het WK snelschaatsen. Voor de 25-jarige Oostendse, die in het verleden al ruimschoots haar strepen verdiende in het skeeleren, is het haar eerste regenboogstrijd op het ijs. “Ik wil naar de Olympische Winterspelen in Peking”, aldus Tas, die aantreedt op de 500 meter en de massastart. Voor de 1.500 meter is ze reserve.
1. Door corona is het een wel heel uitzonderlijk schaatsseizoen geworden: alle competities werden in vijf weken afgewerkt en de atleten verbleven al die tijd in afzondering. Hoe was het leven in die schaatsbubbel?
“Dat viel wel mee, hoor. Vijf weken op hotel is natuurlijk lang en echt spannend is het niet, maar zoveel verschil met normale competitiemomenten merk je niet. De dagen bestaan vooral uit trainen en rusten. En het is ook niet zo dat we op onze kamer opgesloten zitten. We mogen buiten om te wandelen of te fietsen. We moeten enkel vermijden dat we in contact komen met iemand van buiten de bubbel. Bovendien verblijven we in een Van der Valk-hotel, dus klagen mogen we niet doen. Lekker eten, mooie en ruime kamers… Het internet is niet super, maar wel goed genoeg om te Netflixen. Ik kan me dus wel bezig houden.”
2. En zondagavond zit het seizoen er alweer op. Ben je zelf wat tevreden met je prestaties?
“Eigenlijk wel. Op elke afstand waaraan ik kon meedoen, heb ik mijn persoonlijk record gebroken. Voor mij was dat heel belangrijk, want het toont aan dat ik een mooie vooruitgang heb geboekt. Het is ook nog maar mijn eerste échte schaatsseizoen. Het eerste seizoen reed ik geen wedstrijden en heb ik maar een viertal weken geschaatst. En vorige winter raakte ik een week voor mijn eerste wedstrijd geblesseerd en stond ik acht weken niet op het ijs. En nu verstoort corona de hele kalender. Mijn schaatscarrière is tot nu toe nog niet zo vlot verlopen.” (lacht)
3. En toch blijf je er voor gaan? Want in het skeeleren ben je een absolute wereldtopper, waarom maak je dan de overstap naar het ijs?
“Vooral vanwege de Olympische Spelen. Die wil je toch eens meemaken als profsporter en skeeleren is jammer genoeg geen olympische sport. Al is de overstap allesbehalve gemakkelijk. Die sporten gelijken misschien goed op elkaar, maar de techniek is helemaal anders. Me kwalificeren voor de Spelen van 2022 is zeker niet onmogelijk, maar ik zal nog hard moeten werken om in Peking te geraken.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier